Gisteren maakte Frits Sipman mij attent op de film die hij
in vier delen op YouTube heeft gezet. Het eerste deel staat hierboven.
In 1966 werd ik zeven jaar oud. Kwam ik toen wel eens in Zetten? Niet
zo vaak. Ongetwijfeld ben ik met mijn vader mee geweest naar de veiling. Ik had
daarom gehoopt dat ik op het filmpje niet de handelaars op de veiling zou zien,
maar de mannen met de steekkarren of de keurmeester in zijn stofjas. Als ik mijn ogen dichtdoe, kan ik sommigen
van hen nog voor mij zien. En ik weet het veilingnummer van mijn vader nog:
551.
We hadden toen de grote veilingkisten nog, zie ik. Twintig kilo appels of vijfentwintig kilo peren moest je erin laden, herinner ik me. Later zouden de driekwart kisten komen, met de pootjes aan de bovenkant, waarin vijf kilo minder ging.
We hadden toen de grote veilingkisten nog, zie ik. Twintig kilo appels of vijfentwintig kilo peren moest je erin laden, herinner ik me. Later zouden de driekwart kisten komen, met de pootjes aan de bovenkant, waarin vijf kilo minder ging.
Ook kwam ik wel samen met mijn vader bij de bank, maar die
was niet in hartje Zetten, maar in de Wageningsestraat, net over het spoor.
Mijn vader trok dan een ribjasje aan. Net over de drempel trok hij zijn klompen
uit en op zijn sokken ging hij dan naar het loket.
Het centrum van Zetten ken ik van later. In 1971 ging ik
naar de brugklas van de mavo, die toen al in de Mammoetstraat stond. Maar op
het filmpje herken ik natuurlijk de gefilmde huizen, het stratenplan, de
diagonale bestrating van het Julianaplein.
Jaren had ik bijvoorbeeld niet meer gedacht aan het perkje
met laag gehouden struikjes aan het begin van de Stationsstraat, tegenover het
politiebureau. In de jaren tachtig heb ik daar nog eens in gelegen, toen in een
regenbui een auto mij niet op het fietspad zag rijden en mijn achterwiel
aantikte.
Afgezien van Zetten, herken ik natuurlijk ook de dingen die
los staan van een de plaats, maar wel verbonden zijn met de tijd: de auto’s, de
brillen, de kleding, de jukebox in de cafetaria. Wanneer zag ik voor het laatst een jongetje met een
babykrul op zijn hoofd?
Zo'n filmpje heeft een rare werking. Ineens ben je verplaatst naar een verleden dat zich nog ergens in je bevindt, dat deel van je uitmaakt. En tegelijkertijd vergroot het de afstand. Je beseft dat het verleden een gebied is dat je nooit meer in werkelijkheid kunt betreden. Je kunt er eigenlijk alleen over dromen. Het levert een zoete pijn op, waarop je nog een tijdje bedachtzaam kunt kauwen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten