zondag 7 februari 2021

Honderd hoge dagen (Tomas Lieske)



Een goed verhaal vertellen is al lastig genoeg. Maar er zijn ook schrijvers die nog net iets meer doen. Zij  scheppen bijvoorbeeld een wereld waarin de mogelijkheden rijker zijn dan in de onze. K. Schippers doet dat, net als P.F. Thomése, maar vooral ook Tomas Lieske.

In verschillende van Lieskes romans breken personages door de grens van de tijd. In Alles kantelt ontmoet iemand zijn jongere ik, zodat hij tegelijk in twee tijden leeft; in Door de waterspiegel stapt iemand door een gelei-achtige massa in een andere tijd; in De vrolijke verrijzenis van Arago ligt een meisje in coma en tegelijkertijd verkeert ze op een andere plaats in een andere tijd met grote wetenschappers. Ook in zijn nieuwe roman, Honderd hoge dagen worden de grenzen van de tijd doorbroken.

Het verhaal lijkt te beginnen als een historische roman: 'Beethoven 1815'. Beethoven is in Wenen, waar het een drukte van belang is: het congres van Wenen is in volle gang. Geen gemakkelijke man, deze Beethoven, en ook niet zo fris. We kennen de verhalen. Hij gaat in ieder geval een nieuwe vinding proberen: de lift. 

Dan verplaatst het verhaal zich naar Luuk Hefter, een Nederlandse kraanmachinist in Saoedi Arabië, in Jeddah, op eenzame hoogte werkend, alleen in zijn cabine, in de jaren tachtig van de twintigste eeuw. Het boek is nog maar net begonnen of deze verhaallijnen lopen al door elkaar: Hefter ziet een fel licht en meent even later Beethoven te zien. Die gaat met hem het gesprek aan. Beethoven ziet de overeenkomst tussen de twee:

Jij wil omhoog in je kraan, maar je hebt hoogtevrees. Ik wil nieuwe,  verpletterende muziek maken ik  raak in totale angst bij de gedachte dat ik mijn nieuwe muziek kwijtraak. 

Blind

Beethoven zegt tegen Hefter: 'Doe alsof je mij bent.' Daarna blijkt Hefter blind te zijn. Je zou kunnen zeggen dat hij met blindheid geslagen is, zoals de apostel Paulus, die daarna radicaal veranderde. Er is wel gesuggereerd dat Paulus aan epilepsie leed. 

Hefter wordt vervoerd naar Nederland. Hij kan daar zijn ziekteverlof doorbrengen en daarna heeft hij ook nog regulier verlof. In die tijd zal hij veel optrekken met Mira, de zeventienjarige dochter van zijn pleegbroer Matti. Ze lijdt aan epilepsie, heeft van Luuk de bewondering voor de muziek van Beethoven overgenomen en danst op die muziek, hoewel ze dat eigenlijk niet moet doen, vindt haar vader: die hoofdbewegingen kunnen een aanval oproepen. 

Als hij weer kan zien, zal Hefter een uitvoering van Mira bijwonen en zij zal samen met hem naar Bonn reizen, de stad van Beethoven. Tussen hen hangt een zekere spanning. Mira beweegt zich met weinig of geen kleding aan door het huis, maar heeft wel duidelijk gemaakt dat Luuk niet over haar grenzen moet gaan. Dat heeft hij, in zijn studententijd, juist wel gedaan. 

Luuk vertelt Mira over Beethoven. Mogelijk is ook het begin van het boek een verhaal van Luuk. Nog ingewikkelder wordt het als Luuk, aan het eind van het boek, het verhaal van Beethoven vertelt aan Beethoven. 

Anklamer

Er is een figuur, Anklamer, die alles van Beethoven weet: hij heeft mappen met lijsten bijgehouden. Deze Anklamer ontmoet Beethoven al in 1815, maar ook Luuk ontmoet hem, meer dan tweehonderdvijftig jaar later. Ook dat zou erop kunnen duiden dat we de hele tijd in het hoofd van Hefter zitten. Anklamer blijkt ook dingen te weten die Luuk nooit aan hem verteld heeft. 

De blindheid van Luuk brengt aardig wat op gang in het verhaal. Uiteindelijk zal hij, samen met Beethoven, tot het inzicht komen dat je alles over moet hebben voor de kunst. Mira danst als Salomeh en misschien zal het deze keer haarzelf de kop kosten, maar ze moet het doen. 

Zo moet Luuk, en in hem de schrijver, verhalen  vertellen. Compromisloos, met volledige inzet, de barricades gebruikend om eroverheen te springen. Ja, het kost wat. Ja, er moet wat vernietigd worden. Maar uiteindelijk is het de opofferingen waard.

Ik denk, zei hij toen aarzelend, dat ik het doe voor de momenten dat alles klopt, dat alles bijeenkomt, dat elke noot precies goed staat. Dat ik het gevoel krijg dat deze muziek al het andere overstijgt. Dat mijn muziek raakt aan iets wat groter is dan wijzelf zijn. 

Reiken naar het hoogste

Zo verwoordt Beethoven het in deze roman. Maar misschien is deze Beethoven geschapen door Luuk en in ieder geval is Luuk geschapen door Lieske, die hiermee dus een soort verklaring aflegt voor het altijd maar doorgaan met schrijven, het steeds weer reiken naar het hoogste. 

Er zijn in deze roman, net als in de vorige boeken van Lieske, weer veel lijntjes te trekken en parallellen te zien. Luuk ontzegt zich Mira, maar ze drijft hem wel op en brengt hem tot het vertellen van verhalen.  Zou de werking van Josephine op Beethoven niet hetzelfde geweest zijn?

Beethoven is niet alleen de componist, er is ook een dakloze die wel erg op Beethoven lijkt en ook Anklamer noemt zich wel eens Beethoven en misschien is Luuk ook wel een Beethoven. Op een gegeven moment bevinden Beethoven en Luuk zich hoog boven de rest van de wereld. En dan is er ook nog een vogel die neergestort is op de kraan, als een Icarus. Je kunt je alleen op grote hoogte bewegen als je niet bang bent om te vallen. Of als je bang bent en toch doorgaat.

Misschien is dat wel de positie van de kunstenaar: altijd het gevaar om in de diepte te vallen, altijd onveilig en toch vind je dat je dit moet doen. 

Intussen heb ik zoveel boeken van Lieske met plezier gelezen, dat ik waarschijnlijk al bij voorbaat besloten heb dit een goed boek te vinden. Dat vind ik van deze roman na lezing nog steeds. Vooral ook omdat een boek van Lieske altijd een avontuur is. De schrijver neemt risico's, niet wetend of hij de lezer zo ver kan krijgen dat hij meegaat. Maar wie in het verhaal zit, is nauwelijks verbaasd Beethoven zoveel jaar na zijn dood aan te treffen in de cabine van een kraan. En als je zijn muziek draait, weet je het zeker: Beethoven leeft. Hij kan zo bij je binnen stappen. 

4 opmerkingen:

  1. Hoi Teunis, dank voor deze bespreking. Uit jouw bespreking weet ik wel op te maken dat dit geen boek voor mij is. Ook daarom kan een grondige bespreking nuttig zijn. Groetjes, Erik

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Gelukkig zijn er nog genoeg andere schrijvers, Erik. En dank voor de reactie.

      Verwijderen
  2. Goh, ik had nog nooit van deze schrijver gehoord terwijl hij toch al een redelijk oeuvre heeft waaronder ook poëzie, verhalenbundels en essays. Als science fiction en fantasy liefhebber spreekt mij het verrijken van onze realiteit met extra's erg aan. Deze naam gaat dan ook op mijn graag-kennis-mee-willen-maken-lijst.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Dank voor de reactie, Niek. Lieske is een intrigerende schrijver. Voor Franklin heeft hij ooit een grote prijs gekregen, maar dat heeft geen doorbraak betekend voor het grote publiek.

    BeantwoordenVerwijderen