maandag 28 december 2020

Captivant / Bob Fish / De Jonge Albert (Chaland / Cornillon)



 Yves Chaland was een legendarisch stripmaker, ondanks een niet zo lange carrière: hij werd slechts 33 jaar oud. In de buurt van Parijs kwam hij in 1990 om door een auto-ongeluk. Hij wordt gezien als een van de pioniers van wat de atoomstijl wordt genoemd. Uitgeverij Sherpa geeft zijn werk opnieuw uit, in groot formaat. De eerste twee delen zijn intussen verschenen. 

Het eerste deel is Captivant. Wie het openslaat, ziet de voorkant van een tijdschrift: 'Captivant, Onweerstaanbaar weekblad'. Je ziet al meteen dat er iets niet klopt: '3e jaargang - No 167.' Er kunnen, nog binnen drie jaar, niet zoveel nummers van een weekblad verschenen zijn. De datum is 11 mei 1950. De rest van het album lijkt te bestaan uit losse nummers van het weekblad, met grote gaten ertussen. 

Fictief tijdschrift

Het blad Captivant heeft overigens nooit bestaan. Het komt wel voor in een afbeelding van Chalant in de strip Bob Fish: Daar hangt het in de kiosk bij Robbedoes en Bob Fish. Captivant is een creatie van Chaland en zijn kompaan Luc Cornillon. In het fictieve striptijdschrift tekenden ze een grote diversiteit aan strips. Voor de kenner zijn de groten uit de vroege jaren van de strips herkenbaar. 

Aan de ene kant zijn de strips van Chaland en Cornillon een hommage aan die groten. Maar ze drijven ook de spot met de B-strips die er verschenen, door ze na te maken. Dat maakt het lezen van  Captivant tot een bijzondere ervaring. Eigenlijk wil je het liefst gewoon de stripverhaaltjes lezen, maar dat gaat niet, omdat je tegelijkertijd op meta-niveau leest: je ziet het commentaar, de overdrijving, het in twijfel trekken. Dat niveau is sterker dan het verhaalniveau. Dat betekent dat je de strips leest zoals je kijkt naar de afbeelding die Magritte maakte van een pijp: het is geen pijp. 

De tijdschriften bevatten een diversiteit aan strips, in allerlei stijlen. Alsof je door een stalenboek bladert, of door een album dat de geschiedenis van de strip behandelt. Het is onmiskenbaar satirisch. Zo'n satire werkt het best als je dat er niet bij zegt. Je maakt een bepaald soort strip na, zonder er afstand van te nemen. Dat je het toont, moet commentaar genoeg zijn. 

Racisme

Er zijn ongetwijfeld mensen die zich zullen storen aan het racisme in de strips: zwarte mensen die worden aangeduid als 'goedkoop menselijk materiaal' en in Bob Fish wordt een zwarte butler getekend met reusachtige lippen. En alle verwijzingen naar Chinezen zijn negatief. 


Dat iemand toont dat bepaalde strips in een bepaalde tijd racistische trekken hadden, wil natuurlijk niet zeggen dat hij zelf racistisch is. Achter in de uitgave, bij het dankwoord, wordt ernaar verwezen: 'We kunnen daarbij de lichte ondertoon van racisme die af en toe opduikt vergeven, want wie was er in die tijd niet racistisch vraag ik u?' 

Er zullen scherpslijpers zijn die nu meteen op de barricade klimmen omdat racisme en ook een 'lichte ondertoon van racisme' immers nooit te vergeven is. Dat is zo, maar ook het dankwoord is satirisch. Het is niet voor niets geschreven door 'André Deblinde' en de mensen die hij bedankt, blijken de verhaspelde namen van striprecensenten. Een van hen, Stefan Nieuwenhuis ('Steef Oudenthuis') wees me op het Franse origineel. Bij de vertaling is gekozen voor de verwijzing naar Nederlandstalige recensenten en het aantal is uitgebreid van zeven tot elf. 

Captivant is een heerlijk boek. Niet alleen is het een proeve van kunnen van Chaland en Cornillon, maar het is bijzonder geestig en het zit vol verwijzingen naar een breed scala aan genres. Er wordt gespeeld met clichés, maar op zo'n manier dat dat weer origineel is. En uit alles blijkt dat de stripmakers het tekenen beheersten en konden maken wat ze wilden. 

Bob Fish

Het tweede deel van de heruitgave bevat twee strips: Bob Fish en De jonge Albert. Bob Fish is het prototype van de onverschrokken detective. Hij is aantrekkelijk (altijd een schaars geklede vrouw in de buurt) en weet dat hij de geniale speurder is, al is het maar de vraag of hij dat in werkelijkheid ook kan waarmaken. Ook in Captivant komen dit soort 'helden' al voor: Karel Koen, Max Sahara, Rick Bennett. 

Een bijfiguur daarin, Albert Memory, is de hoofdpersoon in een andere strip De jonge Albert. Hij krijgt meestal een halve pagina om zijn punt te maken. Albert heeft een duister kantje, waardoor je je niet voluit met hem kunt vereenzelvigen. Vaak is er geen plot of zit de plot net niet op het verhaalniveau waarop je het verwacht. Net als bij Captivant word je als lezer gedwongen al tijdens het lezen afstand te nemen. Je leest niet alleen de strip, maar realiseert je meteen hoe de manier van vertellen is en wat dat voor gevolg heeft. 

De verhaaltjes over Albert kennen verschillende settings. Brussel is vaak het decor en ook aan de taal is dat te merken. En altijd is er een grimmig soort humor, die je meer doet grijnzen dan hardop lachen. 

Van Chaland wist ik nog niet veel voordat ik deze twee albums las. Het wordt duidelijk dat het gaat om een complexe stripmaker, die geen eenduidige verhalen vertelt. Het zijn intrigerende strips, die je niet onderuitgezakt op de bank kunt lezen. Ik ben in ieder geval verschillende keren overeind gaan zitten om me af te vragen wat ik eigenlijk aan het lezen was. 

Titel: Captivant
Tekst en tekeningen: Yves Chaland en Luc Cornillon
Uitgever: Sherpa
Haarlem 2020, 96 blz. € 39.95 (groot formaat, hardcover)

Titel: Bob Fish & De jonge Albert
Tekst en tekeningen: Yves Chaland en Luc Cornillon
Uitgever: Sherpa
Haarlem 2020, 96 blz. € 39.95 (groot formaat, hardcover)



Geen opmerkingen:

Een reactie posten