Veel striplezers zijn omnifoor: ze verslinden net zo gemakkelijk een detective als een western en ze kunnen zowel genieten van een humoristische strip als van een gewelddadige. Maar ieder blijft natuurlijk wel zijn voorkeuren houden.
Bij mij staat science fiction niet op de eerste plaats, maar ik heb in mijn jeugd ook Luc Orient en Ravian gelezen en onlangs kwam een deel van Arman en Ilva op mijn leestafel. Nu liggen er de eerste twee delen van de serie Aâma: De geur van warm stof en De onzichtbare menigte.
Frederik Peeters (zijn naam is zowel met als zonder accenten terug te vinden op internet) is een Zwitserse striptekenaar en scenarist. Hij maakte onder andere het autobiografische boek Blauwe pillen, dat ik overigens niet gelezen heb. Wie wat over hem wil weten, kan dat met behulp van zoekmachines gemakkelijk vinden.
Over het tekenwerk in Aâma ben ik wat ambivalent. De getekende personages hebben iets houterigs en als ze bewegen is dat meestal niet vloeiend. Ik heb bij een bewegend personage vaak het gevoel dat ik kijk naar een still uit een film. Er wil maar geen vaart in de bewegingen komen.
Vrouwengezichten gaan Peeters ook niet goed af en zijn arceringen vind ik soms ronduit lelijk. Hij arceertbijvoorbeeld om schaduw weer te geven, maar in mijn ogen wordt het dan geen schaduw, maar blijven het arceringen. De baard van hoofdpersoon Verloc wil ook maar geen baard worden. Nooit krijg ik de indruk van haar, het blijven pennenstreepjes op een gezicht.
De decors zijn vaak sober (wat ook wel met de setting van juist dit verhaal te maken zal hebben), maar Peeters weet wel sfeer op te roepen door de landschappen die hij tekent. Bovendien schept hij wel personages met wie de lezer mee wil leven en hij vertelt het verhaal boeiend.
Het eerste deel begint met Verloc Nim, die huilend bij bewustzijn komt of wakker wordt. Even later komt er een gorilla op blote mensenbenen naar hem toe. Het blijkt een robot te zijn, Churchill. Verloc heeft geen idee wat er gebeurd is, maar gelukkig heeft de robot Verlocs dagboek bij zich. Via dat dagboek komen wij, samen met Verloc, te weten wat er gebeurd is.
In die fictie moet je als lezer wel mee willen gaan. Het ligt voor de hand dat een dagboekschrijver noteert wat er op een dag gebeurd is, maar dat hij herinneringen die hij die dag aan iemand verteld heeft ook uitgeschreven heeft, is minder geloofwaardig. Maar goed, storend vind ik dat niet. Als lezer wil je immers ook weten wat er gebeurd is.
Samen met zijn broer Conrad is Verloc op missie gegaan naar de planeet Ona(ji) aan de grens van de melkweg, wat maar een paar dagen reizen is van de planeet Radiant. Op Ona(ji) is een nederzetting gesticht door acht wetenschappers. Het bedrijf dat ze uitgezonden heeft, heeft al een paar jaar geen contact met ze.
De wetenschappers hebben een 'soep' van picorobots bij zich, Aâma. De robots zijn in staat 'zich op eigen kracht te reproduceren en materie op subatomair niveau te manipuleren en te transformeren.' Conrad, Verloc en Churchill (die net als zijn naamgenoot sigaren rookt) gaan naar Ona(ji) om Aâma terug te halen.
De eerste twee delen van de serie beschrijven de missie van Conrad en Verloc. Gezien het begin van het verhaal is die niet helemaal goed verlopen. Daarnaast is er de verhaallijn van het persoonlijk leven van Verloc. Hij is een tragische figuur: het winkeltje van zijn vader is hij kwijt, hij heeft zijn huwelijk niet goed kunnen houden en hij mag geen contact meer hebben met zijn dochtertje, dat niet spreekt. Vlak voordat hij Conrad ontmoette, is hij in elkaar geslagen omdat hij wel probeerde dat contact te leggen.
Op Ona(ji) blijkt een meisje rond te lopen dat erg op Verlocs dochter lijkt. Ze is op een dag in de kolonie komen aanlopen. Ook zij spreekt niet.
Als lezer word je gemakkelijk meegenomen in het verhaal van Aâma. Net als Verloc wil je weten wat er de dagen ervoor gebeurd is. Bovendien gaat daardoor Verloc voor je leven, zodat je je gemakkelijk met hem kunt identificeren. Hoewel het verhaal zich in een verre toekomst afspeelt (denk ik), komt Verloc dicht bij ons, alsof wijzelf dat personage zouden kunnen zijn.
Daarnaast is het verhaal van de stof Aâma intrigerend. Professor Woland blijkt niet meer op de kolonie aanwezig te zijn. Ze heeft Aâma meegenomen. Wat voor gevolgen zal dat hebben? Ona(ji) is een woeste planeet, vergelijkbaar met de aarde in bijvoorbeeld het cambrium. Wat kan deze stof allemaal in gang zetten? Daarover lezen we ongetwijfeld meer in de delen drie en vier, die binnenkort uitkomen.
Aâma lees je vanwege het verhaal en dat is wel in orde. Er is maar één passage die me te lang duurt: het gevecht tussen Churchill en een andere robot. Dat gaat een paar bladzijden lang door. Op die uitzondering na, stuwt het verhaal de lezer wel voort. Maar met een andere tekenaar zou Aâma beter geslaagd zijn.
bladzijde uit De geur van stof |
Bladzijde uit De onzichtbare menigte |
Tekst en tekeningen: Frederik Peeters
Uitgever: Sherpa
Softcover, 88 blz., €19,95 per deel
Geen opmerkingen:
Een reactie posten