Tex Willer - dat is wel een naam die klinkt. In mijn jeugd zou ik zeker van zijn avonturen gehouden hebben, maar ik heb de strips toen nooit gelezen. We hebben het over een western, die vanaf 1971 in Nederland verscheen. In die tijd las ik wel de comics over Kid Colt en Rawhide Kid.
Ik kocht die niet zelf en ik zou ook niet weten waar ik die had kunnen kopen. Ik kreeg ze, maar ik weet niet zeker van wie. Van mijn vriendje Gerard? Van het buurjongetje Reinier? Van de oudere buurjongen aan de andere kant, Chris? Het is niet meer na te gaan.
Adelaar van de nacht
De strips over Tex Willer verschenen oorspronkelijk in Italië. Toen er deeltjes in het Nederlands werden vertaald, had Tex al heel wat achter de rug. Hij was een outlaw, maar werd later een ranger en trouwde met de dochter van een Navahostam, waardoor hij zelf ook opperhoofd werd. Daarbij kreeg hij de naam Adelaar van de nacht. In het gezin wordt een zoon geboren, Kit Willer, ook wel Kleine Valk. Als hij opgegroeid is, wordt hij een van de vaste metgezellen van Tex.
Zijn andere makkers zijn de wat oudere Kit Carson en de indiaan Tijger. Ik weet wel dat ik de term 'indiaan' eigenlijk niet meer hoor te gebruiken, maar de aanduiding zit vastgeroest in mijn geheugen als het over cowboys gaat, dus ik laat het maar even zo.
In verschillende westerns is er sprake van een vriendschap tussen een cowboy en een indiaan: Old Shatterhand en Winnetou, Arendsoog en Witte Veder. In Dances with wolves wordt de hoofdpersoon verliefd op een indiaanse vrouw. Het zijn altijd personages voor wie je sympathie voelt. Misschien omdat de indianen de zwakkere partij zijn en we houden van iemand die het voor de zwakken opneemt. Bovendien zijn het altijd 'goede' indianen, die een contrast vormen met andere, moordzuchtige stammen.
De oorspronkelijke verhalen over Tex Willer waren in zwartwit, in vrij kleine pocketachtige boekjes, de Tex Willer Classics, waar er meestal zes tekeningen op een bladzij pasten. Intussen zijn er albums in kleur, op het normale stripformaat.
Dit jaar verscheen album nr. 16, De bron van de eeuwige jeugd. Het scenario is van Giorgio Giusfredi, de tekeningen zijn van Fabio Civitelli.
Niet altijd heldere verhaallijn
Er is een jonge vrouw, Sitsi, ontvoerd door een groep indianen. Haar ouders en broers zijn naar haar op zoek. Verder gaat het verhaal rond dat er een bron zou zijn waarvan het water zou kunnen zorgen voor de eeuwige jeugd. En er zou een schat zijn. Dat trekt groepen mensen met slechte bedoelingen aan. Al die dingen spelen tegelijkertijd, wat het verhaal lastig te volgen maakt. Giusfredi had zich misschien wat moeten beperken en had in ieder geval moeten zorgen voor een helderder verhaallijn.
In de dialogen moet veel uitgelegd worden. Een moeder zegt bijvoorbeeld tegen haar zoons: 'Zeg Nakai, jullie vader, dat ik naar het oude huis van grootvader Masewi ga, hoog in de Mesa Negra.' Als grootvader meer huizen had, is de toevoeging 'hoog in de Mesa Negra' nog te begrijpen. Maar als moeder de naam Nakai noemt, weten de zoons natuurlijk wel dat het over hun vader gaat. Alleen de lezers wisten het nog niet.
Dat iemand onder schot gehouden wordt en een lang verhaal aan moet horen over wat er in het verleden gebeurd is, driehonderd jaar geleden, komt ook onnatuurlijk over. Het zijn noodgrepen om alle informatie over te dragen op de lezer.
De lezer op afstand
Tex raakt betrokken bij deze geschiedenis. En na veel verwikkelingen loopt het allemaal goed af. Het is een aardig verhaal, dat, zoals gezegd wat helderder verteld had kunnen worden. De lezer blijft de hele tijd behoorlijk op afstand. Het is de scenarist niet gelukt om mij echt mee te laten leven en me echt betrokken te krijgen. Er zijn gebeurtenissen die voor de spanning moeten zorgen, maar qua gevoel blijft het steeds aan de oppervlakte. Zelfs bij het dramatische slot, waarin Sitsi haar broer ontmoet, blijft de lezer onberoerd.
Ook de tekeningen vallen me niet mee. Ze zijn bijzonder statisch. Het tekenen van paarden gaat Fabio Civitelli wel goed af, maar in gezichtsuitdrukkingen weet hij weinig nuance te leggen. Ook leeftijd weet hij niet goed weer te geven in de gezichten. De huid is altijd net te gaaf en de arceringen zijn voorspelbaar: de jukbeenderen goed zichtbaar, de wangen wat ingevallen.
Bewegingen zijn houterig en nooit zit er vaart in zo'n beweging. Je ziet eerder een still uit een film dan de suggestie van bewegen.
Het lijkt wel of de tekenaar sommige lichaamshoudingen gewoon niet aanvoelt. Op een gegeven moment hangt Tex aan zijn vingers aan een rots, terwijl er ook nog iemand aan zijn andere hand hangt. De krachtsinspanning die dat kost, de manier waarop zijn lichaam zich moet rekken - het is allemaal niet terug te zien in de tekening.
Tex Willer is een serie die ik slecht ken. Ik heb historisch geen band met het personage en dat zal zeker uitmaken. Vroeger heb ik de strips over Willer nooit gelezen, maar onlangs heb ik wel enkele oude deeltjes gekocht om vergelijkingsmateriaal met de nieuwe strip te hebben. Dat zijn deel 56, De smaragden afgod (1975) en deel 67, Een boodschap voor Cochise! (1976). De beide deeltjes zijn beter getekend dan het nieuwe album, het verhaal is helderder en er wordt meer een beroep gedaan op je empathie.
Mogelijk dat echte liefhebbers van Tex Willer blij zijn met alles wat er over held uit het Wilde Westen wordt gepubliceerd, maar mij nodigt De bron van de eeuwige jeugd niet uit om meer te lezen van de nieuwe avonturen. Maar als ik een oud deeltje tegenkom voor weinig geld, neem ik het mee.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten