vrijdag 22 oktober 2021

Crossroads (Walter van den Broeck)


Het is een mechanisme dat ik hier al eerder heb gesignaleerd en dat ik nog steeds niet goed snap: soms raak ik schrijvers kwijt. Ik volg hun werk een tijdje, soms zelfs vrij intensief en dan besluit ik ineens het nieuwe boek niet meer te kopen, het boek daarna koop ik ook niet en langzaam verdwijnt zo'n schrijver een beetje uit het zicht. 

Dat is mij ook gebeurd met Walter van den Broeck. In de jaren tachtig en negentig heb ik zijn werk zeer intensief gelezen. Zestien van zijn boeken staan in mijn boekenkast, telde ik net en ik zet het zeventiende er straks bij. Ach, wat heb ik genoten van boeken als De dag dat Lester Saigon kwam (1974), Aantekeningen van een stambewaarder (1977) en Brief aan Boudewijn (1980). Jong en onbezonnen als ik was, schreef ik daarover zelfs een briefje aan de grote schrijver, die mij een vriendelijk handgeschreven briefje terugstuurde. 

Het beleg van Laken (1985) is zo'n beetje de tegenhanger van Brief aan Boudewijn. Nadat Boudewijn in het boek dat aan hem gericht is rondgeleid door de kleine Walter, nodigt hij Walter uit op het paleis in Laken. Goed boek, grappig ook. 

Anagrammen

Daarna verschenen er een stel boeken waarvan de titel een anagram was van Het beleg van Laken: Gek leven na het bal (1990), Het gevallen baken (1991), Het leven na beklag (1992). Het eerstgenoemde heb ik wel gelezen, maar pas jaren later, de andere twee heb ik nog steeds niet gelezen. Waarom kocht ik die boeken niet? Had ik het idee dat het meer van hetzelfde was?

Van verdwaalde post (1998) heb ik nog zeer genoten, maar Een lichtgevoelige jongen (2001) en De beiaard en de dove man (2004) vond ik wat mindere boeken. Als mijn geheugen mij tenminste niet bedriegt. En daarna las ik dus niets meer van Van den Broeck. 

Daarmee heb ik niet alleen de schrijver tekortgedaan, maar ook mezelf. Nu ik opzoek waarover De veilingmeester (2007) gaat, lijkt het me een boek dat ik graag zou lezen. En toen ik een lijstje maakte met de beste boeken van 2019 die ik niet gelezen had, zette ik daar wel Niets voor de familie in, maar ik kocht en las het niet. 

Het voorlopig laatste mankement

Maar nu heb ik Crossroads wel gekocht en gelezen en het is me goed bevallen. Nog niet aan het begin, waarin Van den Broeck schrijft over hoe het gegaan is na de big bang: 'Het voorlaatste mankement was: Het Leven; Het voorlopig laatste: De Mens. 

Daarna legt hij uit hoe mensen in groepen gaan leven en dat die groepen soms weer een samenleving gaan vormen. Het is een manier om uit te komen bij Olen, de plaats die we kennen uit veel boeken van Van den den Broeck. Maar ook Olen is weer te verdelen in buurtschappen en over een van die buurtschappen gaat Crosroads

Zo'n begin vind ik eigenlijk veel te ronkend. Het doet me denken aan De dood van Murat Idrissi van Tommy Wieringa, waarin eerst met veel poeha uitgewijd wordt over de Middellandse Zee voordat het eigenlijke verhaal begint. 

Bij Van den Broeck snap ik de functie wel: hij kadert het verhaal in. Wat hij gaat vertellen is maar een van de verhalen. Er zijn meer verhalen te vertellen over andere plaatsen, andere gemeenschappen, maar de principes blijven gelijk. Ook in het laatste hoofdstuk zoomt Van den Broeck uit. Zelfs de epidemieën die België voorbijgingen en de laatste die het land wel raakte komen dan voorbij. Maar toch is me dat begin net iets te pompeus. 

De zusjes

De slotzin van het boek is: 'Gelukkig dat de zusjes dat allemaal niet meer moeten meemaken.' Die zusjes zijn Jen en Maria Boeckxc. Ze zijn altijd ongehuwd gebleven, min of meer op bevel van hun moeder, nadat vader omkwam bij een motorongeluk. Maria werd kleuterjuf en Jen (Emilienne) baatte het cafë In de Kroon uit. Dat stond tegenover  In de Vlaamse Leeuw, een café dan nog had toebehoord aan de opa van de gezusters.  De naam veranderde in Crossroad.

Op het voorplat van Crossroads zijn de beide cafés afgebeeld. Vreemd genoeg wordt de naam van de kunstenaar die de afbeelding gemaakt heeft, niet door de uitgever vermeld. De titel van de roman verwijst niet alleen naar het café, maar ook naar de weg die dwars door Olen loopt (de Lichtaartseweg) en mogelijk ook naar het feit dat de levens van de beide zussen ooit het leven van de verteller kruisten. 

Dicht op de werkelijkheid

Voor in het boek staat: 'Al wie in het boek voorkomt is een romanpersonage, ikzelf inbegrepen.' We lezen immers een roman. Dit soort disclaimers komt meestal juist voor bij boeken die dicht op de werkelijkheid zitten. Wie even googelt, komt er al gauw achter dat veel van wat in Crossroads staat, werkelijk gebeurd is. Het tragische einde van de zussen haalde in 2019 de landelijke kranten. 

Natuurlijk heeft Van den Broeck naar sommige zaken moeten gissen, maar meestal is hij daar expliciet in. Op de bladzijden 83 tot ten met 86 lezen we bijvoorbeeld: 'schoot mijn verbeelding op gang'; 'zo beeld ik me in'; 'Ik kan me inbeelden.' 

Zo stelt hij zich voor dat de zussen uit het raam neerkijken op wat er in de wereld gebeurt, als waren zij ballonvaarders. Dat doet hem terugdenken aan de tijd dat de amandelen van hem en zijn zus geknipt waren en dat zij door het raam keken naar de spelende kinderen buiten, die niet wisten dat ze bekeken werden. Het is het gevoel dat je (als in een mand onder een ballon) boven de wereld zweeft. Dat is de positie van de schrijver, die boven zijn personages zweeft. 

Ontwikkelingen

Maria en Jen bleven hun hele leven ongetrouwd, al dienden zich wel huwelijkskandidaten aan. Jos V. was vaste gast aan de toog en hij heeft het Jen vaak genoeg gevraagd. Tevergeefs. Jen voerde vaardig het bewind over In de Kroon en leek alleen daarmee bezig, maar de tijd ging sneller dan zij. De nieuwe ontwikkelingen, BTW, de euro, maakten het haar lastig. Uiteindelijk sloot ze het café, maar ze bleef wel met haar zus boven de gesloten zaak wonen. 

De veranderingen in de maatschappij worden duidelijk uit bijvoorbeeld de naamsverandering van In de Vlaamse Leeuw. Ook vestigen zich migranten in de buurtschap. Alles verandert, maar aanvankelijk lijkt het café hetzelfde te blijven. Tot ook dat niet meer kan. 

Terugkeer

Van den Broeck is met Crossroads teruggekeerd naar de plaats waar hij is opgegroeid en hij neemt ons mee naar een tijd die al vervlogen is. Beide dingen kan hij heel goed. Je ruikt het café en hoort de biljartballen. Een goede 130 bladzijden telt het boekje, waarmee het bescheiden in omvang is en ook het verhaal over de twee zussen is bescheiden. Maar het waren wel deze twee mensen en het was wel deze plaats waar het allemaal gebeurde. Een beetje weemoed, wat humor, goede dialogen, precieze beschrijvingen - en dat geheel levert een mooi boekje op, dat ik met veel plezier gelezen heb. En meteen krijg ik weer zin om nog meer van Van den Broeck te lezen. 

De schrijver is dit jaar tachtig jaar geworden. Hij heeft in het verleden twee keer de Prijs van de Vlaamse Gemeenschap ontvangen (voor toneel en voor proza) en de Henriëtte Roland Holstprijs. Maar de Prijs der Nederlandse Letteren had hij toch onderhand ook wel mogen hebben. Bij de P.C. Hooftprijs is misschien eerst Jeroen Brouwers aan de beurt, maar van mij mag Van den Broeck de volgende in de rij zijn. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten