maandag 24 september 2018

Oorlogsenthousiasme (Ewoud Kieft)


Toen ik het Het verboden boek van Ewoud Kieft had gelezen, over Mein Kampf, was ik daarover nogal enthousiast. Ik besloot ook zijn eerdere boek Oorlogsenthousiasme te lezen.

Oorlogsenthousiasme gaat over de houding die 'men' aan het begin van de twintigste eeuw aannam tegenover een komende oorlog. We kunnen natuurlijk niet van 'men' spreken, we kunnen niet generaliseren, en dat doet Kieft ook niet. Wel laat hij ons zien dat er in Europa tegelijkertijd, op verschillende plaatsen, iets verwacht werd van een oorlog. Dat kon een loutering zijn, maar ook het vormen van een gemeenschapsgevoel of een stap in technische ontwikkelingen.

Proloog

In alle hoofdstukken noemt Kieft nauwkeurig plaats en tijd. De proloog speelt zich af in Belgrado, 1913. In 1912 en 1913 waren er verschillende Balkanoorlogen, waarin Servië, Montenegro, Bulgarije en Griekenland zich probeerden los te maken van het Turkse Rijk. In die oorlogen waren het niet alleen de soldaten die streden, maar de hele samenleving werd gemobiliseerd:
Kranten riepen hun lezers op de oorlog te steunen, dichters spoorden jongemannen aan afscheid te nemen van hun geliefden. Er werd geen onderscheid meer tussen de burgerbevolking en het leger gemaakt, het hele volk moest als één man achter de oorlog staan.
Dat betekent ook dat voor legers niet meer alleen militairen tot de vijand gerekend worden, maar dat ook de bevolking als een gevaar wordt gezien. Dat levert een ander soort oorlog op. Wellicht dat de genocides in die tijd daar voor een deel door te verklaren zijn.

Crisis, 25 juli - 5 augustus 1914 


In deel 1 beschrijft Kieft de gevolgen van de aanslag op Franz Ferdinand, op 28 juni 1914. Ik heb altijd gedacht dat toen al heel snel de Grote Oorlog uitbrak. Kieft beschrijft nauwkeurig, soms zelfs van dag tot dag, wat er op de verschillende plaatsen in Europa gebeurde. Duitsland en het Oostenrijks-Hongaarse keizerrijk hadden een bondgenootschap gesloten, evenals Frankrijk, Rusland en Engeland, de zogeheten Entente. Als het ene land actie onderneemt heeft dat dus meteen gevolgen voor andere landen. 

Tussen 25 juli en 5 augustus 1914 gaan in de hoofdsteden van Europa honderdduizenden mensen de straat op, nationalistische liederen zingend en oorlogsleuzen scanderend. Socialisten en pacifisten houden tegendemonstraties. 

De tegenstemmen worden zwakker zo gauw de soldaten naar het front trekken. Op 1 augustus houdt keizer Wilhelm bijvoorbeeld een toespraak:
Ik ken geen partijen meer in mijn volk. Wij zijn alleen nog maar Duitsers, en als sommige partijen tijdens vroegere meningsverschillen zich tegen mij hebben gekeerd, vergeef ik ze alle. Het enige wat er nu toe doet is dat we samen staan als broeders, dan zal God het Duitse zwaard aan de overwinning helpen. 
In Rusland was het een bijzonder onrustige tijd, waarin er verschillende aanslagen werden gepleegd. Alexander Kerenski, leider van de Trudoviken, zag de oorlog als een gelegenheid om meer democratie en sociale gelijkheid af te dwingen. Daarin kreeg hij ook de gematigde socialisten mee.

Zo zijn er in de verschillende landen verschillende vormen van massaal oorlogsenthousiasme. Grote delen van de volken verenigen zich daarin, wat ook politieke verbroedering geeft.

Naast het enthousiasme van de massa, heb je het intellectuele enthousiasme van denkers, schrijvers, kunstenaars. Voor hen was de oorlog eerder een abstracte gebeurtenis, een ommekeer, een zuivering. Dit enthousiasme was eigenlijk een eliteverschijnsel, maar na de zomer van 1914 raakte het vervlochten met het enthousiasme van de massa.

Duizend wegen naar het paradijs

Als in het boek de oorlog is uitgebroken, doet Kieft enkele stappen terug in de tijd. Hij reconstrueert het enthousiasme (ik blijf die term maar even aanhouden) van de bovenlaag. Kieft neemt ons mee door Europa, te beginnen in 1900 bij de communeachtige gemeenschap in Ascona, bij het Lago Maggiore. Heel wat bepalende figuren hebben korte of lange tijd in Ascona doorgebracht. Bijvoorbeeld Herman Hesse en Erich Mühsam.

We zien in de gemeenschap een hang naar spiritualiteit, een zoektocht naar bezieling. Dat zien we ook in Schwabing, een wijk van München, die wel het Montmartre van Zuid-Duitsland werd genoemd.

In de hoofdstukken over deze gemeenschappen zien we namen voorbijkomen als Franz Marc, Wassily Kandinsky, Rudolf Steiner. In Wenen richt Kieft de aandacht op Freud (en op Jung). Wenen was een broedplaats van populistische politici, die ook flink inzetten op het antisemitisme. Jodenhaat is iets van alle tijden natuurlijk, maar mij verbaasde het toch hoe prominent het toen aanwezig was.

Bij de beschrijving van het intellectuele oorlogsenthousiasme in Parijs is er veel aandacht voor Henri Bergson, die gezien werd als de aanstichter van een nieuwe anti-intellectuele mode onder de Franse jeugd. Onder de jongeren was er namelijk een religieuze heropbloei.

In Italië, Florence, hadden we niet alleen te maken met de futuristen, maar ook met Ardengo Soffici, die aanvankelijk een andere richting koos, maar uiteindelijk toch met de futuristen samenging. Verder  passeren de schrijver Gabriele d'annunzio en Benito Mussolini de revue.

Ivo Andric staat centraal in het hoofdstuk over Višegrad (Bosnië). Later zou hij naar Sarajevo vertrekken, waar hij ook Gavrilo Princip zou ontmoeten. Als het over Rusland gaat, licht Kieft Vladimir Majakovski uit.

In Londen is het H.G. Wells, die voorziet dat een komende oorlog anders gevoerd zal worden dan alle voorgaande. Hij is bekend van romans als The Time Machine en War of the worlds. In 1901 schreef hij een serie artikelen, waarin hij afrekende met een romantisch beeld van de oorlog. Het nieuwe oorlogvoeren zou draaien om wetenschap en organisatie. Achteraf blijkt dat hij de militaire ontwikkelingen opmerkelijk goed heeft voorspeld.

Wie het tweede deel leest, krijgt een beeld van een bruisend Europa, op weg naar iets wat in ieder geval anders is, nieuw. Er zijn verschillen per land, er zijn persoonlijke verschillen, maar het is duidelijk dat het verlangen naar een keerpunt breed werd gedeeld in intellectuele groepen. En een oorlog is hoe dan ook een keerpunt.

Verlossing, 1914 - 1918

Het komt wrang over dat het derde deel, dat speelt in de eigenlijke oorlog, van 1914 tot 1918 dus, 'Verlossing' heet, maar het is wel het logische vervolg op het voorgaande.

Niet alleen was er richting in Europa, er was ook verwarring. Ook toen had men al te maken met fake news. De angst wordt breed verspreid. In München wordt bijvoorbeeld een vrouw met veel make-up door een groep mensen belaagd, omdat men vermoedt dat ze een spion is, een verklede man.  Ook zijn er berichten over vergiftigd leidingwater. Dat zal het vijandbeeld versterkt hebben en dus ook het gemeenschapsgevoel.

De paranoia die zo verspreid werd, leidde tot meer geweld. In kranten van de geallieerde landen werd op de voorpagina's met grote letters verslag gedaan van Duitse gruweldaden. Dat klopte voor een deel.
Soldaten in het Duitse leger waren zo beducht voor gewelddadige acties vanuit de Belgische burgerbevolking dat ze in de dorpen en gehuchten waar ze doorheen trokken achter elk keukenraam een sluipschutter vermoedden.
Ook burgers werden geëxecuteerd. In 1914 zijn er waarschijnlijk meer dan zesduizend Belgische en Franse burgers gedood, voornamelijk tijdens de invasie in augustus.

De verlossing betekende niet in alle landen hetzelfde. In Frankrijk, Duitsland en Engeland lag de nadruk op het hernieuwde gemeenschapsgevoel, in landen als Italië en Servië draaide het meer om emancipatie: het onderdrukte volk streed voor een betere toekomst.

De oorlog was natuurlijk gruwelijk en eiste veel slachtoffers.
Tegen het eind van 1914 waren er naar schatting een miljoen Russische soldaten gesneuveld of ernstig gewond. Daarnaast waren er meer dan een miljoen krijgsgevangen gemaakt. 
Niet alleen de vijand maakte overigens slachtoffers. Binnen het Italiaanse leger werden er tijdens de Eerste Wereldoorlog minstens 750 soldaten geëxecuteerd wegens laf of opstandig gedrag. Zij waren overigens daaraan niet allemaal schuldig: het decimeren werd ook als strafmaatregel gebruikt. Naast executies werden 870.000 Italiaanse soldaten bestraft vanwege dienstplichtontduiking, disciplinaire overtredingen of desertie.

Kieft eindigt zijn boek met Herman Hesse, die voorziet dat er offers gebracht moeten worden en dat er groot onheil op komst is.
Toch roert zich ook in mij de blauwogige geestdrift en de offervaardigheid, die men bij zovelen bespeurt.
De laatste alinea van Oorlogsenthousiasme:
Dat was de reden waarom Hesse zo zeker wist dat het weer oorlog zou worden: omdat hij wist dat iedereen een kiem van oorlogsenthousiasme in zich heeft, dat iedereen erdoor meegesleept kan worden. Hij had de kracht ervan zelf ondervonden.  
Voordat je het boek dichtslaat, realiseer je je dat jij als lezer ook een lont in je hebt die aangestoken kan worden, dat in een andere context, in een andere positie, je je ook blind of zelfs met open ogen kunt storten in iets wat je ziet als een groter ideaal, een doel dat veel middelen heiligt.

Oorlogsenthousiasme is een prachtig boek. In de eerste plaats omdat het helder is: het geeft een caleidoscopisch beeld, waarin we zowel de verschillen als de overeenkomsten zien tussen de vormen van oorlogsenthousiasme op verschillende plaatsen in Europa.

Methoden van een romanschrijver

Kieft heeft bovendien een aangename verteltrant. Hij gebruikt methoden die we bij een romanschrijver zouden verwachten om de aandacht van de lezer vast te houden. Een voorbeeld, het begin van deel 3:
Het was maandagochtend vroeg en op de rue de Rennes, de lange rechte straat die loopt van Saint-Germain naar Montparnasse, was alles nog rustig. Een enkele paard-en-wagen ratelde over de straatstenen. Af en toe een automobiel. Op de stoep liep een man op blote voeten. 
 We krijgen een schets van Parijs, 3 augustus 1914. Er worden beelden en geluiden opgeroepen. En er is een man op blote voeten, van wie wij natuurlijk willen weten wie hij is.
Het voorafgaande weekend was zenuwslopend geweest, met op zaterdagochtend het nieuws van de moord op Jean Jaurès, de spanning of er socialistische rellen zouden uitbreken en nog diezelfde middag de eerste bataljons die waren opgeroepen. Zondag was de algehele mobilisatie afgekondigd, marcherende troepen over de boulevards, op weg naar de treinstations. Parijs liep leeg. 
We krijgen een beeld van wat er in deze tijd in Parijs aan de hand is. En in ons achterhoofd zeurt nog steeds de vraag over de man met de blote voeten, van wie we nu vermoeden dat hij een van degenen is die Parijs verlaat.

In de volgende alinea komen we meer over hem te weten, bijvoorbeeld dat hij zwaar bepakt is en dat hij zijn laarzen in de hand heeft, omdat hij zijn voeten nog wat lucht wil geven, voordat hij lange marsen moet lopen. En pas in de alinea erna lezen we zijn naam: Charles Péguy.

Dat doseren van de informatie om spanning op te roepen, geeft je de ervaring dat je een roman leest, terwijl je informatie krijgt over wat er gebeurt in een bepaalde plaats in een bepaalde tijd.

Daarom is het ook zo'n gelukkige keus dat Kieft op al die plaatsen een kenmerkend persoon uitkiest om aan de hand van diens wederwaardigheden de geschiedenis te laten zien. Zo wordt geschiedenis niet iets abstracts, maar iets wat individuele mensen overkomt.

Zoals het hoort, heeft Oorlogsenthousiasme een handig register en een uitgebreid notenapparaat, waarin de bronnen vermeld worden waaruit Kieft geput heeft.

Oorlogsenthousiasme-enthousiasme

Net als bij Het verboden boek ben ik voluit enthousiast over dit boek. Er verschijnen geweldige boeken over de geschiedenis en mij ontbreekt de tijd om ze allemaal te lezen. Ik heb immers ook nog literaire werken die ik tot me wil nemen. Maar als ik dan toch een geschiedenisboek lees, is het prettig als het ook meteen een goed boek is.

We moeten mensen niet verplichten om welk boek dan ook te lezen, maar adviseren kan altijd. Daarom: lezen, dit boek!

Ewoud Kieft, Oorlogsenthousiasme. Europa 1900 - 1918. Uitg. De Bezige Bij, Amsterdam/Antwerpen 2015. 544 blz. gebonden.

3 opmerkingen:

  1. Hoi Teunis, dit is nog eens een recensie! Ik heb voor mijn gevoel wel zo'n beetje genoeg gelezen over de geschiedenis van de 20e eeuw, maar er kan altijd nog een boek bij. Bedankt voor de tip. Groet, Erik

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ik heb het boek een paar jaar geleden aangeschaft op het Geschiedenisfestival (waar ik Ltijd de fout maak teveel boeken te kopen). Ben het nu aan het lezen en het is to the point en erg vlot geschreven. Ik vind het een aanrader

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Dank voor de reactie. Ik heb zeer van het boek genoten.

    BeantwoordenVerwijderen