woensdag 15 mei 2024

Willem Witsen (1860 - 1923) Een kunstenaarsportret in brieven (Modderkolk/Vermeulen/Wouthuysen)


Als ik dit schrijf, kan het nog: de expositie over Willem Witsen bezoeken. Die is in Museum Jan Cunen in Oss tot en met 16 juni 2024. Mooie expositie in een prachtig gebouw. Tot voor kort had ik nooit van het museum gehoord en had ik het gebouw nooit gezien. Vreemd. 

Op de expositie veel schilderijen en etsen van Witsen, naast de foto's, waarvan er veel wellicht al bekend zijn. Ooit had ik een boek over de Tachtigers met daarin foto's die door Witsen gemaakt zijn. Ik leende het uit aan een leerling, maar kreeg het niet terug. Dat is aan de ene kant jammer, maar het heeft ook wel iets moois. 

Toen ik de expositie bezocht, kocht ik meteen Willem Witsen (1860 - 1923). Een kunstenaarsportret in brieven, bezorgd door Linda Modderkolk, Odilia Vermeulen en Ester Wouthuysen, een voortreffelijk boek. 

Annotaties

Het boek bevat 141 brieven van en naar Witsen en is rijk geïllustreerd met werken van Witsen en met foto's. De brieven zijn minutieus geannoteerd. Van alle schilderijen en etsen wordt vermeld waar die zich nu bevinden, van halve verwijzingen wordt al uitgezocht waarnaar ze verwijzen, volkomen vergeten personen worden ons voorgesteld en tijdens het lezen krijg je meer en meer het idee dat je je bevindt in de tijd waarin Witsen leefde. 

Al langer had ik zin in de brieven. Arthur Japin schreef de roman Wat stilte wil, over Witsens zus Anna, die uiteindelijk een eind aan haar leven maakte. Die roman wil ik ook wel lezen, maar het leek me goed om eerst meer van Anna's omgeving te weten. Haar dood wordt overigens maar zijdelings in de brieven vermeld. 

Indrukwekkende hoeveelheid

Dat er vroeger nieuwtjes uitgewisseld werden door handgeschreven brieven wist ik wel. Ik heb dat zelf ook nog wel gedaan. Maar dat er zo ontzettend veel geschreven is, was mij niet bekend. Als je een indruk wilt krijgen van de imposante hoeveelheid brieven die er verstuurd werden, zou je op DBNL kunnen kijken. Daar zijn alle tot nu toe bekende brieven van en aan Witsen te vinden. Er zijn jaren bij dat er meer dan honderd brieven door Witsen geschreven en ontvangen werden. 

Sommige brieven zijn alleen in het klad bewaard en van andere weten we dat ze er geweest zijn, omdat een antwoord erop bekend is, maar de oorspronkelijke brief is verloren gegaan of in ieder geval nog niet teruggevonden. Er is dus nog meer (geweest). 

Jacobus van Looy

Jacobus van Looy, door Witsen
In het boek wordt het leven van Witsen verdeeld in vijf perioden. Elke periode wordt ingeleid en daarna volgen de brieven uit die tijd. In de eerste periode zijn er veel brieven van en naar Jacobus van Looy, schrijver en beeldend kunstenaar. Hij werd als schrijver bekend met onder andere het drieluik Jaapje (1917), Jaap (1923) en Jacob (1930). Ik heb ze nooit gelezen, maar ik heb intussen wel Feesten (1903) in huis gehaald. 

Tijdens de briefwisseling is Van Looy nog niet zo bekend als schrijver, maar meer als schilder. Hij heeft de Prix de Rome gewonnen, een aanmoedigingsprijs voor jonge kunstenaars. Twee jaar lang reist hij door Italië en Spanje, een verplicht programma volgend, waarbij hij kopieën van meesterwerken maakt. 

De vriendschap tussen Witsen en Van Looy, verwatert in de loop van de tijd. Zo gaat dat blijkbaar, zou je kunnen zeggen. Maar als Van Looy in De Nieuwe Gids een autobiografisch verhaal publiceert, realiseert Witsen zich hoezeer hij Van Looy gekwetst heeft in een brief. Hij schrijft hem in april 1890.

Ik heb gisterenavond van je zitten lezen in de N.G. Kobus en vannacht heb 'k niet kunnen slapen en heb liggen huilen als 'n kind. Ik weet wel dat ik en niemand met de werkelijkheid die er achter de dingen zit die je schrijft niets noodig heb maar kan ik 't helpen dat 'k vannacht - zoo erg denken moest aan vroeger en terug leefde in dien tijd toen jij zooveel in mijn leven was, - en ik die bazige brieven schreef -  en 'k zag jou - midden in 'n moeielijken strijd alleen - vol en rijk en individueel, sterk in jezelf - nu ja - maar alleen met veel verdriet, bitter-bitter verdriet - en 'k zag mezelf - onbezorgd in de tevreden onbeduidendheid van m'n kleine zijn en 'k kon niet ophouden me te verwijten - te verwijten tot wanhopend worden toe dat 'k zoo dom heb kunnen zijn - en moest huilen, huilen, huilen om jouw verdriet en m'n eigen kleinheid - en dan dacht 'k wat aan die vriendschap die 'k van den beginne af voor je gehad heb. 

De brieven over kunst zijn bijzonder interessant. Je merkt dat de jonge kunstenaars bijzonder goed op de hoogte zijn van de ontwikkelingen in de kunst in Europa. Als er een interessante expositie is in Parijs reist Witsen daarheen en ook alle exposities in Nederland worden bezocht en de werken worden becommentarieerd. 

Kloos en Verwey

Witsen heeft veel contacten in de literaire wereld, met bijvoorbeeld Willem Kloos, Albert Verwey, Frederik van Eeden en Hein Boeken. Veel ontwikkelingen in de personele sfeer maak je in de brieven 'live' mee. Kloos en Verwey hebben een hechte vriendschap, die tot een einde komt als Verwey zich verlooft met Kitty van Vloten, een zus van Betsy van Vloten, met wie Willem Witsen zal trouwen. 

Willem Kloos. foto: Willem Witsen

Kloos is ontdaan over het einde van de vriendschap en trekt voor een tijdje bij Witsen in, die dan in Londen woont. Verwey stuurt zijn bundel Van het leven (1889) naar Witsen, die meldt dat hij hem ontvangen heeft, maar hij heeft de gedichten niet gelezen, op advies van Frederik van Eeden, en hij heeft ze ook niet aan Kloos gegeven. 

Niet doen, Wim! Ik zou 't niet doen. [...] leg die verzen in een kast en doe of ze er niet zijn. Ze zouden Willem's goede stemming vergiftigen en niets goeds uitwerken. [...] Heb je ze zelf gelezen? - Niet? - Wacht er dan vooreerst mee als je kunt. Ik vrees dat je je indruk, die niet aangenaam kan zijn, niet voor Willem zult kunnen verbergen. (Van Eeden aan Witsen, 6 en 7 november 1888)

Maar als Witsen er niet is, laat Hein Boeken de gedichten aan Kloos lezen. Witsen schrijft daarover aan Van Eeden (29 november 1888).

[...] toen 'k binnenkwam zei W. dadelijk heel opgewonden: 'Kijk 's Wim dat moet je zien, lees 't 's voor mijn plezier' en toen heeft hij me 'n paar sonnetten voorgelezen en hier en daar regels laten zien; en hij was zoo vroolijk, en hij vond 't zoo verschrikkelijk slecht, alles rijmelarij, zeid-ie, en zoo jammer van zoo'n groot kunstenaar. Hij las er een van de Christus sonnetten tegenover en begreep maar niet waarom dat boek zóo slecht is. Hij heeft 't heele boek doorgelezen en beurtelings gelachen en gehuild - gelachen om 't belachelijke en 't leelijke; gehuild om 't jammere. Hij is tegenwoordig heel goed en drinkt weinig. 

Echtscheiding

Willem Witsen, Winter te Ede
Het huwelijk van Willem Witsen en Betsy van Vloten houdt uiteindelijk geen stand. Het gezin is verhuisd naar Ede, maar Willem is vaak in Amsterdam. Dat zorgt ervoor dat de twee elkaar schrijven. Boven de kladversie van een van de brieven heeft Betsy later 'voor de fatale onthulling' toegevoegd. Witsen had al een paar jaar een verhouding met een vrouw die verder niet geïdentificeerd is. Door een anonieme brief werd Betsy op de hoogte gesteld. 

Niet alle brieven uit die tijd konden opgenomen worden in deze verzameling, maar degene die er wel in staan, zijn duidelijk genoeg. Bijvoorbeeld dit korte briefje van Witsen (eind februari 1902)

Wat wil je toch met die akelige briefjes en gemeene giftige zinnetjes? Wat wil je daarmeê bereiken als 't niet is dat je wil dat 'k nog meer hekel aan je krijg? Ik weet wel dat je liegt en dat zelf ook wel weet - maar al was 't waar ik zou nooit, - al hadt je niet meer tegen me gezegd dan dàt - 'k zou nooit weer tot je terugkeren. Onthoud dit maar

W.W.

Amerika, oorlog, Nederlands-Indië

In 1915, tijdens de Eerste Wereldoorlog dus, reist Witsen naar de Verenigde Staten. Hij is afgevaardigde van de Nederlandse kunstafdeling op de Wereldtentoonstelling in San Fransisco. Daar is hij verantwoordelijk voor het inrichten van de zalen met werk van Nederlandse eigentijdse schilders en hij wordt benoemd tot lid van de internationale jury. Hij leidt mensen rond en is aanwezig bij bals, diners en recepties. Acht maanden zal hij er blijven. 

De oorlog is op de achtergrond aanwezig. Aan het begin van de overtocht is er bijvoorbeeld het gevaar van mijnen. In 1918 leidt de oorlog tot voedseltekorten, vooral in de grote steden. In april moeten in Den Haag politie en marechaussee optreden om rellen en plunderingen van bakkers- en kruidenierswinkels te beëindigen. Er vallen doden en gewonden. 

Kloos schrijft over de toestand (6 mei 1918) aan Witsen.

Ja, de toestand heeft wel een dreigend karakter aangenomen, vooral hier in den Haag, waar letterlijk hongeroproeren zijn geweest. Omdat in tal van winkels de ruiten zijn ingegooid, soms geregeld een heele straat door, zijn in de hele stad, de winkels met planken geblindeerd. Vleesch is al sinds weken niet meer geregeld te krijgen, en als het er is, krijgt men toch niet meer dan één ons per week voor één persoon. 

 In 1920 reist Witsen naar Nederlands-Indië. Hij zal daar onder andere de Gouverneur-generaal portretteren. 

Heerlijk boek

Het is natuurlijk niet de bedoeling om het hele boek met de briefwisseling van Witsen na te vertellen, als dat al zou kunnen. Maar ik wil wel duidelijk maken dat het een heerlijk boek is, waarin je dicht komt te zitten op de briefschrijvers en op de tijd waarin ze leven. J. van Oudshoorn bijvoorbeeld is nu een schrijver uit het verleden, maar Theo Nieuwenhuis schrijft op 12 april 1915 dat hij Willem Mertens levensspiegel heeft gelezen, 'een merkwaardig boek van een jong schrijver'. 

Een beetje verward soms en niet mooi van taal soms, maar toch, daar tusschendoor stukken zoo mooi als in den laatsten tijd door niemand geschreven. 

Heet van de naald krijgen we zo een lezersreactie. 

Zelfportret

Willem Witsen (1860 - 1923). Een kunstenaarsportret in brieven is een prachtig boek, waar ik lekker lang over gedaan heb: steeds een paar brieven. Verschillende keren zocht ik brieven op die niet in het boek zijn opgenomen, om een nog beter beeld te krijgen. Echt nodig is dat niet, want de bezorgers hebben een mooie keuze gemaakt en verdere noodzakelijke informatie komt terug in de noten. 

Achter in het boek is een handig personenregister opgenomen, waarin van elke persoon kort wordt uitgelegd wie hij of zij is en welke brieven deze persoon genoemd wordt. 

Hup, naar de expositie dus, om te zien dat Witsen prachtig werk getekend, geschilderd en geëtst heeft en daarna genieten van deze mooie verzameling brieven. 


Willem Witsen 1860 - 1923. Een kunstenaarsportret in brieven. Bezorgd door Linda Modderkolk, Odilia Vermeulen en Ester Wouthuysen. Uitg. Verloren, 2023. 308 blz. € 35,-

Geen opmerkingen:

Een reactie posten