vrijdag 21 oktober 2011

Greonterp

Afgelopen week was ik met mijn lief in Friesland. We liepen door Woudsend en natuurlijk moest ik daarbij denken aan het gedicht ‘Herkenning’ van Gerard Reve:

Nu weet ik, wie gij zijt,
de jongen die ik eenzaam zag te Woudsend en daarna,
nog op dezelfde dag, in een kafee te Heeg.
Ik hoor mijn moeders stem.
O Dood, die waarheid zijt: nader tot U

Op dat moment was ik de plaatsnaam Heeg kwijt. Ik weet ook niet meer of wij later op de dag door dat dorpje reden. Wel kwamen we door Blauwhuis, dat ik ook alleen maar kende uit een gedicht van Reve.


Graf te Blauwhuis
voor buurvrouw H. te G.

Hij rende weg, maar ontkwam niet,
en werd getroffen, en stierf, achttien jaar oud.
Een strijdbaar opschrift roept van alles,
maar uit een bruin geëmailleerd portret
kijkt een bedrukt en stil gezicht.
Een kind nog. Dag lieve jongen.

Gij, die koning zijt, dit en dat, wat niet al,
ja ja, kom er eens om,

Gij weet waarom het is, ik niet.
Dat Koninkrijk van U, weet U wel, wordt dat nog wat?

G., in de opdracht is natuurlijk Greonterp, waar Gerard Reve indertijd woonde, in Huize Het Gras. Greonterp blijkt een dorpje van niks te zijn. Een stuk of vijf huizen, met een torentje. Later hoorde ik dat je vanuit Greonterp achttien kerktorens in de omtrek kunt zien.

Huize Het Gras blijkt er nog steeds te zijn. Kinderlijk opgetogen liet ik me ervoor fotograferen. Die container had ik natuurlijk even moeten verwijderen, maar daar dacht ik later pas aan.




Als ik werk van Reve lees, hoor ik altijd zijn stem (zoals ik dat ook heb bij Buddingh´ bijvoorbeeld). Daarom laat ik die stem ook maar even horen.

´Graf te Blauwhuis´ begint op 5:13, 'Herkenning' op 6: 15.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten