woensdag 15 februari 2023

De hemel boven Parijs (Bregje Hofstede)



Een man ontmoet een jongere vrouw, die hem doet denken aan een geliefde van vroeger. Hij voelt zich tot haar aangetrokken, maar het is niet duidelijk of hij geïntrigeerd is door haar of in haar alsnog de vroegere geliefde ontmoet. Dat gegeven komt in verschillende romans voor, bijvoorbeeld in Kathy's dochter van Tim Krabbé en in Vossenblond van Rascha Peper. En ook in De hemel boven Parijs van Bregje Hofstede.

Olivier, Sofie, Mathilde

Dat laatste boek las ik onlangs en het is naar mijn oordeel beter dan het boek van Peper en veel beter dan dat van Krabbé. Of in ieder geval beter dan wat die andere boeken in mijn herinnering zijn. Maar een geheugen is per definitie onbetrouwbaar. 

De centrale man in het boek van Hofstede is Olivier Massarin, universitair docent kunstgeschiedenis aan de Sorbonne. Onder zijn gehoor treft hij een meisje aan dat hem doet denken aan Mathilde, met wie hij vijfentwintig jaar geleden een relatie had. De studente zou haar dochter kunnen zijn, zo lijkt ze op haar. 

Ze blijkt Sofie te heten (Fie) en ze verblijft in het huis van Paul Bonnard, Oliviers superieur, met wie hij vriendschappelijk omgaat. Als ze zich daar niet meer prettig meer voelt, huurt Olivier voor haar een appartement, dat ze betrekt met Marc, de zoon van Jacques, met wie Olivier in hetzelfde rugbyteam speelt. 

Olivier probeert een beetje bij Fie uit de buurt te blijven, omdat hij merkt dat ze gevaarlijk voor hem is, maar door de loop der gebeurtenissen worden ze naar elkaar toe gedreven. Zijn vriendin Sylvie vermoedt dat de twee een relatie hebben en bazuint dat rond. Het is de vraag of Olivier zijn naam zuiver kan houden. 

Essay

Fie werkt aan een essay over een kunstenaar die een kunstwerk niet afmaakt. Het is volmaakt in zijn hoofd, maar als hij het werk daadwerkelijk maakt, zal het die volmaaktheid niet kunnen hebben. Het zal altijd onderdoen voor zijn verbeelding. 

De kracht van de verbeelding, waarin het afwezige aanwezig is, komt in verschillende scènes voor. Zo gaan Olivier en Fie wandelen met een imaginaire hond. Verder wordt er een verhaal verteld over een vrouw die wekelijks een uur op een bank in het park zit te wachten op de man die niet uit de oorlog teruggekomen is. Zolang ze aan hem denkt en op hem wacht, is hij niet voorgoed verdwenen. 

Ook voor Sylvie, Oliviers vriendin vallen verbeelding en werkelijkheid samen. Ze heeft al helemaal helder in haar hoofd wat er tussen Olivier en Fie gebeurd zal zijn. Dat is voor haar (en voor haar omgeving) meer waar dan wat er in de werkelijkheid is gebeurd. 

Spiegelingen

De hemel boven Parijs zit slim in elkaar. Er zijn geen losse eindjes en er zijn mooie spiegelingen en herhalingen. Niet alleen lijkt Fie op Mathilde, bij beiden speelt zwangerschap een belangrijke rol. Het thema van het essay van Fie komt terug in wat er om haar heen gebeurt en zelfs het rugbyen, waarin iemand zich helemaal onder de modder kan werken, lijkt een parallel te krijgen in het leven van Olivier. 

Misschien klopt het allemaal net iets te mooi, is het net iets te bedacht, maar dat heeft me tijdens het lezen niet gestoord. Hofstede weet flink de vaart in het verhaal te houden en er komen wel eens wat van de verwachtingen van de lezer uit, maar dat wil niet zeggen dat het een voorspelbaar verhaal is. De lezer blijft steeds met genoeg vragen zitten (bijvoorbeeld: is Fie de dochter van Mathilde?) om nieuwsgierig te blijven, waardoor het leestempo hoog blijft. 

Dat Fie zich aan het eind van een telefoongesprek met Paul Mathilde noemt, gaat me dan weer net te ver. Dat leek me voor het verhaal niet nodig. De parallel was wel duidelijk en ook dat Olivier Fie met Mathilde identificeert. Of zij dat ook zelf doet, had wel in het midden mogen blijven. 

Slotzin

De slotzin van het boek is krachtig. Daarmee wordt ook de titel duidelijk.

Het gaspedaal brandt onder zijn voet en zijn geluk kleurt de hemel. Alles waar hij bang voor was is eindelijk gebeurd. 

Je geluk zit ook in je verbeelding en het heeft invloed op alles om je heen, zelfs op hoe je de kleur van de hemel ziet. Niet voor niets heeft Hofstede hier niet het woord 'lucht' gebruikt, maar 'hemel'. En ook alles waar je bang voor bent, zit in je hoofd. Met deze regel wordt nog een laatste klap gegeven op het aambeeld waar al een groot deel van het boek op gehamerd wordt. 

De hemel boven Parijs is een heerlijk leesboek. Een degelijk, traditioneel verhaal, dat uitstekend gecomponeerd is en geschreven is in een spitse stijl. De schrijfster neemt je zo mee, dat je bijna alles als geloofwaardig ervaart en meeleeft met zowel Olivier als Fie. 

Natuurlijk had ik al veel eerder iets van Bregje Hofstede moeten lezen. Je kunt niet alles kopen, je kunt niet alles lezen, maar als het kan, wil ik van alles toch wel iets proeven. Van Hofstede had ik Drift op het oog, maar verschillende leerlingen hebben De hemel boven Parijs op de lijst staan. Dat ging dus even voor. Maar intussen ben ik wel nieuwsgierig geworden naar meer Hofstede, dus Drift ga ik ook lezen. Beloofd. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten