De eerste roman van Marieke Lucas Rijneveld, De avond is ongemak, bezorgde haar meteen bekendheid, doordat die bekroond werd met de prestigieuze Bookerprize. Het is een boek dat afwijkt van de boeken die gewoonlijk in onze literatuur verschijnen: een merkwaardige hoofdpersoon, een stijl met overdadig veel vergelijkingen en metaforen, een duistere thematiek. Wel had Rijneveld nogal gerommeld met de chronologie, waardoor sommige tijdsaanduidingen aantoonbaar niet klopten en niet alle details klopten met de religie die aan de ouders werd toegeschreven.
De duisterheid uit de eerste roman is net zo aanwezig in de tweede, Mijn lieve gunsteling. De hoofdpersoon is een veearts, negenenveertig jaar oud, die helemaal in de ban raakt van een meisje van veertien jaar oud. Hij ziet haar vaak, omdat hij geregeld komt op de boerderij van haar vader. Hij vertelt de geschiedenis achteraf.
De verlorene, de verlatene
Het meisje groeit niet op in een warm gezin. Net als in het De avond is ongemak is een broer overleden en nu is ook haar moeder weg. Het verhaal gaat dat ze zich in Stavanger (Noorwegen) zou bevinden. De broer wordt aangeduid als de verlorene, de moeder als de verlatene. Dus niet degene die verlaat, maar degene die verlaten is. Het zou kunnen betekenen dat het meisje zich schuldig voelt, zoals ze zich inbeeldt aan allerlei dingen schuld te hebben, tot aan de aanslag op de Twin Towers toe.
Het meisje identificeert zich soms met een vogel, een kikker, een otter. Soms beeldt ze zich in dat ze kan vliegen. Ze praat in haar hoofd met Hitler en Freud en in de loop van het boek gaat het steeds slechter met haar. Ze heeft een levendige fantasie, maar ze is ook uiterst kwetsbaar.
Ze schemert wat tussen het meisje en het jongen zijn. Ze fantaseert over het hebben van een piemel, die in de taal tussen de veearts en het meisje een gewei wordt genoemd.
Gerard Reve
Die term komt bij Gerard Reve vandaan. Er zijn meer aanwijzingen dat Rijneveld Reve als voorbeeld heeft genomen in dit boek. De nadrukkelijke stijl, de obsessie die ten koste gaat van de ander (Reve fantaseerde over jongens die hij zou vastbinden en martelen), de liefde voor het koningshuis. In dit geval is het niet koningin Juliana, maar Beatrix, die het meisje wel als moeder zou willen adopteren. Het meisje wordt verschillende keren een 'praaldier' genoemd, wat erg lijkt op het 'prijsdier' van Gerard Reve en de verteller noemt zichzelf een keer 'een circusjongen met hoogtevrees', wat ook meteen aan Reve deed denken.
Het meisje woont in The Village. Waarom de plaatsnaam in het Engels is, is me niet duidelijk. Ook de boeken die ze leest, hebben Engelse titels, zelfs als ze van Hanna Kraan of Rainer Maria Rilke zijn en het bekende muziekstuk van Vivaldi heet in dit boek The Four Seasons. Misschien dat er verwezen wordt naar 'It takes a village tot raise a child,' wat wel wrang zou zijn geweest, aangezien het dorpsmeisje misbruikt wordt door de veearts.
Boudewijn de Groot
Het dorp ligt wel gewoon in Nederland: het heeft te lijden gehad bij de watersnoodramp van 1953 en in 2004 heeft het meisje een corsage mogen opspelden bij Willem-Alexander. Met de straatnamen heeft Rijneveld een geintje uitgehaald: ze verwijzen allemaal naar nummers van Boudewijn de Groot: de Prikkebeensedijk (Meester Prikkebeen), de Kinderballadeweg, Waterdragersweg, De Eeuwige Soldatenweg, Avondlaan, Mazenpad (Het land van Maas en Waal), Testamentstraat, Vondelingweg (De vondeling van Ameland) en Koningjanszand (Het land van Koning Jan). Misschien heb ik er hier en daar nog een gemist. De Woedeplas zou kunnen verwijzen naar Zoete woede.
Het verhaal wordt verteld door de veearts, we zitten als lezers in zijn hoofd. Hij vertelt hoe de relatie tussen hem en het meisje is gegaan. Voor een deel is zijn relaas een zelfrechtvaardiging, al gebruikt hij ook woorden als 'ziek' en 'verdorven' om zijn handelen te kenschetsen. Maar hij vertelt ook hoe hij door zijn moeder misbruikt werd, waardoor hij eigenlijk ook altijd een veertienjarige jongen is gebleven. Voor hem speelt de relatie met zijn moeder in ieder geval mee in hoe hij het meisje manipuleert.
De hoofdstukken kennen geen alinea's: de veearts vertelt maar door, veel zinnen met komma's aan elkaar rijgend. Dat werkt erg goed: je gaat als lezer gemakkelijk mee met de stroom van gedachten. De stijl van Rijneveld is er sinds het vorige boek op vooruitgegaan. De beelden zijn minder gezocht dan in het eerste boek en de hoeveelheid is kleiner dan in De avond is ongemak.
Onbetrouwbare verteller
De veearts is een onbetrouwbare verteller. Soms laat hij ook zien dat hij zaken naar zijn hand zet. Alles speelt zich af in de zomer van 2005. Dan kunnen hij en het meisje het niet gehad hebben over Warwick Avenue van Duffy, omdat dat pas in 2008 uitkwam. Dat realiseert hij zich later ook. Maar andere zaken die niet kloppen, passeren zonder dat hij het aangeeft. Het meisje zou iets tegen hem gezegd hebben over Carla Bruni en Sarkozy, maar Sarkozy werd pas in 2007 president. De veearts zet dus de zaken naar zijn hand en je weet als lezer niet in hoeverre je hem vertrouwen kunt.
Omdat je in zijn hoofd zit, moet je wel met hem meeleven, wat een ongemakkelijk gevoel geeft, omdat je ook meeleeft met het meisje, met wie het zienderogen slechter gaat. Ze vermagert sterk.
Het verhaal wordt achteraf verteld, een behoorlijke tijd later. Het meisje is zangeres geworden en heeft verschillende albums uitgebracht. Songteksten spelen in het boek een grote rol. Zowel de teksten van de nummers waarnaar het meisje en de veearts luisteren als de teksten van haar eigen nummers. Haar eerste album noemde ze Kurt12. Ze sprak de veearts vaak aan met Kurt, een verwijzing naar Kurt Cobain, en 12 is het nummer van het dossier dat later over deze zaak gevormd is. Soms spreekt de veearts de magistraten aan, waardoor je weet dat uiteindelijk openbaar geworden is wat er speelde tussen hem en het meisje.
De wereld van de veearts is aards, concreet, lichamelijk. Wat wil je ook van een man wiens arm in een koe kan verdwijnen. Maar hij is ook een man van de geest, van muziek en boeken. Je merkt dat ook aan de zinnen die hij maakt, de taal waarmee hij de lezer bedwelmt.
Voortbouwen
Rijneveld bouwt duidelijk voort op De avond is ongemak. Weer de boerderij, weer de MKZ-crisis, al is het nu vier jaar later. De dood waart rond. Niet alleen komt het broertje om bij een verkeersongeluk, maar er is ook een boer die zich verhangt. Maar de stuwende kracht van Rijnevelds taal is groter dan in haar vorige roman, de benauwenis nog groter, de beschrijvingen nog nadrukkelijker nietsontziend.
Ik kwam eigenlijk maar één klein slordigheidje tegen: verschillende keren wordt er gesproken over 'lieslaarzen' en het lijkt me onwaarschijnlijk dat die ook bedoeld worden. Waarschijnlijk hadden dat 'kaplaarzen' moeten zijn. Ach, het is een kleinigheid.
Mijn lieve gunsteling is een boek dat overal hoog in de overzichtslijstjes van 2020 zal verschijnen. Het schrijverschap van Rijneveld is nog vrij jong, zoals zij dat zelf ook is, maar dit is een rijk en rijp boek, dat macht over de taal laat zien. Met zo'n boek ben je eigenlijk al een groot schrijver. En wie weet wat er allemaal nog komt.
Hier schreef ik over De avond is ongemak.
Dag, ik ben het aan het lezen en uw tekst verduidelijkt een en ander, dank u.
BeantwoordenVerwijderenGraag gedaan.
Verwijderen