Een jaar geleden schreef ik over De Oorsprong, een album van Marc-Antoine Mathieu. We volgden daarin Maurits Cornelis van Esk in zijn wereld. Het is een strip die tegelijk een metastrip is: het verhaal laat de lezer nadenken over het medium waardoor het tot hem komt.
Iets soortgelijks zien we bij Wachten op K..., waarin we het vervolg op het avontuur van Van Esk lezen. We zijn meteen weer in zijn wereld, waarin de natuurwetten anders werken dan in die van ons. Na een soort oerknal start het verhaal.
Eigenlijk moet Van Esk nog in het verhaal komen. Hij valt in onze werkelijkheid (een stukje fotostrip), wat natuurlijk helemaal klopt. In de mensenwerkelijkheid is er een striptekenaar en daarmee begint het verhaal. Maar deze striptekenaar steekt net op dat moment een pagina van het stripverhaal in brand. De ijzeren logica van Van Esk zorgt ervoor dat hij zich daarover geen zorgen maakt: 'Vrees niet, Hilarion! Hij zal het vuur zo wel doven! Dat moet wel, het is volstrekt logisch, anders zouden we er nu niet meer zijn.'
Kafka
Even later zit Van Esk in het verhaal, in een kafkaëske wereld, waarin ambtenaren komen opmeten of je niet te veel ruimte in beslag neemt en waarin het laten openstaan van een lade je al fataal kan worden.
Deel 3 van deze reeks zal Het proces gaan heten, wat ook een verwijzing kan zijn naar het werk van Kafka. Maar ook in dit deel komt al een proces voor, met rechters die wel erg hoog boven de verdachte uit torenen en met een zingende jury. Het zijn absurde elementen, geredeneerd vanuit onze wereld. Van Esk accepteert ze als vanzelfsprekend.
Het is wellicht te vergelijken met de logica in dromen. In dit album zijn de dromen van Van Esk net zo werkelijk als de wereld buiten de dromen. Strikt genomen bestaat Van Esk alleen in dromen. Wij lezen wat de striptekenaar bedacht of misschien wel gedroomd heeft. De laatste tekst in het album is: 'Dromen kan altijd.'
Hilarion vraagt aan Van Esk of ze in zwart-wit dromen. Dat moet wel, want ze zijn immers in zwart-wit getekend. Maar een droom impliceert ook dat er een werkelijkheid buiten de droom is, een werkelijkheid waarin gedroomd wordt. Dat zou dus kunnen betekenen dat er in die werkelijkheid kleur is. We knikken bevestigend, terwijl we in onze gekleurde wereld een album in zwart-wit lezen.
K...
Het album heet Wachten op K..., Ik schrijf 'K' met een hoofdletter, maar omdat de hele titel in hoofdletters is, is het de vraag of dat terecht is. Wel als 'K' een persoon is, zoals in Wachten op Godot van Samuel Beckett. Maar wie of wat 'K' is ontdekken we pas als we bijna door het album heen zijn.
Net als De Oorsprong is Wachten op K... een album dat ingenieus in elkaar zit. Het verhaal van Van Esk is wonderlijk, maar ook spannend: je wilt weten wat hij allemaal zal beleven. Op metaniveau is het ook interessant: wat is droom en wat is werkelijkheid? Door wie worden wij gedroomd en wie leest het album waarin wijzelf de hoofdpersonen zijn? Dit soort lagen in een strip brengt Marcel Ruijters ook wel aan. In zekere zin zit je als lezer dan niet alleen een stripverhaal te lezen, maar ook een getekend essay over de strip.
Wachten op K... is zeker ook te lezen als gewoon een leuk stripverhaal. Maar het is meer. Eigenlijk heb je twee producten voor de prijs van één. Ik zou zeggen: Grijp die kans.
Auteur: Marc-Antoine Mathieu
Uitgever: Sherpa
Haarlem, 2020; 48 blz. hardcover € 19,95
Geen opmerkingen:
Een reactie posten