donderdag 4 april 2024

Afgestoft: IJsregen (Sanneke van Hassel)


Rommelend in de la met oude recensies kwam ik die van IJsregen van Sanneke van Hassel tegen. Het stukje werd op 24 juni 2005 geplaatst in Nederlands Dagblad. Ergens in de la liggen ook nog de recensies van latere boeken van Van Hassel, Witte veder (2007) en Nest (2010). 

Dat laatste boek werd nogal eens door leerlingen op de lijst gezet, voornamelijk door meisjes. Het is een roman waar je de hand van de verhalenschrijfster nog goed in kunt herkennen. 

Toen ik doorlas wat ik indertijd over IJsregen schreef, stonden veel verhalen uit de bundel me weer levendig voor ogen. Eigenlijk zou ik ze moeten herlezen, maar ik weet dat het daar niet van komt. Ik herinner me nog goed het leesplezier van toen. Er komt trouwens dit jaar een nieuwe bundel van Van Hassel uit, Milde klachten. Dat is alvast een goede titel. Je kunt hem op je tafel leggen naast de dichtbundel van Rob Schouten uit 2012. 

Na zoveel jaar herlas ik mijn recensie met enige afstand. Twee keer de uitdrukking 'op orde krijgen/hebben/houden' - dat had ik natuurlijk moeten veranderen. Het slot komt nogal abrupt. Heb ik dat indertijd zo geschreven of heeft een redacteur het stuk ingekort om het passend te maken? Dat kan ik niet meer achterhalen. 

De titel zal ik ook wel aan de redactie overgelaten hebben. Het kwam nogal eens voor dat een door mij aangeleverde kop het toch niet haalde. 

Maar goed, voor de rest is het stuk passabel, denk ik. En in ieder geval vraagt het weer eens aandacht voor het werk van Sanneke van Hassel. Onderaan voeg ik nog een paar links toe naar andere recensies die ik hier plaatste. 

Een desolate wereld

Als mensen hun poes kwijt zijn, dan hangen ze briefjes op en zoeken de hele buurt af. 'Sinds een maand vermist - man (van mijn leven) - signalement: bruine ogen met gouden vlekjes - geen bandje - af te leveren op onderstaand adres.' Het ergst vind ik dat een andere vrouw hem nu zijn melk geeft. Zijn hoofd schuin.

Zo gaat dat met de personages in de verhalen in IJsregen, het debuut van Sanneke van Hassel. Ze staan er alleen voor in het leven. Als ze een geliefde hebben, raken ze hem kwijt of ze hebben geen echt contact met hem, zodat ze hem eigenlijk ook kwijt zijn. Ze moeten maar zien dat ze zich redden, dat ze hun leven op orde krijgen of op orde houden. 

De kou die de titel oproept, zit dan ook in veel verhalen. Van Hassel heeft veel locaties gekozen voor haar verhalen: New York, Hongarije, een café, een tram en de personages hebben allerlei bezigheden: ze zijn archivaris, werken op een busstation, zijn schoonmaakster, makelaar, bestuderen de gevolgen van de temperatuurstijging. 

Een enorme diversiteit, maar wat opvalt is vooral de constante: een desolate wereld. Daar doet de auteur overigens niet dramatisch over. Ze laat die wereld zien, beschrijft in een nauwkeurige, kale stijl wat er gebeurt. Zo is het leven blijkbaar. Als er iemand uit de trein gezet is, omdat hij net niet de juiste papieren heeft, denkt degene die tegenover hem zat nog even aan hem, maar slaat dan zijn boek open en leest verder; hij kan niet de hele wereld redden. 

Gevoelens worden in IJsregen bijna nooit expliciet gemaakt, maar voor mij sprak uit de verhalen toch de compassie met de personen die het in dit leven maar moeilijk redden, met de vleugellamme vogels, de zwerfkatten, de beren in kooien. Misschien komt dat ook wel, doordat een leven waarop je grip hebt en een leven dat je ontglipt vaak dicht bij elkaar liggen in de verhalen. 

En waarschijnlijk ook daarbuiten. Als lezer denk je misschien je leven op orde te hebben, maar er hoeft maar weinig te gebeuren of je merkt dat je de regie kwijt bent. In Van Hassels verhalen is dat vaak een onbekende, iemand van buitenaf die ineens een plaats vraagt of krijgt in iemands leven: een zwerver in een tram, iemand die aanbelt omdat hij zijn huis niet in kan, een goochelende Duitser in een café, een verkrachter. 

In 'Mevrouw Van Dijk' is het iemand die ze aanvankelijk niet eens ziet. Mathilde Van Dijk houdt het huis van meneer Lucas schoon. Ze is bij de familie al decennialang werkzaam als schoonmaakster. Op een dag hangen er twee gebruikte handdoeken in de badkamer. Het klopt niet, weet mevrouw Van Dijk, al vermoedt ze nog niet wat er precies aan de hand is. Uiteindelijk kan ze er niet omheen: Lucas heeft een vriendin, die ze later ook ontmoet. 

Mathilde van Dijk legt een briefje neer: 'Het was toch goed zoals het was? De meubels kenden hun plek. Zo kan ik niet werken. Ik was hier eerst'. Nee, natuurlijk legt ze geen briefje neer. Ze voorziet het bed van schone lakens. 

Het lijkt iets kleins. Wat heeft mevrouw Van Dijk immers met Lucas te maken? Maar haar leven is zijn vanzelfsprekendheid verloren. 

Net als alle personages in de verhalen van Sanneke van Hassel, overkomen de gebeurtenissen mevrouw Van Dijk, ze heeft er niet om gevraagd, ze heeft niets gedaan dat de stroom gebeurtenissen in gang zet. De meeste personages zijn passief, ondergaan het leven, proberen het te verdragen, wachten af tot het zich allemaal ten goede zal keren. Zoals de vrouw die al uren in het café de wacht houdt naast een lege stoel die ze voor haar vriend gereserveerd heeft, in de hoop dat hij straks zal komen. 

Het was nu vooral een kwestie van vasthouden. Als een hond naast die stoel blijven zitten, in het vaste vertrouwen dat het baasje zo thuiskomt. En als hij thuiskomt de kop buigen zodat hij tussen de oren kan krabben. En dan naast hem begraven worden, in een op maat gemaakt hondengrafje. 

Hoe afstandelijk de verhalen ook geschreven lijken, in zo'n passage kan een personage alleen maar ontroeren. 

Eerdere recensies van boeken van Sanneke van Hassel:
Ezels (2012)
Nest (2010)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten