maandag 14 januari 2013

Het bamischandaal



'De langverwachte opvolger van J. Kessels: The Novel. Niet beter, wel heter!' Dat staat achter op Het bamischandaal de nieuwe roman van P.F. Thomése.

Het Kesselsboek had ik indertijd gelezen, tijdens een verblijf in Berlijn, wat mooi uitkwam, want de personages Thomése en Kessels gaan naar Duitsland om iemand op te sporen. Ik vond het een heerlijk boek: met veel vaart verteld, op een eigen toon; bijzonder humoristisch. Het hele boek door wordt er een spel gespeeld met werkelijkheid en verbeelding. Het personage J. Kessels is namelijk (als we de auteur tenminste mogen geloven) ook een bestaand persoon.

Het bamischandaal is net zo'n boek. Misschien hier en daar nog wat platter of vunziger (daar zal dat 'heter' op slaan), maar het concept is hetzelfde. Ook nu weer wordt er gezocht naar een verdwenen persoon. In dit geval J. Kessels himself. Hij is het meisje van de afhaalchinees nagereisd naar Shanghai en daarna is er niets meer van hem vernomen. Frans Thomése en Peer Sonnemans proberen Kessels op te sporen. Hun gids zal Frans Schellekens (De Schel) uit Breda zijn, die al jaren in Shanghai woont.

Sonnemans en Kessels komen uit Tilburg en tussen Breda en Tilburg heerst eenzelfde animositeit als tussen Amsterdam en Rotterdam of Arnhem en Nijmegen. De Schel wordt steeds op zijn afkomst gewezen; hij komt uit Breda en is dus bij voorbaat verdacht. De tegenstelling is een soort running gag in Het bamischandaal, zeker als dan ook nog blijkt dat Chinezen gokken op de wedstrijd NAC - Willem II.

Als lezer heb je vaak de neiging om 'in' een roman te kruipen, de romanwerkelijkheid voor even als de enige te zien en mee te leven met de personages. Daar geeft Thomése ons weinig kans voor. Steeds weer wrijft hij ons onder de neus dat we een roman lezen. Ik heb daar heel erg van genoten. Enkele citaten:
Het is dat deze roman Het bamischandaal heet. anders zou ik geneigd zijn het gelul van Peer met een pennenstreek als totale wartaal af te doen. Nu moest ik er een puntje aan zien te draaien.
Waar sloeg het allemaal op!? Een schrijver zoals ik, wie ik ook was, had toch heel wat belangrijker dingen om over te schrijven? Dingen die de literatuur waardig waren, om het voor de verandering een keer correct te formuleren. Die de mensheid een stapje verder gingen brengen. In een richting waar de geachte dames en heren van de mensheid op zaten te wachten. Nou, op dit lamme bamigelul zaten ze in elk geval niet te wachten. Daar kon je de klok op gelijk zetten, met de grote knoeperd keisteil omhoog wat mij betreft.
Een schrijver hoort zijn eigen personages niet af te vallen, dat is waar. Maar, zeg ik ter verdediging, ik heb hier niet om gevraagd, om deze uit de hand gelopen bijfiguren.
Als mijn theorie klopte - en waarom zou ze niet kloppen (ik was immers de schrijver van dit boek, en al probeerden bepaalde personen of personages er de hele tijd op hun domst doorheen te schreeuwen, ik hield de regie stevig in handen) - moest mijn vriend mij vanzelf een keer tegen het lijf lopen.
 Het bamischandaal is stilistisch interessant. In veel zinnen weet Thomése de spreektaal te benaderen. Dat doet hij zowel door zinsbouw als woordkeuze, waarbij hij handig wisselt van register. De zinnen hebben een enorme vaart, zodat je ze leest alsof je in de kroeg zit te luisteren naar iemand die smakelijk kan vertellen.

Toch viel het boek me uiteindelijk wat tegen. Eigenlijk is het niet veel meer dan een reprise van J. Kessels: The Novel. Hoe onderhoudend dit Bamischandaal ook is, als je de voorganger gelezen hebt, begint het op den duur toch te smaken als een opgewarmde bak bami. Best lekker, maar als je ook een vers bereide maaltijd kunt krijgen, heeft dat de voorkeur.


Het promotiefilmpje voor Het bamischandaal had ik gezien al ver voordat ik het boek las. Ik blijf het leuk vinden.

1 opmerking:

  1. Het is inderdaad meer van hetzelfde, desondanks heb ik met kostelijk vermaakt met dit boek.

    BeantwoordenVerwijderen