Eva van Liere is lerares, 37 jaar oud en aan de dijk gezet door haar geliefde, met wie ze zeventien jaar samen was. Sinds die tijd is het leven lastig voor haar. Eva is de hoofdpersoon in de roman Pussy album (2016) van Stella Bergsma.
Voor in de roman staat: 'Ik hoop dat je sterft aan dit boek.' Wie die 'je' is, is niet meteen duidelijk. Hopelijk is het niet de lezer. Het zal de geliefde van Eva wel zijn, al schrijft ze, als ze naar hem verwijst Jij en Jou steeds met een hoofdletter.
De neergang van Eva wordt beschreven in zes delen, Maand 6 tot en met maand 1. Onder elke hoofdstuktitel staat steeds het promillage vermeld van de alcohol in haar bloed. Dat begint met 0,7 en eindigt met 5,3. Het loopt dus nogal op. Laten we zeggen dat ze nogal een innemende vrouw is.
Vreemdgaan
De relatie met de Jij liep stuk toen Eva vreemdging. Voor Eva betekende dat niet zoveel, voor haar geliefde wel. Het was 'eenmalig, of nou ja, twee-, driemalig'. Als reden noemt ze:
We leefden in concentrische cirkels om de ander heen. Wel werd je ook mijn broer en mijn vader en zelfs mij. Dus wilde ik meer, zoals ik altijd wil. Vraag me niet waarom.
Er moet wel even bij verteld worden dat Eva een niet altijd betrouwbare verteller is. In een groot deel van het boek is ze dronken. Het spreekwoord zegt dat dronken mensen de waarheid zeggen. In ieder geval is het haar waarheid op dat moment.
Het stuk maken van iets dat te heel, te onberispelijk is, past wel in het patroon van haar leven.
Mijn hele leven lang heb ik al krassen gemaakt. Vies vegen in het leven. Ik kan niet anders. Zo heb ik Ons besmeurd. Over onze dromen gepist. Ik vond dat het kon drogen in de wind, terwijl Jij maar bleef poetsen.
Raven
Aan het begin van het boek houdt Eva structuur in haar leven door haar werk als lerares. Ze raakt in de ban van een leerling, die ze Raven noemt, omdat hij het had over het gedicht The Raven. Ze wordt betrapt tijdens een vrijpartij, waarop ze op staande voet ontslagen wordt. Wel met een gouden handdruk, want de directeur heeft zich gecompromitteerd door zich door haar te laten bevredigen.
Na haar ontslag gaat Eva nog aan het werk als postbezorger, maar ook dat lukt op den duur niet meer. Ze drinkt zo veel, dat ze de grip op haar leven steeds meer kwijtraakt. De drank verdooft, maar niet genoeg en altijd maar kortstondig. Eva zegt over haar drinken:
Daarom drink ik: om zo hulpeloos te worden als ik me eigenlijk voel.
Turks fruit
Ze gaat met veel mannen naar bed, meestal zonder daar heel veel bij te voelen. Ik moest daarbij denken aan Turks fruit van Jan Wolkers waarin de hoofdpersoon met veel vrouwen het bed deelt. Op de achtergrond blijft steeds zijn grote liefde voor Olga. Ook bij Eva is de Jij steeds op de achtergrond aanwezig, als een soort watermerk. Ze heeft met zichzelf afgesproken dat ze pas op haar sterfbed aan hem mag denken en het lijkt erop dat ze haar best doet om dat sterfbed snel dichterbij te brengen.
Misschien werkt de seks bij Eva ook wel als het snijden bij een automutilant: op het moment van het snijden besta je en voel je iets.
Ik voel je in me en wil dat het me de wereld in krijgt. Dat ik in het hier en nu beland en leven wil.
Eva glijdt af. Ze isoleert zichzelf en niemand kan haar meer echt benaderen. Ze is nog even samen met Raven en hij heeft wel reddingsfantasieën, maar uiteindelijk kan hij het ook niet bij haar uithouden. Wat niet zo vreemd is, want Eva kan het ook maar moeilijk met zichzelf uithouden. Haar moeder belt nog wel eens, maar Eva beantwoordt de oproep niet.
Het is niet makkelijk om Eva te zijn, van jongsaf al niet. Wat niet zo gek is als je een vader hebt die steeds opsomt wat je verkeerd hebt gedaan. We krijgen ook nog blikken op het leven van Eva als leerling. Het zijn maar snippers, maar ze geven wel aan dat Eva al heel lang niet goedkoop leeft: het kost haar heel wat, al kan ze er luchtig over doen.
Warme herinneringen
Hoewel ze zichzelf beloofd heeft nog niet aan de Jij te denken, dringen zich toch warme herinneringen aan haar op:
Ik denk aan Jou en mij. Het klussen, het sjouwen, het bouwen aan alles. De wensen op de muur strijken. Met het zaagsel in je haren zoenen op de betonnen vloer. Zo moe en droef ben ik, zo oud.
Dat maakt het natuurlijk alleen maar erger. Hoe meer je gehad hebt, hoe meer je kwijtgeraakt bent. Of, zoals Eva het over zichzelf zegt: 'Ontsnapte uit alles en nu heb ik niets.'
Gedichten
De titel van de roman verwijst naar een gelijknamig mapje op de computer van Eva. Daarin slaat ze haar gedichten op. Een van die gedichten komt steeds terug. Het heet 'De dood' en begint met 'Ooit mijn lief te bevrijden'. Er wordt verschillende keren in de roman naar verwezen en aan het eind is het in zijn geheel in handschrift opgenomen. In het gedicht wordt geprobeerd de dood ongedaan te maken ('Ooit de dood te doden / blaas de adem terug').
Het is niet zo'n heel goed gedicht, het ronkt nogal, maar dat geeft het wel iets aandoenlijks. Door de hele roman heen zijn er verwijzingen naar poëzie van Gorter, Nijhoff, Roland Holst en vooral J.C. Bloem. Die laatste vooral vanwege de regel 'Voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij.' Dat slaat niet alleen op haar relatie. Het is ook het grafschrift van Bloem. Daarmee verwijst de regel zowel naar de grote liefde die voorbij is als naar de wenkende dood.
Naturalisme
Pussy album deed me nogal denken aan naturalistische romans, (Emants, Couperus, Coenen, Van Oudshoorn). In zijn Geschiedenis van de Nederlandse literatuur tussen 1885 en 1985 (1990) noemt Ton Anbeek verschillende kenmerken van de naturalistische roman, die voor een groot deel ook opgaan voor deze roman. De hoofdpersoon is 'een nerveus gestel', de plot is 'de geschiedenis van een ontnuchtering', er zijn determinerende omstandigheden, een haat tegen de burgerij, belangstelling voor seksualiteit, opmerkelijk taalgebruik, objectiviteit.
Wat dat laatste betreft: Anbeek bedoelt ermee dat de verteller ons laat zien wat er gebeurt, zonder er een oordeel over te geven. De voorkeur voor de hij/zij-vorm, die Anbeek ook noemt, gaat niet op: Bergsma laat Eva in de ik-vorm vertellen.
Voor mij is het vooral de onafwendbaarheid van het lot die me bij Pussy album aan de naturalistische romans laat denken. De lezer ziet hoe Eva zich naar de ondergang drinkt. Bij Van de koele meren des doods is er op het dieptepunt nog redding. Daar hoeven we in deze roman niet op te rekenen.
Taalgebruik
Het taalgebruik is opmerkelijk. Bergsma's taal flonkert en spettert. Er zit veel energie in de zinnen en ze zijn scheutig met beeldspraak, wilde associaties, fraaie taalvondsten. Natuurlijk vliegen ze wel eens uit de bocht, maar dat past goed bij het register dat Eva gebruikt. Zoals ze zich kan laten gaan in drank en in seks, doet ze dat ook in de taal. Uitbundig, de suggestie van onbeheerstheid, grote gebaren makend, luidruchtig.
Op een gegeven moment, ergens halverwege maand 3, schat ik, kakte ik een beetje in, alsof ik het allemaal wel gehoord en gezien had. Dat zou aan mij kunnen liggen. Het zou ook kunnen dat juist dat goed bij het boek past. Eva is het ook zat, maar ze moet maar door en door, want ook het leven gaat maar door. Verderop in het boek was ik er weer helemaal bij.
Pussy album is niet een 'gaaf' boek, maar dat moet ook. Anders zou het volstrekt ongeloofwaardig zijn en ik geloof Eva wel, met haar morsige en schrijnende leven. Het is een boek van auteur die voluit gaat, die zich niet aan allerlei benauwde grenzen houdt, maar gewoon doorbeukt. Dat kan ik zeer waarderen.
Ik kan me voorstellen dat er lezers zijn bij wie Pussy album tegen de haren in strijkt en irriteert, maar ook dat er lezers heel erg enthousiast over zijn. Onberoerd zal het niemand laten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten