woensdag 24 juli 2013
Zoete mond
Bij Thomas Rosenboom weet je vaak vooraf wat voor personen je krijgt. Meestal zijn het figuren met weinig contacten en zijn ze weinig succesvol of over hun hoogtepunt heen. Aan de horizon zie je de ondergang verschijnen en die komt langzaam dichterbij. Al eerder besprak ik hier de romans De nieuwe man en De rode loper; ze eindigen beide met een eenzaam figuur.
Zo gaat het ook bij Zoete mond. Het laatste deel van de roman heet niet voor niets 'Mannen alleen'. De hoofdpersoon, de dierenarts Rebert van Buyten, is iemand die altijd moeite had om contacten te leggen en te onderhouden. Als spoorstudent nam hij niet deel aan het studentenleven en als zijn huisgenoot hem een enkele keer uitnodigde om mee te gaan naar een café was hij zich overbewust van zichzelf en van ontspannen contacten kwam het dan niet.
Na zijn huwelijk lijkt hij een goede vriend te hebben in Diederik, maar die raakt hij weer kwijt na een noodlottig ongeval waarbij hun beider echtgenoten betrokken zijn. Die Diederik verdwijnt daarop uit Zoete mond - een los draadje waarvan ik gedacht had dat het nog wel afgehecht zou worden.
Van Buyten draait een tijdje als dierenarts mee in een groepspraktijk en komt daarna in het dorp Angelen terecht. Die naam lijkt wel erg op Angeren. Het zou me niets verbazen als Rosenboom dat dorp als voorbeeld heeft genomen; het ligt ongeveer op de plek waar Rosenboom Angelen heeft neergepoot: aan de Nederrijn. Het zou kunnen zijn dat Rosenboom het net over de Rijn heen heeft getild. Weliswaar spreekt hij ook over dorpen als Pannerden en Tolkamer, maar niet over Huissen en wel over Zevenaar.
In Angelen heeft Rebert van Buyten zich teruggetrokken. Als er een hondje aangereden wordt, wordt de dierenarts weer in hem wakker. Dat wordt herkend door de kinderen van het dorp. Er gaat een golf van dierenliefde door het dorp, waar zelfs de kinderen die daarvoor gepest werden mogen delen. Bijvoorbeeld de jongen met de ongelukkige naam Donald Duk, of Japie, die altijd aangewezen was op het gezelschap van zijn konijn.
Net buiten het dorp woont de excentrieke figuur Jan de Loper. Rosenboom vormde de figuur naar Kees de Tippelaar, die werkelijk bestaan heeft, zij het dat die in de negentiende eeuw leefde, terwijl de roman van Rosenboom in de jaren zestig speelt.
Jan de Loper werd beroemd door zijn voettochten, maar beroemder nog door de streken die hij uithaalde. Hij is ooit mateloos beroemd geweest, maar intussen is hij duidelijk over zijn hoogtepunt heen. Van Buyten en Jan de Loper worden elkaars concurrenten.
Zoete mond begint met een proloog over een witte walvis, een beloegadolfijn. Later zal die in het boek een rol spelen: die walvis zwemt namelijk de Rijn op en zal ook Angelen passeren. Jan de Loper denkt nog eenmaal flink in de publiciteit te kunnen komen en onze dierenarts zal (eigenlijk tegen zijn zin) een lezing houden, waarvoor hij nauwelijks voorbereidingstijd heeft.
Aan het eind van het boek is Rebert eigenlijk de nieuwe Loper geworden. Geen wandelaar maar een hardloper. De dingen die scheef zaten in zijn leven heeft hij recht kunnen zetten, zijn schuld is gedelgd. Maar hij is wel alleen, al lijkt hij daar niet mee te zitten.
Dat delgen van de schuld heet bij Rosenboom 'de verschoning'. In veel van Rosenbooms boeken vinden de personen min of meer rust, maar net als hier, zijn ze alleen. Rosenbooms boeken spelen in verschillende tijden, op verschillende plaatsen, in verschillende omstandigheden, maar zijn personages blijven hetzelfde: mensen die eigenlijk geen aansluiting bij de gemeenschap. Ze staan er alleen voor en zullen het alleen moeten zien te rooien. Aandacht van anderen, soms zelfs liefde, is er wel, maar die is maar tijdelijk.
Soms worden grote plannen verwezenlijkt, maar meestal leiden die uiteindelijk niet tot meer geluk. Ook Rebert van Buyten heeft grote plannen: energie halen uit de golfslag. Daar hoor je aan het eind van het boek ook niets meer over. Ook dat is een loshangend draadje.
Zoete mond verscheen in 2009. Bijna een jaar geleden kocht ik het voor vijf euro bij De Slegte. Het boek heeft dus maar drie jaar in de boekhandel gelegen. Het zal wel niet anders kunnen, maar triest vind ik het wel dat ook boeken van goede schrijvers zo snel uit de roulatie worden genomen. Zoete mond is misschien niet het beste boek van Rosenboom, maar het is gewoon een goede roman, die nog altijd veel boeken van veel andere schrijvers achter zich laat.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten