Sommige schrijvers lees ik al langer wel dan niet. Maarten 't Hart bijvoorbeeld. Ik zal begonnen zijn in 1980. Ik stond net voor de klas besloot de Nederlandse literatuur van dat moment bij te gaan houden, alsof dat zou kunnen. Ik kocht bijvoorbeeld Heeresma helemaal en Een vlucht regenwulpen.
Dat laatste boek heb ik met plezier gelezen, evenals De aansprekers, dat ik, geloof ik, beter vond. De jacobsladder (1986) heb ik indertijd gerecenseerd, voor een blaadje dat al lang niet meer bestaat: 't Kofschip. Niet alles heb ik gelezen, en niet alles van wat ik wel gelezen heb, herinner ik mij als goed. Het uur tussen hond en wolf vond ik bijvoorbeeld niet zo bijzonder en sommige verhalen uit De zaterdagvliegers (1981) konden mij ook niet bekoren.
Maar vervelend vind ik het lezen van 't Harts boeken eigenlijk nooit. Hij heeft een keuvelende manier van schrijven die altijd wel onderhoudend is, ook in zijn mindere boeken. En ik heb steeds bijzonder genoten van zijn essays in bijvoorbeeld De som van misverstanden (1978) en Het eeuwige moment (1983). 't Hart is belezen, enthousiasmerend, helder. Tenminste, in mijn herinnering.
Ik heb onlangs toch maar weer een 't Hart gekocht: Magdalena. Aan Verlovingstijd (2009) heb ik niet zulke goede herinneringen. Het boek viel me nogal tegen, maar details weet ik er niet meer van. Veel van het boek is weggezakt uit mijn geheugen.
Magdalena wordt niet gepresenteerd als fictie, maar als herinneringen aan 't Harts moeder. Midden in het boek is een fotokatern opgenomen, waarin we moeder 't Hart in verschillende levensfasen kunnen bekijken. Moeder is wel de kapstok waaraan 't Hart zijn herinneringen ophangt, maar in sommige hoofdstukken (zoals 'De ontvoering') speelt ze nauwelijks een rol. Erg strak gecomponeerd is Magdalena dan ook niet.
Het boek lijkt ook niet als 'boek' geschreven, maar als losse hoofdstukken, die dan samen het boek moeten gaan vormen. Dat betekent dat er nogal wat herhaling in voorkomt. Moeder was bijvoorbeeld ziekelijk jaloers. Ze had zich in het hoofd gezet dat vader 't Hart constant naar 'mokkels' aan het loeren was. Na een tijdje weten we dat wel en zeker als er steeds weer verwezen wordt naar dezelfde gebeurtenissen.
't Hart neemt ook in dit boek weer de ruimte om zijn stokpaarden te berijden. Hij 'analyseert' bijvoorbeeld de apostolische geloofsbelijdenis en het Onze Vader om aan te tonen hoe onzinnig die zijn. Soms heeft hij daarbij aardige redeneringen, maar vaak ook komt hij niet verder dan zeggen dat iets absurd of naar of wat dan ook is.
Het meest humoristische gedeelte daarbij is een citaat van Multatuli over de Heilige Geest, die blaast waarheen hij wil: 'Dat vind ik plezierig voor den Geest. Verbeeld je de onaangename positie van een Geest die maar mag blazen in één richting. Of van een Geest die niet vry is in zijn blazen. Of van 'n Geest die in 't geheel niet blazen mag.'
Krijgen we een goed beeld van Magdalena, moeder 't Hart? Ach ja, een beeld krijgen we wel. 't Hart is het best als hij haar maar laat praten en laat doen. Dat ze zorgzaam is en dat ze vader verdenkt van lust tot overspel; heel veel verder komen we toch niet. Het blijft allemaal aan de oppervlakte. Ik denk dat het 't Hart in zijn romans beter gelukt is om interessante personages neer te zetten.
Een goed boek is Magdalena niet, maar ik heb me ook niet al te erg verveeld tijdens het lezen. Wie het koopt weet wat hij krijgt: een typisch 't Hartboek. Liefhebbers van zijn werk zullen het dan ook wel met plezier lezen. Ik wil wel weer eens een echte roman van 't Hart lezen, zoals De kroongetuige.
Toch maar lezen dus :). En mijn aanraders: Het Psalmenoproer en De steile helling. Of als je plannen hebt om iets aan de lijn te doen: Het dovemansorendieet. Zelfs dat is een echt Maarten 't Hart boek.
BeantwoordenVerwijderenHet psalmenoproer heb ik gelezen. Inderdaad heel aardig. Over De steile helling twijfel ik. Na verloop van tijd gaan alle romans van 't Hart op elkaar lijken. Ik vond Laatste zomernacht een aardige novelle.
BeantwoordenVerwijderen