zaterdag 15 juni 2013
De vierde vrouw
Sommige schrijvers ontsnappen zo'n beetje aan je aandacht. Zo had ik nooit iets gelezen van Frans Willem Verbaas. Een paar maanden geleden zag ik in de boekenkast van een vriend het Verbaasboek Sneeuw in Afrika (2006) staan. Vaag herinnerde ik me de titel wel eens ergens gelezen te hebben. Vriend zei dat het een aardig boek was, waarop ik besloot het te kopen.
In de Boekenweek stapte ik naar een christelijke boekhandel, die het op voorraad had. Ik wilde in ieder geval het actieboek van Hans Werkman hebben en Verbaas ging op het stapeltje 'ooit te lezen'. Daar ligt het nog.
Maar intussen is er een nieuw boek uit: De vierde vrouw. Dat blijkt Verbaas' vierde roman al te zijn! Stiekem heeft hij ook nog Engelenwoede (2009) en Heilig vuur (2011) geschreven. Nooit van die boeken gehoord. Mijn gewaardeerde redactrice bij Liter schreef me dat ze Verbaas al zo'n beetje afgeschreven had, toen ik haar adviseerde iets te doen met zijn laatste boek. Mogelijk waren zijn vorige boeken maar matig interessant.
Naar het boek zelve, nu. De vierde vrouw gaat uit van een origineel idee. De theoloog Karl Barth, die in de wereld buiten het boek in 1976 overleden is, blijkt in De vierde vrouw nog steeds te leven in het jaar 2005. Hij wordt dan net 119. Op een dag wordt hij gekidnapt. Hij wordt goed behandeld, maar niemand weet waar hij is.
Na een tijdje blijkt dat Mugabe achter de ontvoering zit. Ook hij bestaat buiten het boek, en net als bij Karl Barth presenteert Verbaas veel zaken die kloppen met de werkelijkheid. Maar daarna zet hij die naar zijn hand.
Tussen het verhaal in 2005 door vertelt Verbaas over het verleden van Karl Barth. Dat begint al als hij als klein jongetje op een kerktoren geklommen is en snel weer naar beneden gaat. Als hij dreigt te struikelen grijpt hij een touw vast en dat blijkt het klokkentouw te zijn, waarna iedereen door het klokgelui kan weten dat hij in de toren gedrongen is.
Het lijkt maar een episodetje, maar het mooie is, dat Verbaas dat soort scènes lading mee weet te geven. Ook later zal de theoloog zich vastgrijpen aan klokkentouwen, omdat hij niet anders kan. Het gebeier zal iedereen wakker maken.
Vaker blijken gebeurtenissen uit het verleden van Barth zijn houding in het heden te verklaren. Als Barth stevige standpunten inneemt tegenover Mugabe, snappen we dat beter als we weten hoe hij in de jaren dertig in Duitsland wel de ariërverklaring tekende, wat hij voor zichzelf rechtvaardigde door te zeggen dat hij als hoogleraar misschien nog iets goeds zou kunnen betekenen. Na zoveel jaren trekt hij de lijnen scherper.
In het heden is er natuurlijk genoeg wat het verhaal gaande houdt: je wilt weten waarom Barth ontvoerd wordt en er gebeurt ook veel: de theoloog wordt vervoerd naar een andere plaats en hij doet pogingen om in contact te komen met degenen die hem missen. Ook loopt zijn leven gevaar. Niet alleen omdat hij nu eenmaal erg oud is en niet zo heel veel kan hebben, maar ook omdat Zimbabwe niet veilig is.
Het verleden is minder spectaculair, maar Verbaas brengt er spanning in door de 'noodgemeenschap' van Barth, zijn vrouw Nelly en zijn vriendin Charlotte von Kirschbaum (Lollo). Dat roept strijd op, tussen de personen, maar ook in hen. Lollo is Barths persoonlijke assistente, die bij hem en zijn vrouw in huis woont. Voor een deel van Barths werken geldt dat zij er mede de auteur van is, laat Verbaas zien.
Een boek met een theoloog in de hoofdrol - dat moet wel veel informatie opleveren over zijn standpunten. Dat is ook zo, maar Verbaas doseert die informatie heel slim. Nergens heb je het idee dat hij flink uitpakt omdat hij zo nodig moet laten zien dat hij zijn huiswerk goed gedaan heeft. Ook varieert hij de vorm waarin hij de informatie geeft. De ene keer is dat een interview, de andere keer een brief, op nog andere momenten zijn dat gesprekken. Meestal heb je niet het idee dat het verhaal daardoor geweld wordt aangedaan.
De vierde vrouw is geen 'licht' boek, doordat de inhoud niet licht is. Maar Verbaas heeft wel moeite gedaan om die inhoud vlot te presenteren. Zo heeft zijn hoofdpersoon zeker gevoel voor humor. Verbaas' stijl is degelijk en klassiek. Je hebt het idee dat stukken van het boek ook decennia geleden geschreven zouden kunnen zijn. Dat is niet erg, omdat dat ook wel past bij de historische roman die De vierde vrouw ook is.
In die conventionele stijl weet Verbaas wel van tijd tot tijd zinnen te schrijven die ik toch even aan moest kruisen, terwijl ik goedkeurend humde. Bijvoorbeeld: 'Haar haar is even zwart als haar huid en ligt in rechte rijen vlechtjes over haar hoofd als een vers geploegde akker.' Als plattelandsjongen had ik daar meteen een beeld bij.
De titel slaat op een 'ontdekking' die Karl Barth aan het eind van het boek doet. Het woord 'preek' is vrouwelijk, waaruit hij concludeert dat ook de preek een vrouw is. Als dat zo is, dan heeft de theoloog vier vrouwen in zijn leven gehad. Zijn jeugdliefde Rösy, zijn vrouw Nelly, Lollo en de preek dus. Eerlijk gezegd is dat het minst overtuigende deel van het boek. Het lijkt me onwaarschijnlijk dat Barth genus en biologisch geslacht gelijk zou stellen. Wat zou hij dan over het onzijdige woord 'meisje' (Mädchen) gedacht hebben?
Ach, uiteindelijk zal het niet dat slot zijn dat me uit De vierde vrouw zal blijblijven. Eerder zal ik terugdenken aan het wonderlijke avontuur van die overoude theoloog en aan zijn leven dat daaraan voorafging. Een leven dat helemaal gevuld was met zijn werk, terwijl hij ook nog de relatie met zijn geliefden goed moest houden. Verbaas vertelt het ons met een betrokkenheid die we misschien wel liefde mogen noemen. Dat is mooi.
Filmpje waarin Verbaas iets zegt over de roman.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten