zaterdag 9 juni 2012

Afscheid van een engel



Achtendertig nachten van Janne IJmker werd zeer bejubeld in christelijke kring. Het boek kreeg bijvoorbeeld de Publieksprijs voor het christelijke boek 2007. Nu heeft men in de christelijke hoek de neiging om alles wat niet slecht is, meteen heel goed te noemen, is mijn indruk, maar in dit geval kon ik me best wat voorstellen bij het enthousiasme; Achtendertig nachten is een heel behoorlijk boek en inderdaad veel beter dan veel romans van andere christenen.

Nu is er een vervolg: Afscheid van een engel. Weer een historische roman, die inhoudelijk aansluit bij het vorige boek. Het nieuwe boek is twee keer zo dik als het oude. En het is beter.

Het boek begint in de jij-vorm, wat een lastige vorm is. Het is bijvoorbeeld moeilijk om zo actie in het verhaal te krijgen. Wel ben je als lezer gemakkelijk betrokken bij de aangesprokene en bij degene die spreekt/vertelt. Er blijkt een vader aan het woord te zijn, die tegen zijn zoon praat.

Na een paar bladzijden wisselt het perspectief, maar de jij-stukken zullen in de loop van het boek blijven terugkomen. Verder is er een heden (van de vader die een verstoorde relatie heeft met zijn zoon) en het verleden van de vader, die zonder ouders opgroeit en later rond gaat trekken met 'vagebonderen'. Ook de zoon heeft een verleden: hij heeft vreselijk geleden als soldaat bij Napoleons tocht naar Rusland.

Afscheid van een engel begint spannend: door de afwisseling van de verschillende tijden moet je als lezer je hoofd erbij houden en er zijn veel vragen waarop (nog) geen antwoord is. Elegant springt IJmker van de ene verhaallijn naar de andere. Later wordt het boek iets rustiger van opbouw, doordat IJmker het verhaal uit het verleden meer ruimte geeft. Gek genoeg gaat daarbij de stijl soms achteruit of maakt de schrijfster wat minder gelukkige keuzes: het vertellen van wat belegen grapjes, bijvoorbeeld. En daarna vermelden dat erom gegrinnikt wordt of gelachen wordt. Op zo'n moment zakt een passage helemaal in.

Het boek is fris geschreven, maar tussen de citroenen tref ik ook knollen van clichés aan. Ik zette streepjes in de marge bij zinnen als: 'Ik kon eerlijk gezegd een glimlach niet onderdrukken'; 'ik keek in de mooiste lichtbruine ogen die ik ooit gezien had'; 'Nog voordat zijn hand neerkwam trof mijn vuist zijn neus'; 'ik zag een vleug van gereserveerdheid op haar gezicht'.

Dit soort slappe zinnen valt op, omdat IJmker laat zien dat ze veel beter kan. Grootmoeder moppert bijvoorbeeld dat de dominee in zijn preek altijd op dezelfden uitkomt (Abraham, Jozef, Simson, Jeremia): 'ze keek daarbij alsof Abraham en consorten mannen waren die ter plekke met hun strontklompen het voorhuis binnenkwamen.' Van mij had 'mannen waren die' er nog uit gemogen, maar dat binnen komen klossen op strontklompen is zonder meer goed. Vind ik.

IJmker is goed in plastische beschrijvingen en ze heeft zichzelf daarbij niet gecensureerd. Gewelddaden beschrijft ze op een manier dat je je als lezer ongemakkelijk gaat voelen. Als lezer zou je liever je hoofd afwenden, maar de schrijfster dwingt ons mee te kijken. Het leven is geen pretje, dat is wel duidelijk en het beroerdste zijn niet de gruwelijkheden die we over ons heen krijgen, maar die welke we begaan.

Het heden van het boek speelt vlak voor Pasen en er zit dan ook een duidelijke christelijke boodschap in het boek. Van mij had dat wat minder nadrukkelijk gemogen, al wordt IJmker ook in die gedeelten niet zoet. Maar zo'n boodschap is eigenlijk altijd overbodig. Als uit de handelingen van de personages blijkt wat je als schrijver met ze voorhebt en hoe je in het leven staat, hoef je dat niet nog eens uit te leggen.

Al met al is Afscheid van een engel beter dan Achtendertig nachten. Je merkt dat IJmker zich aan het ontwikkelen is. We gaan nog meer van haar horen en nog betere boeken van haar lezen. Ik ben nu al benieuwd.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten