Elke week luister ik naar de Eigenwijze 30, gepresenteerd door Joop Stroeve. Ik hoor daar muziek die ik maar op weinig andere plekken hoor. De presentator heeft de vreemde gewoonte om het te hebben over de Tivoli en de Paradiso (over het Carré heb ik hem nog niet gehoord), maar daar erger ik me niet aan. Het charmeert hem zelfs een beetje en dat is misschien wel tekenend voor de goodwill waarmee ik naar het programma luister.
Sinds een aantal weken staat in die eigenwijze lijst ook Cosmonautix, een groep die volgens de eigen site ‘Russian Balaika Speedfolk’ maakt. Dat zal wel, maar daar gaat het me niet om. Elke keer als ik hun vrolijke nummer Valenki hoor, versta ik ‘Starinkie’ en dan moet ik aan de dichter A.C.W. Staring denken.
Zo heel af en toe kom ik nog eens een leerling tegen die de Jaromircyclus op de lijst zet. Omdat die vrij kort is natuurlijk. En om diezelfde reden ben ik wel eens Marco op een boekenlijst tegengekomen. Maar verder? Leest iemand nog wel eens ‘De hoofdige boer’? Zegt iemand nog wel eens ‘Heeft aangebrand ook pootjes, moeder Aagt?’ Declameert iemand, al dan niet met een slok op, nog wel eens ‘Sikkels klinken, sikkels blinken’? Bijna niemand, vermoed ik.
En daarom doet het mij goed, dat Staring –onbedoeld, neem ik aan- langskomt in een Russisch stampliedje. Voor even zit Staring aan de stamtafel, waar hij een klap op zijn schouder krijgt, terwijl hem een glas wodka wordt toegeschoven: ‘Starinkie, drink eens uit.’
Laten wij daarom het glas heffen. Op Staring. En op Cosmonautix.
1767 - 1840 |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten