Maar weer eens een recensie uit de krant. Die recensies zijn wat recenter dan die uit Kreatief , Bloknoot en Dietsche Warande & Belfort en zeker dan die uit 't Kofschip.
Het besluit van Dola Korstjens (2008) is het debuut van Elke Geurts. Mijn recensie werd op 4 juli 2008 gepubliceerd in het Nederlands Dagblad. Werd het boek mij gewoon toegestuurd of heb ik mij gemeld toen de lijst met nieuw binnengekomen boeken langskwam? Ik weet het niet meer.
Een tijdlang las ik zo nu en dan de weblog van Geurts, toen die zich nog op Blogspot bevond. Mogelijk deed ik dat al voor 2008. Maar wat was dan de aanleiding? Daarin helpt mijn geheugen mij niet verder.
Ik vond indertijd Het besluit van Dola Korstjens wel goed. Later zou ik ook schrijven over Lastmens (2010) en over Geurts' eerste roman, De weg naar zee. Ik heb de recensies niet helemaal herlezen, maar ik geloof dat ik beide boeken met plezier heb gelezen, hoewel ik Geurts toch meer een verhalenschrijver dan een romanschrijver vond. In onderstaande recensie, maar ook in een andere eindig ik met het uitspreken van mijn waardering van het korte verhaal. Die neiging heb ik nog steeds als ik een verhalenbundel bespreek. Binnenkort schrijf ik over Achtertuinen van Robin Kramer. Het valt me op dat ik bij de verhalenschrijvers voornamelijk mannen noem. Daar zou ik mezelf nu niet meer mee weg laten komen.
In 2017 verscheen van Elke Geurts Ik nog wel van jou, een roman die ik oversloeg, al weet ik niet meer waarom. Nou ja, je kunt niet alles lezen. Maar het vervolg, Wie is die vrouw? (2022) kocht en las ik. Sympathiek boek. En ook wel goed. Zo herinner ik het me in ieder geval. Ik heb er ongetwijfeld reclame voor gemaakt in de klassen waar ik toen voor stond. Toegankelijke literatuur.
Alleen Ik nog wel van jou heb ik dus niet gelezen. Dat moet ik nog maar een keer opsnorren. Dat ben ik echt van plan, maar je moet zo'n voornemen ook weer niet al te serieus nemen. Ik heb nog stapels boeken die ik echt wil lezen. Vandaag kocht ik in een kringloop zes boeken: van Marnix Gijsen, Inez van Dullemen, Flip Willemsen, Charlotte Mutsaers, Marjolijn Februari en Elvis Peeters. Eigenlijk wil ik ze allemaal lezen, maar ik zal beginnen met Flip Willemsen, omdat ik van haar nog nooit eerder iets las. Maar eerst de dikke roman van Bert Natter uitlezen. Daar zal ik volgende week over schrijven.
Er loert altijd gevaar
Het leven zit vol dreigingen. Een bankstel dat aan een hijskraan hangt boven de plek waar jij loopt, kan zomaar op je hoofd vallen, vogels kunnen je aanvallen omdat je een stuk brood in de hand houdt dat zij willen hebben en je kind kan zomaar een fles wc-reiniger aan zijn mond zetten. In de verhalen van Elke Geurts ligt er vaak gevaar op de loer. Soms zie je het en kun je het onschadelijk maken, maar je kunt niet alles voor zijn.
In Het besluit van Dola Korstjens, de debuutbundel van Geurts, merken de personages dat je het leven niet uit kunt stippelen, dat er altijd onverwachte dingen gebeuren en dat je dus je bestaan nooit helemaal op orde krijgt. Voor jezelf is dat al lastig, maar het wordt helemaal moeilijk als je ook nog een klein kind hebt waarvoor je je verantwoordelijk voelt.
Er dwalen nogal eens moeders met een kind rond in Geurts' verhalen. Soms hebben ze geen partner die hen bijstaat in de zorg, soms wel, maar hoe dan ook, ze moeten altijd op hun hoede blijven. En als lezer krijg je steeds meer het gevoel dat dat tevergeefs is, dat ze de ramp toch niet af kunnen wenden.
In bijvoorbeeld 'Het geluk van de tussenbuurvrouw' waarschuwen anderen (de 'ideale moeders') de moeder voor de 'tussenbuurvrouw', die de etage bewoont boven moeder en dochtertje Mascha en beneden de zolder, waar Mascha slaapt. Moeder houdt haar dochter in de gaten; zelfs als ze even naar buiten gaat om het huisvuil in de container te doen, neemt ze nog de babyfoon mee in haar jaszak. De tussenbuurvrouw ziet Mascha min of meer als haar kleinkind. Veertig jaar geleden is haar dochter bevallen van een dood meisje en sinds die tijd heeft zij al gedroomd van een kleindochter die Mascha zal heten. Het oude vrouwtje is ontegenzeglijk aardig, maar ze is ook dwingend aanwezig. Zo laat ze een envelop achter met geld voor Mascha's studie en ze klopt aan omdat ze denkt dat er misschien iets met haar 'kleindochter' is. Je voelt al aan dat er een moment zal komen dat op de babyfoon het rode lichtje zal gaan branden: system not linked. Wat zal er gebeuren als moeder dat niet ziet? En waar zal de tussenbuurvrouw dan zijn?
Niet alleen is de moeder dan machteloos, je bent het ook als lezer. Daarom
zijn de verhalen van Geurts verontrustende verhalen. De lezer identificeert zich met de hoofdpersoon en merkt dat hij alles net niet in de vingers heeft, dat dingen altijd net iets anders gaan dan hij voorzien heeft. Er is geen controle, er is eigenlijk geen grote lijn, je bent een weerloos schepsel.
Het is knap van Geurts dat ze dat gevoel op de lezer over weet te brengen. Ze plaatst hem in een deprimerende wereld, met weinig uitzicht op een goede afloop. Maar de personages laten zich daardoor niet uit het veld slaan. Ze houden dapper vol.
Soms helpt hun verbeelding, en soms zit die alleen maar dwars. Je kunt je immers van alles in het hoofd halen. Je kunt je allerlei rampen voorstellen die er niet zijn, maar je kunt je ook troosten door tegen anderen te vertellen dat je de moeder van een dochtertje bent dat er helemaal niet blijkt te zijn. Het zijn in ieder geval geen opgevers, die personages van Elke Geurts. Nadat Dola Korstjens, de hoofdpersoon uit het titelverhaal, in elkaar is gezakt, is ze ervan overtuigd dat ze dood is. Maar zoals ze zich getraind heeft in het ophouden van haar plas, besluit ze ook de dood op te houden als een plasje en gewoon door te gaan.
'Het belangrijkste-mensenlijstje' eindigt met:
In het voorbijgaan knik ik Ozon toe, ik zwaai, steek mijn duim naar hem op. Ozon ziet me niet. Ik wend mijn blik af, naar voren. Het is graag of niet.
Dat klinkt heel zelfverzekerd, maar je vermoedt dat ze zoiets vooral tegen zichzelf moet zeggen om zich niet neer te leggen bij haar teleurstelling. Tanden in de lip. Aandoenlijk van dapperheid.
Korte baan
Van Geurts' verhalen blijven je na lezing vooral de personages bij, meer dan bijvoorbeeld de stijl, al is daar weinig op aan te merken. En zeker minder dan de plot, die vaak ontbreekt, maar dat past hier eigenlijk wel. De verhalen zijn uitsneden uit levens en in het leven lopen gebeurtenissen ook meestal niet mooi naar een plot. Het schrijven van korte verhalen is iets anders dan het schrijven van romans. Natuurlijk, er zijn schrijvers die beide genres prima beheersen of beheerst hebben: Bernlef, Hugo Claus, Frans Kellendonk en Jan Wolkers, om maar een paar groten te noemen. Maar we hebben ook schrijvers die nagenoeg uitsluitend excelleren op de korte baan: J.M.A. Biesheuvel, F.B. Hotz, Sanneke van Hassel. Van mij mag Elke Geurts nog heel lang een verhalenschrijver blijven.
Ook op Bunt Blogt:
Hoi Teunis, Bernlef een groot schrijver? Daar denk ik toch anders over. De paar boeken die ik van hem las vond ik totaal oninteressant. Jouw stuk is degelijk zoals altijd. Groetjes, Erik
BeantwoordenVerwijderenJa, ik vind zijn beste boeken nog altijd heel goed, Erik, bijvoorbeeld Publiek geheim.
Verwijderen