woensdag 21 augustus 2019

In dienst bij de duivel (Naima El Bezaz)


De voorkant van het boek oogt als een glossy: jonge vrouw in close-up en kreten als 'onthullend en geestig' en 'AFGUNST & AMBITIE'. Dat is ook wel passend, want In dienst bij de duivel (2013) van Naima El Bezaz, gaat over een glossy.

De schrijfster Dina, die nog maar een enkel matig succesvol boek op haar naam heeft staan, heeft een vast inkomen nodig en solliciteert bij een tijdschrift. Ze wordt aangenomen, wat de hoofdredactrice, Angela, later zal doen voorkomen als een prestatie van haarzelf: zij heeft maar mooi een schrijfster binnengeharkt. Een mooie buit; de schrijfster is immers ook al enkele keren op tv geweest. .

Ik heb de indruk dat het verhaal speelt in een nabij verleden: een telefoon heeft nog een kronkelig snoer en een smartphone heet nog een gsm, waarmee ge-sms't wordt. Maar misschien was dat in 2013  nog het geval.

Dina moet zich richten op de human interest: persoonlijke verhalen, meestal van lezeressen. Verder doet ze straatinterviews en heeft ze een testrubriek. Het gaat allemaal nog niet vanzelf en Angela is onberekenbaar. De collega's, schikken zich naar haar wispelturigheid en stellen zo min mogelijk vragen: dat is slecht voor je carrière of zelfs voor je baanzekerheid.

Naïef

El Bezaz schildert Dina een beetje af als een sukkel. Nou ja, meer als een naïeveling die niet zo veel weet. Ze heeft nog nooit gehoord van de groet 'houdoe', weet niet wat kaviaar is, weet niet dat een urn met as van een overledene wel eens bij mensen thuis bewaard wordt.

Wat haar overkomt als ze artikelen moet schrijven is luchtig geschreven en het leest ook wel lekker door. Het wordt allemaal in de ik-vorm verteld, waarbij de schrijfster Dina vooral de stijl hanteert van de tijdschriftmedewerker. Dat levert zinsneden op als 'een flauwe glimlach speelde om haar lippen'; 'haar ogen spuwden vuur'; 'hield ze haar lippen stijf op elkaar geklemd'; 'de felblauwe ogen waren kil'; 'Elke vezel in mijn lijf was gespannen'; 'koffie smaakt 'naar afwaswater'.

Misschien gebruikt El Bezaz deze clichés om te laten zien dat Dina's schrijverschap helemaal in het gedrang komt door haar drukke tijdschriftenbaan, maar het maakt het lezen er niet prettiger op. Dina maakt af en toe erg rare zinnen. Ze ziet het tijdschrift als 'een geïsoleerd eiland'. 'Het keukentje was klein en de koelkast nog kleiner.' 'Ik liep de treden op omhoog'.

Twee keer kwam ik de volgende constructie tegen: 'De appel legde ze op een uitgevouwen zakdoekje, maar niet nadat ze de vrucht met het doekje aan alle kanten had schoongewreven.' Bedoeld is, lijkt me: 'maar niet voordat' of 'maar niet dan nadat' of domweg 'nadat'.

Afstand

De stijl van In dienst bij de duivel maakt het lastig om mee te gaan in het boek. Zo'n rommelstijl schept (in mijn geval) afstand. Meeleven met de hoofdpersoon gaat ook al niet zo goed, omdat ze vrij oppervlakkig beschreven wordt. Ook dat hoort misschien wel bij de tijdschriftaanpak, maar ik wil graag wat meer. Soms krijgen we iets meer te weten over Dina. Dat ze niet zo goed kan omgaan met mensen of hoezeer ze vroeger vrij wilde zijn. Maar daarna gaat het weer over de dingetjes op haar werk.

In een enkel zinnetje krijgen we te lezen dat zij probeert zwanger te raken, maar verder lijkt haar thuissituatie er nauwelijks toe te doen. Nou ja, haar man vindt dat ze te hard werkt en dat is eigenlijk ook wel duidelijk: werk kost haar veel tijd en levert veel spanning op.

Omdat deze roman vaak aan de oppervlakte blijft, word je als lezer bijna nooit werkelijk geraakt. Op een gegeven moment heeft Dina contact met een terminaal zieke lezeres, Ellen. Haar man belt op om te melden dat Ellen overleden is. Dat is wel een ontroerende passage geworden.

Proloog en epiloog

In dienst bij de duivel heeft, net als De weg naar het noorden (1995), een proloog en een epiloog. In die roman werkte dat goed, in dit geval wat minder. De epiloog is ook niet een soort naschrift, maar eerder bedoeld als climax. Eigenlijk valt die climax nogal tegen en bovendien is de handelwijze van Dina niet zo geloofwaardig. Ze doet dingen die helemaal niet bij haar lijken te passen, ook niet als je in aanmerking neemt dat ze zich getergd voelt door het gedrag van Angela.

Van Naima El Bezaz heb ik maar weinig gelezen. Behalve dit boek las ik De weg naar het noorden, wat ik een mooie beknopte roman vond. De boeken over de vinexvrouwen heb ik aan mij voorbij laten gaan, maar ik had misschien wel een roman als De verstotene (2006) moeten lezen om meer zicht te krijgen op het werk El Bezaz.

In dienst bij de duivel viel me nogal tegen. Ik kan me voorstellen dat de schrijfster de onechtheid van het tijdschriftenwereldje aan de kaak wilde stellen, door ons te laten zien dat het eigenlijk alleen maar gaat om de verkoop, om scoren bij de lezeressen. En de redactie is een slangenkuil.

Dat maakt de schrijfster duidelijk door het aaneenrijgen van gebeurtenissen, waarin niet zo heel veel ontwikkeling zit. Dina kan steeds slechter tegen de hoeveelheid werk en haar wispelturige hoofdredactrice en ze raakt een beetje meer geïsoleerd, maar ik krijg toch vooral het idee dat elke volgende gebeurtenis meer van hetzelfde is.

Niet betrokken

Omdat Dina een beetje  als een sukkel wordt afgeschilderd en vrij oppervlakkig wordt getekend, raak je als lezer niet niet erg betrokken en dat is jammer. Angela is eigenlijk een interessanter figuur. Ze is grillig en tomeloos ambitieus, maar ze lijkt ook haar warmere kanten te hebben, al weet je nooit in hoeverre dat berekening is.

Het zal misschien wel even duren voor ik weer wat ga lezen van Naima El Bezaz. Ik ben ervan overtuigd dat ze meer kan dan ik in deze roman heb gezien. Voor zover ik weet, is er niets meer verschenen na 2013. Hopelijk werkt de schrijfster in stilte aan een meesterwerk.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten