In mijn leven heb ik al heel wat poëzie gelezen en van alles door elkaar. Ik weet nog hoe ik, ergens tussen mijn zestiende en mijn twintigste, van mijn zakgeld spaarde om een nummer van het tijdschrift gedicht (met kleine letter, als ik mij goed herinner) van Remco Campert te kopen. Dat las ik gretig en ik herlas het ook, zodat ik na verloop van tijd enkele gedichten uit mijn hoofd kende. Uit de bibliotheek nam ik steeds een stapel bundels mee naar huis. Ik herinner me Alles op de fiets, van Rutger Kopland (Rutger Koplamp, zei mijn kamergenoot), Het houdt op met zachtjes regenen van Buddingh', Linde, tamarinde en banaan van Hans Warren en het een en ander van Judith Herzberg, K. Schippers en Gust Gils.
In de loop der jaren ben ik poëzie blijven kopen, maar de laatste tijd zit daar een behoorlijk de klad in. Ik lees nog wel losse gedichten, maar bijna nooit meer een hele bundel. Toen iemand mij een tijdje terug vroeg een avond over poëzie te verzorgen (niet doorgegaan vanwege de zoveelste golf en lockdown) en ik in de winkel Een gedicht is ook maar een ding van Lidewijde Paris zag liggen, kocht ik het. Daar heb ik geen spijt van gehad.
In het begin heb ik stevig doorgelezen, de latere hoofdstukken heb ik met wat grotere tussenpozen tot mij genomen. Hopelijk herinner ik mij het begin van het boek niet al te gebrekkig.
Paris benadert gedichten in elk hoofdstuk op een andere manier. Boven het hoofdstuk staat steeds wat voor ding een gedicht is. Een ding waar hard aan gewerkt is, bijvoorbeeld, of een ding dat zich soms aan de regels houdt en soms niet, of een ding waar de tijd zijn tanden in zet.
Laagdrempelig
Het boek is laagdrempelig: ook wie nog bijna nooit een gedicht gelezen heeft, kan het volgen en bij alles wat Paris beweert, citeert ze gedichten, zodat je, als je alles leest, al zo'n 140 gedichten meekrijgt. Voor wie wel veel gedichten gelezen heeft, zullen sommige dingen bekend zijn, maar er is ook veel nieuw, doordat Paris ook minder bekende dichters aan het woord laat komen. De technische zaken over de vorm zijn voor de wat meer ervaren lezer gesneden koek, maar die gedeelten lezen prettig en ik heb me daar toch niet bij verveeld.
Aan het eind van het boek is er een 'Handige vragen- & begrippenlijst' opgenomen en er is een keurig register op namen en op behandelde onderwerpen.
Enthousiasme
Uit het hele boek blijkt de liefde en het enthousiasme voor poëzie en die doen weldadig aan. Paris noemt verschillende keren de koudwatervrees voor gedichten ('laat je nooit bang maken'), maar wie dit boek gaat lezen is misschien al niet zo heel bang. In ieder geval houdt Paris nadrukkelijk rekening met lezers die weinig poëzie gelezen hebben, zonder dat ze mensen kwijtraakt die juist veel gelezen hebben. Dat is knap.
Verschillende keren noemt Paris een publicatie die ik aangestreept heb, omdat ik die me interessant lijkt en ze besteedt ook aandacht aan dichters die min of meer vergeten zijn. Van de naam Spandaw had ik wel gehoord en er zal ook wel iets van hem in mijn boekenkast staan, maar ik heb geen duidelijk beeld van zijn poëzie. Toch eens naar gaan kijken, denk ik dan en dan bedenk ik dat ik ook andere dichters uit die tijd wat meer aandacht moet geven. Waarom heb ik mij nooit echt verdiept in het werk van Borger, De Kanter of Helmers. En het werk van Tollens en Ten Kate heb ik zo ongeveer compleet, maar wat heb ik daarvan nu eigenlijk gelezen?
Dat een boek mij opnieuw naar mijn boekenkast laat lopen en mij zin geeft om bundels te gaan lezen die al lang op de plank staan te verstoffen, vind ik mooi. Dat is ook wat Paris beoogt: aanzetten tot lezen. Het lezen van gedichten heeft haar zoveel plezier gegeven dat ze dat anderen ook gunt. Een gedicht is ook maar een ding is met een groot hart geschreven.
Hoi Teunis, ik ben niet zo van de gedichten, maar ik denk dat ik deze bundel toch eens ga proberen. Jannie was er ook al enthousiast over. Groetjes, Erik
BeantwoordenVerwijderenHet is ook leuk om er hier een daar een hoofdstuk uit te lezen, Erik.
BeantwoordenVerwijderenJaren geleden heb ik van Ellen Deckwitz het boekje Olijven moet je leren lezen gekocht omdat ik toch ook wel eens wilde weten hoe het kon dat gedichten bij mij vaak helemaal niet aankomen. Haar manier van over gedichten schrijven heeft me gedeeltelijk over de angst heen geholpen. Maar echt storm is het niet gaan lopen met gedichten lezen. Het boek dat je nu beschrijft prikkelt mij nu wel weer opnieuw. Ik denk dat ik het ook eens ga proberen. Dank voor je bespreking.
BeantwoordenVerwijderenOver de boeken van Deckwitz heb ik veel goeds gehoord, maar ik heb ze niet gelezen. Moet ik misschien eens doen.
BeantwoordenVerwijderenHoi Teunis, een mooie bespreking. Ik heb de afgelopen dagen "Een gedicht is ook maar een ding" gelezen. Dit boek leest net als haar eerdere boeken lekker weg, maar dat heeft, althans bij mij, wel een beetje het gevolg dat ik vrijwel gelijk weer vergeten ben wat ik las. Helaas heeft Lidewijde mijn weerzin tegen het lezen van poëzie niet weg kunnen werken. Ik vind vrijwel alle gedichten die in het boek besproken worden, volkomen oninteressant, er staan er slechts een stuk of tien in waar ik wat mee kan, meestal de minst serieuze gedichten. Ook vind ik dat Lidewijde wel erg veel van de hak op de tak springt. Dat leest lekker weg, maar ik word er niet veel wijzer van. Uiteindelijk is dit toch een boek dat niet aan mij besteed was. Dat is ook niet erg. Groetjes, Erik
BeantwoordenVerwijderenDat zijn dan toch weer een stuk of tien gedichten, Erik.
BeantwoordenVerwijderen