Al jaren geef ik geen les meer aan onderbouwleerlingen en daarom is er voor mijn werk geen noodzaak meer om jeugdliteratuur te lezen. Van tijd tot tijd lees ik toch een jeugdboek en meestal met veel plezier, want er is in Nederland een bloeiende jeugdliteratuur. Onlangs las ik bijvoorbeeld Films die nergens draaien van Yorick Goldewijk. Met veel plezier en ik zal er ook nog wel over schrijven, maar ik had het boek per ongeluk alweer uitgeleend. En nu heb ik De tunnel van Anna Woltz gelezen.
Het heeft lang geduurd voordat ik aan het werk van deze schrijfster begon. Pas aan het eind van 2016 schreef ik over Alaska. Het was het zevende boek van Woltz, waarvoor ze het jaar erop de Zilveren Griffel zou ontvangen en ze had toen ook al een Gouden Griffel op zak, voor Gips, dat ik in 2020 las. Tussendoor las ik haar Kinderboekenweekgeschenk Haaientanden. En al die boeken vind ik goed. Tijd voor nog een Woltz.
Bombardementen
De tunnel heeft intussen ook al een Zilveren Griffel opgeleverd en dat snap ik wel. Het is een intrigerend boek. Het speelt zich af in 1940. Elke nacht wordt Londen gebombardeerd, zodat de mensen uit voorzorg hun nachten doorbrengen in schuilkelders. Daar past natuurlijk niet iedereen in, dus mensen zoeken ook een slaapplaats in de Ondergrondse.Dat doet ook Ella. Ze is veertien jaar en is een jaar ziek geweest: polio. De verlamming had haar zo te pakken, dat ze niet meer zelfstandig kon ademen en in een 'ijzeren long' moest liggen. Haar gezin moest in quarantaine, in verband met besmettingsgevaar. Ze is daar intussen vanaf, maar de ziekte heeft wel sporen nagelaten. Zo heeft Ella een been waarmee ze moeilijk loopt en een aangepaste schoen.
Ze ontmoet Jay, een jongen die zelfverzekerd oogt en overal handeltjes heeft. Zo regelt hij slaapplaatsen tegen geld en slaat bagage van mensen op. De andere twee belangrijke figuren zijn Robbie, het negenjarig broertje van Ella en Quinn, een meisje dat van adel is en van huis is weggelopen met een tas met juwelen. Dit viertal zal een bondgenootschapje gaan vormen.
Eén van ons gaat dood
Aan het begin van het boek krijgen we meteen een waarschuwing:We zijn met z'n drieën nu.We waren met z'n vieren, maar één van ons gaat dood. Dat kun je beter maar weten. Nu al, voordat ik begin.Eén van ons sterft, maar daar gaat het niet om. Het veranderde alles, dat wel. Maar het gaat erom dat drie van ons blijven leven.Wij drieën hebben alles doorstaan. De bommen, de branden, de nachten. Wij zijn er nog.Ons leven begint pas net.
We zitten in het hoofd van Ella en kijken door haar ogen. Ella heeft niet zo'n hoge pet op van zichzelf. Ze schrijft, maar kan na een tijdje geen waardering meer opbrengen voor wat ze schrijft. Ze definieert zichzelf vooral als iemand die mank loopt. Doordat Jay en Quinn dat eigenlijk geen punt vinden, gaat ze zichzelf ook anders zien.
Alle personages zijn bezig hun eigen weg te zoeken. Quinn is een rebel en heeft strijd gevoerd met haar ouders, omdat die andere opvattingen hebben dan zij. Haar broer Sebastian blijkt ook slecht op te kunnen schieten met de ouders. Jay wil overal geld uit slaan, maar hij heeft daarmee wel een doel. Doordat Ella, Quinn en Jay dicht bij elkaar staan, durven ze op een gegeven moment ook om elkaar deelgenoot te maken van hun vragen, angsten, woede.
Kooi
Ze lopen allemaal tegen beperkingen op, waarvoor vaak het beeld van de kooi wordt gebruikt. Kooiachtige constructies komen mooi terug in de omgeving van de personen, van de ijzeren long tot de dierentuin waarin ze zich op een gegeven moment bevinden. Lukt het de personen om uit hun kooi te breken of blijft die hun leven bepalen?
En dan is er de oorlog met zijn gevaren. Op een gegeven moment komen Ella en Jay in een bombardement terecht. Heel gevaarlijk, maar ze hebben ook het idee dat ze juist op dat moment intens leven.
Ook zonder de oorlog had het gezin van Ella het al moeilijk genoeg. Zo breed hadden ze het niet. Dat is voor Quinn weer anders, maar haar milieu kent weer andere problemen.
Doseren
Woltz is goed in het doseren van informatie. Langzaam kom je te weten wat er speelt of wat er gespeeld heeft. Steeds zijn er nieuwe vragen die je door laten lezen. Verder is ze goed in het tonen van de complexiteit van karakters, van tegenstrijdige gevoelens. Ook de relaties zijn complex. Het zijn geen vanzelfsprekende vriendschappen en er moeten verschillende hindernissen overwonnen worden.
Ook de setting is heel geloofwaardig. Eigenlijk heb ik me nooit afgevraagd hoe het in Londen geweest is tijdens de bombardementen en ook niet hoeveel het er waren. Daar heb ik na het lezen van De tunnel wel een beeld bij.
Eventjes komt ook het thema homoseksualiteit om de hoek kijken. Er wordt maar een kleine hint gegeven, maar Ella pikt die meteen op. Daarvan vroeg ik me wel af hoe geloofwaardig dat was. Als ik zo oud geweest was als Ella, had ik waarschijnlijk veel duidelijker hints moeten hebben, terwijl ik toch dertig jaar later geboren ben. Maar wel in een dorp en niet in Londen. Dat zal ook wel meespelen.
In ieder geval is De tunnel een boek waarin je gewoon door wilt blijven lezen, omdat de personages en hun wederwaardigheden je pakken. Soms had ik me voorgenomen om aan het eind van een hoofdstuk een tweede kop koffie te pakken, maar dan begon ik toch aan het volgende hoofdstuk. Bij kinderen werkt dat misschien nog wel sterker.
Een boeiend boek dat ook nog ergens over gaat, dat het lastige en het prikkeldraadachtige van het leven laat zien, maar dat ook geschreven is met een groot hart en waarin altijd de hoop blijft kloppen. Zo'n boek gun je elk kind. Hup, naar de winkel dus!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten