dinsdag 1 oktober 2019

Het schandaal (Shusako Endo)


De vijfenzestigjarige schrijver  Suguro wordt bij de uitreiking van een literaire prijs aangesproken door een vrouw die beweert hem gezien te hebben in een verdachte wijk in Tokyo. Juist omdat Suguro christen is, wordt van hem een verwacht dat hij zich moreel hoogstaand zal gedragen. Kan het zijn dat hij bijvoorbeeld een peepshow heeft bezocht? Suguro ontkent; het moet iemand anders zijn geweest met wie hij verward wordt. Het lijkt allemaal met een sisser af te lopen, maar Kobari, journalist bij een boulevardblad, heeft lont geroken. Hij besluit zich op deze zaak te storten. Hij heeft altijd al onoprechtheid bespeurd in de romans van Suguro.

Daarmee start de roman Het schandaal van Shusaku Endo. Suguro heeft veel weg van Endo (1923 - 1996): ook hij was christen en schrijver in Japan. In dit boek wordt hij bovendien genoemd als de schrijver van De gezant en Het leven van Jezus (dat ergens anders in het boek ineens Het leven van Christus heet). Die romans schreef Endo. Ik neem tenminste aan dat De gezant hetzelfde boek is als De samoerai, dat ik hier besprak.

Dubbelganger

Suguro heeft het idee dat hij verward wordt met een dubbelganger. Er duikt ook een portret van hem op, dat erg op hem lijkt, maar waarin hij zich toch niet herkent. Hij zou voor de schets ervan geposeerd hebben, maar daar herinnert hij zich niets van. Het is een raadsel.

Er zijn meer raadselachtige zaken: verschillende keren wordt hij midden in de nacht opgebeld, door iemand die niets zegt en hij denkt enkele keren zichzelf te zien: bij de prijsuitreiking en later bij een lezing.

Door het hele boek heen speelt het idee dat er in elk mens een duistere ik schuilt. Mevrouw Naruse, vrijwilliger bij de kinderafdeling van het ziekenhuis, met wie Suguro af en toe een gesprek voert, zegt dat er in de kast van je hart een pop ligt die met grote ogen naar je kijkt en 's nachts begint te bewegen en te dansen. 'U zult zich afvragen welk van beide mijn ware ik is. Ik kan alleen maar zeggen dat ik uit beide besta.'

Nachtzijde

De man van mevrouw Naruse bekent haar op een dag dat hij in de oorlog huizen in brand heeft gestoken, waarin vrouwen en kinderen opgesloten waren en dat hij genoot van de vlammenzee. Ineens wordt ze geconfronteerd met de nachtzijde van haar man. Mevrouw Naruse:
Plotseling voelde ik me als verlamd. Voor het eerst besefte ik dat er in deze man van mij, die soms wel een broer van me leek, de schaduw van een heel andere man huisde. 
Suguro heeft altijd in zijn boeken betoogd dat in de zonde het verlangen naar wedergeboorte al verborgen ligt. Mensen dalen juist in het duister af omdat ze het licht willen. De drang tot seksualiteit vergelijkt hij ook met de geestesgesteldheid waarmee de mens God zoekt.

Het lijkt me dat hij niet zo ver gaat dat hij beweert dat we het duister nodig hebben om tot het licht te komen, maar het is een vraag die je je als lezer wel gaat stellen.

Suguro kan zijn duistere kant niet ontlopen. Mevrouw Naruse laat hem zelfs zijn duistere dubbelganger bespieden, die zich buigt over de slapende, naakte, dronken scholiere Mitsu Morita, die huishoudelijke werkzaamheden heeft verricht bij Suguro.

Gekunsteld

Die scène is overigens maar matig geslaagd. Suguro moet eerst een drankje drinken, waardoor hij niet helemaal helder meer is en dan bespiedt hij zijn dubbelganger en identificeert zich met hem. Dus tegelijkertijd wordt hij in twee personages gesplitst en is hij die twee personages. Het doet nogal gekunsteld aan.

Dat geldt voor meer in de roman. Je krijgt niet het idee dat je een verhaal leest waaruit je een thema kunt zeven, maar dat er een thema is, dat door een verhaal aan je overgebracht moet worden. Het boek wordt daardoor erg boodschapperig.

Dat thema is overigens wel interessant en het komt op allerlei plaatsen terug: ook Kobari krijgt een portret waarin een kant van hem zichtbaar is die hij liever niet aan de buitenwereld toont en hij speurt zo naar Suguro, omdat er in hem iets is wat hij herkent. De geheimzinnige beller is natuurlijk ook de duistere kant van Suguro, die contact zoekt.

De studeerkamer waarin Suguro zich terugtrekt, is eigenlijk de baarmoeder. Misschien wacht hij daar niet op het leven, maar verlangt hij stiekem niet naar de tijd voordat het leven begonnen is, dus naar de dood, net zoals Motoko Itoi, die zijn portret schilderde en die beheerst werd door een doodsdrift.

Nadrukkelijke symboliek

De symboliek is nadrukkelijk en naar mijn gevoel te nadrukkelijk, maar de roman heeft inhoudelijk wel veel te bieden. Het thema van de onpeilbare diepte van iemands persoonlijkheid zal menige lezer vragen laten stellen over zichzelf.

Verschillende keren wordt benadrukt dat Suguro vijfenzestig jaar oud is. Hij voelt zich oud en hij lijdt aan een leverkwaal, waardoor hij geen alcohol mag drinken. De scholiere, die misschien stiekem zijn lust opwekt, staat ook voor jeugd en vitaliteit, die een soort medicijn kan zijn tegen zijn ouderdom en zijn aftakeling.

Het kwaad aankijken

Het lijkt erop dat Shusaku Endo in deze roman een personage heeft gekozen dat dicht bij hemzelf ligt. Hij heeft daarbij geprobeerd het kwaad recht in de ogen te kijken, ook in zichzelf. Suguro kan het kwaad in zichzelf overigens niet los zien van het kwaad om hem heen. Hij is niet alleen degene die zich verlustigt aan een scholiere, maar ook degene die het huis in brand steekt waarin vrouwen en kinderen opgesloten zijn en ook degene die stenen gooit naar Jezus, misschien wel omdat hij diens onschuld niet kan verdragen.

Misschien is Sugoro altijd een schrijver geweest die niet helemaal eerlijk was. Mevrouw Naruse zegt tegen hem:
U luistert altijd alleen maar naar wat anderen te vertellen hebben, u zult nooit eens zelf actie ondernemen. U bent een man die geen sake drinkt, een man die nooit het achterste van zijn tong laat zien als hij schrijft, een man die niemand zal kwetsen... iemand die wegvlucht.
Misschien is het Suguro gelukt niet langer te vluchten. Maar in de slotregels van de roman gaat de telefoon toch alweer over.

Hoge inzet

Op Het schandaal als roman is wel wat af te dingen, maar het thema is zeker interessant. Bovendien merk je dat de inzet hoog is en dat de schrijver zaken bij de kop genomen heeft die voor hem belangrijk zijn.

Uit mezelf grijp ik niet zo snel naar buitenlandse literatuur, omdat ik de Nederlandse al nauwelijks kan bijhouden. Maar de uitgeverij stuurde me dit boek toe (met informatie over een heel ander boek) en toen heb ik het toch maar gelezen, zoals ik ook nog een vertaald boek zal gaan lezen dat ik van een leerling heb gekregen. Soms is dat net het zetje dat ik nodig heb. Maar het volgende boek dat ik hier bespreek zal weer een stripalbum zijn of een Nederlands literair werk.

Shusaku Endo, Het schandaal. Uitg. Mozaïek, Utrecht 2019; 256 blz.; €19,99

Geen opmerkingen:

Een reactie posten