dinsdag 28 december 2021

Goede mannen (Arnon Grunberg)



Onlangs werd bekend dat Arnon Grunberg de P.C. Hooftprijs krijgt. Terecht natuurlijk: hij heeft een groot oeuvre van hoog niveau bij elkaar geschreven, al vind ik het ook jammer dat Jeroen Brouwers weer gepasseerd is. Niet alleen had ik hem het graag gegund om nog enkele jaren van het geld te kunnen genieten, maar dat hij de prijs nog steeds niet gekregen heeft, is toch eigenlijk wel een schande. 

Grunberg schrijft zo veel, dat ik hem niet kan bijhouden. Zijn laatste romans De dood in Taormina (2021) en Bezette gebieden (2020) las ik niet en ook Moedervlekken (2016) en Het bestand (2015) sloeg ik over. Bij A.F.Th. van der Heijden overkomt me hetzelfde: ik ben overtuigd van de kwaliteit van de boeken en toch lees ik vele ervan niet. Misschien omdat ik weet dat ik toch niet al die verschijnende boeken kan bijbenen? Of vind ik een keertje overslaan niet zo erg omdat er toch zo weer een nieuwe kans komt?

Natuurlijk lees ik ook heel wat wel. Bij Grunberg zijn dat, als ik goed geteld heb, veertien boeken en het vijftiende is Goede mannen (2018). 

Brandweerman

De hoofdpersoon is een brandweerman in Heerlen. Hij heet Geniek Janowski, maar iedereen noemt hem de Pool. Hij maakt deel uit van een groep mannen die de C-ploeg wordt genoemd. Brandweerlieden zijn op elkaar aangewezen, ze moeten blindelings op elkaar kunnen vertrouwen. Het zijn dan ook kameraden, vrienden misschien. 

Zo ervaart Geniek ze ook. Als zijn oudste zoon, Borys, is overleden, komen ze op bezoek en om hun medeleven te tonen, schilderen de brandweerlui het binnenwerk van zijn huis. 

Borys was een gecompliceerd kind, dat nog in zijn broek poepte toen hij naar school ging. Het leek beter te worden toen hij een pony kreeg. Toen de pony kreupel werd en afgemaakt dreigde te worden, gooide Borys zich voor de trein. Dat is in ieder geval de indruk. Geniek houdt de mogelijkheid open dat hij gestruikeld is. 

Kippenhok

Geniek en zijn vrouw Wendela hebben nog een zoon, Jurek. Ze moeten verder, wat niet vanzelf gaat. Op een dag verlaat de Pool de echtelijke woning en hij gaat het klooster in. Daar woont hij een tijdje in het kippenhok. Dat doet een beetje denken aan Job op de mestvaalt, maar Geniek heeft nog wel een vrouw en een zoon. Na verloop van tijd gaat hij weer naar huis. 

Iemand die terugkeert in zijn huis en daar de draad weer wil oppakken. Dat komt al eerder voor in het werk van Grunberg: als de vrouw van Jörgen Hofmeester, in Tirza (2006), zomaar terugkeert naar haar voormalige huis en zelfs haar plek in het echtelijke bed weer inneemt. 

Ergens thuis zijn en ergens bijhoren is een thema dat in veel boeken van Grunberg is aan te wijzen. De Pool denkt dat hij bij de C-ploeg hoort, maar ze noemen hem niet voor niks 'de Pool', een benaming voor iemand die anders is dan de rest. Als Geniek na zijn verblijf in het klooster en dus in het kippenhok weer terugkeert in de kazerne, wordt hij wel bevraagd op zijn gedrag. Hij heeft door zijn gedrag laten zien dat hij anders is, een buitenstaander. Het is een mooie, pijnlijke scène. 

Voor Geniek had het verblijf in het kippenhok ook te maken met God. Geniek wil God ter verantwoording roepen en tegelijkertijd wil hij liefde waaraan hij niet kan ontkomen. Bovendien is het de ultieme buitenstaanderpositie: zelfs in de kloostergemeenschap, die al afgescheiden is van de buitenwereld, zondert hij zich af. 

Oekraïne 

Toch wil de Pool ook de verbinding met mensen aangaan. Hij wil een goede man zijn en een goede vader voor Jurek. Als het huwelijk tussen hem en Wendela over is, gaat hij op zoek naar een nieuwe vrouw, een reisje naar Oekraïne, georganiseerd door een organisatie. Daar houdt hij Yulia aan over, die later bij hem komt wonen. 

Er zijn verschillende kleine verhaallijntjes in Goede mannen. Bijvoorbeeld hoe de vrouw van een collega Geniek wil troosten en de verhaallijn van de mensenknecht, die de boer verzorgt bij wie de pony van Borys gestald is. Later zal die zich het menselijk verlengstuk noemen. Hij heeft dan van de zorg voor anderen een bedrijfje gemaakt. De gebeurtenissen volgen elkaar logisch op en altijd heeft het thema van de nevenlijnen iets te maken met het thema van de hoofdlijn. 

Pas toen de Pool op datingreis ging, had ik het gevoel dat dat een beetje plotseling was en het leek me een breuk met het voorafgaande. Ook werd op dat moment niet gesproken over het werk van Geniek en of hij het wel had kunnen regelen om zomaar een tijdje weg te gaan. Pas veel later krijgt de verhaallijn van Yulia een stevige verbinding met die van de kazerne. Om nog iets van een plot te bewaren, vertel ik daar even niet te veel over. 

De verhaallijn van de pony wordt afgerond tot en met de dood ervan, maar daar zag ik ook nog wel een los draadje hangen. De kosten van de behandeling van de pony waren extreem hoog. Of het gezin het voor elkaar gekregen heeft die rekening te betalen, wordt verder niet vermeld. 

Terloopsheid

Sommige gebeurtenissen zijn heftig, maar ze worden met een zekere terloopsheid verteld. De manier van vertellen is bij Grunberg altijd minstens zo belangrijk als wat er gebeurt. En altijd weer was ik geboeid door de logica die achter de gedragingen zit. Die logica wordt soms zo ver doorgedreven dat er iets absurds ontstaat, dat gepresenteerd wordt als was het vanzelfsprekend.                                                                                                                                            
In het hele boek door probeert Geniek een goede man te zijn en hij heeft het idee dat hij ook door goede mannen omringd is. Maar er is ook steeds de vraag wat een goed mens eigenlijk is. De Pool wil bijvoorbeeld een goede partner voor Yulia zijn, maar wat verwacht zij van een goede man? En de mensen om je heen, zijn die wel zo goed als je denkt? 

Ik moest ook even denken aan de hoofpersoon van De man zonder ziekte, die een genereuze architect wilde zijn: hij wilde het goede, maar dat zou hem uiteindelijk niet helpen. In meer boeken van Grunberg  zien we dat mensen hun best doen, dat ze het in ieder geval proberen, maar dat ze tekortschieten. Geniek doet zijn uiterste best, het hele verhaal lang, maar misschien is je best doen niet genoeg om goed te zijn. Of misschien is goed zijn niet genoeg om een draaglijk lot te verkrijgen. 

Eerder schreef ik over andere boeken van Grunberg:
Huid en haar

2 opmerkingen:

  1. Hoi Teunis, over de paar romans die ik van Arnon Grunberg heb gelezen, ben ik niet zo heel enthousiast. Wat mij betreft vaak lange saaie teksten met hier en daar een briljante inval. Maar ik heb ook de eerste 100 of zo stukjes uit zijn dikke bundel "Alle voetnoten" gelezen, en die stukjes die hij dagelijks voor de krant schreef, vind ik geweldig. Mee eens dus dat Grunberg een groot schrijver is, maar zijn romans hoeven van mij niet. Groetjes, Erik

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ieder zijn meug, Erik. En dank voor de reactie!

    BeantwoordenVerwijderen