dinsdag 7 augustus 2018

De jaren Eppo (Ger Apeldoorn)


Vroeger was ik een Sjors-lezer. Bij een vriendje thuis hadden ze een abonnement en ik mocht altijd de oude nummers mee naar huis nemen. Later ging het net zo met de Eppo's, al kwamen die binnen via een vriendje van mijn broer. Toen Eppo in 2009 opnieuw werd opgericht, was ik er als de kippen bij om zelf een abonnement te nemen.

Ger Apeldoorn, wandelend vat vol feiten uit de stripgeschiedenis, schreef in 2014 de geschiedenis van het stripblad Pep: De jaren Pep en hij boog zich ook over de imitaties van Mad: Behaving madly. En nu is er dus De jaren Eppo, 35 jaar de allerbeste strips, 1975 - 2018.

Anders dan de ondertitel doet vermoeden, begint Apeldoorn niet in 1975, maar in 1954 bij de oprichting van Sjors. Het eerste hoofdstuk heet overigens 'De jaren Sjors, of in ieder geval een aantal ervan. De jaartallen die daarbij gegeven worden zijn dan ook 1969 - 1975. Dat wil zeggen dat het begin van Sjors slechts in een paar alinea's wordt aangeduid. In 1969 werd Sjors vernieuwd en vanaf dat moment duikt Apeldoorn er wat dieper in.

1975: oprichting Eppo

In 1975 fuseren Pep en Sjors tot Eppo. Apeldoorn neemt ons mee door de jaargangen, waarbij hij natuurlijk aandacht besteedt aan de verschillende strips, de tekenaars en de scenaristen, maar ook aan de vormgeving en aan het striplandschap (in de jaren tachtig werd er bijvoorbeeld op TV aandacht besteed aan strips, in Wordt vervolgd).

Apeldoorn doet dat goed: hij heeft veel mensen gesproken en wist daarvoor natuurlijk ook al veel. Doordat hij het geheel overziet, kan hij ontwikkelingen makkelijk plaatsen. Het is altijd prettig om iets te lezen van een auteur die boven de stof staat. Apeldoorn weet duidelijk waarover hij het heeft en hij schrikt niet terug voor het geven van een oordeel. Een voorbeeld:
Hoewel de verhaaltjes van De stuntels zeer vermakelijk waren, bleef het stilistisch een ongemakkelijk huwelijk. Wat dat betreft was Peter de Wit (of Gerrit de Jager en Wim Stevenhagen, die in die jaren begonnen met De familie Doorzon) een veel betere keuze geweest. 
Of je dat moet doen in zo'n boek kun je je afvragen, maar ik vind het eigenlijk wel prettig. De persoonlijke manier waarop Apeldoorn vertelt maakt het lezen prettig. Zo'n vertellende stijl heb je ook wel nodig, omdat je anders als lezer misschien wel erg vermoeid zou raken door de hoeveelheid feiten, die in een boek als dit nu eenmaal niet te vermijden zijn.

Dat ik het boek met zo'n gretigheid heb gelezen, zal ook wel te maken hebben met de herkenning. Je leest daardoor niet alleen een boek, maar ook je eigen leven.

Rijk geïllustreerd

De jaren Eppo is rijk geïllustreerd, zoals het hoort bij een dergelijk boek. Mooi is ook dat er van sommige strips twee complete pagina's zijn opgenomen. Dat betreft werk van tekenaars die intussen iconen zijn binnen de Nederlandse stripgeschiedenis (Hans G. Kresse, Dick Matena, Martin Lodewijk). Bij de verantwoording van de illustraties worden wel de rechthebbenden genoemd, maar niet de bron. Dat had misschien bij zo'n striphistorisch werk toch wel gemoeten. Ook zou het prettig geweest zijn als er een personenregister aan het werk was toegevoegd.

En als we toch aan het zeuren zijn: de redacteur van Uitgeverij L heeft hier en daar een kleinigheid over het hoofd gezien: blijkbaar is er op blz. 74, 75 een afbeelding weggevallen, maar het bijschrift staat er nog; op blz. 123 is een stuk van een zin weggevallen; aan het eind van de blz. 126 en 128 is het even zoeken naar waar de zin verder gaat. Het zijn kleinigheden, ik weet het, maar wellicht kunnen ze bij een herdruk rechtgezet worden.

De hele geschiedenis

Apeldoorn neemt de hele geschiedenis van Eppo mee, compleet met aanloop (Sjors) en uitloop (Eppo Wordt vervolgd, Sjors en Sjimmie Stripblad, SjoSji, Striparazzi) en de wederopstanding met de nieuwe Eppo, die volgend jaar tien jaar bestaat. Voor elk hoofdstuk is er een pagina afgedrukt met daarop vier keer een cover van het blad uit die tijd, waardoor de ontwikkeling goed te volgen is, zelfs als je alleen maar bladert in De jaren Eppo.

Natuurlijk heb ik het boek in zijn geheel gelezen, maar daarvoor heb ik er ook naar hartenlust in gebladerd: het is zowel een lees- als een bladerboek. Eigenlijk hoort een dergelijk boek een harde kaft te hebben, maar er is ook een softcoveruitgave, voor degenen die liever het idee hebben dat ze een fors uitgevallen stripalbum in de hand hebben.

Er zijn ongetwijfeld mensen aan wie De jaren Eppo niet besteed is, maar voor degenen die van stripbladen houden is zo'n boek heerlijk. Het moest er eigenlijk ook wel een keer komen, zeker nu volgend jaar de nieuwe Eppo zijn tweede lustrum viert. Mooi jubileumboek.

Titel: De jaren Eppo
Auteur: Ger Apeldoorn
Uitgever: Uitgeverij L
Oosterhout 2018; 160 blz. € 24,95 (sc) € 29,95 (hc).

3 opmerkingen:

  1. (Even tussendoor: 'Behaving Madly' gaat over de imitaties van Mad. Niet over het blad zelf.)

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Hoi Teunis, ik was in de beginjaren van de middelbare school ook geabonneerd op "Eppo". Het blad heeft toen niet zo veel indruk op mij gemaakt. Pas de laatste 15 jaren ben ik in steeds toenemende mate weer strips en graphic novels gaan lezen. Groetjes, Erik

    BeantwoordenVerwijderen