In jaargang 13 van Liter (2010) recenseerde ik dat boek, maar op Bunt Blogt was die tekst nog niet te lezen. Hier plaats ik het stuk opnieuw.
Met de bus naar SodomGraphic novel, beeldroman, strip - noem het genre zoals je wilt, maar het is in Nederland in opkomst. Nu is er zelfs een boek dat op het voorplat wordt omschreven als ‘Een calvinistische strip over de laatste zuil van Nederland’.
Die zuil is de reformatorische zuil. Eigen kerken, een
eigen krant, eigen scholen, eigen beurzen, eigen uitgevers; de zuil
lijkt aardig hecht. Natuurlijk zijn er bedreigingen, van ‘de wereld’ en
van ‘de godsdienst’. Door de computer werd de wereld snel binnengehaald
bij veel jongeren. Eerst door de dvd's (dingen van de duivel) en later
door internet.
Maar de refozuil slaat terug! Tenminste in de beeldroman van Sela©, Op weg naar Zoar.
De refo's ontketenen een ‘refolutie’; ze gaan massaal de straat op om
te protesteren tegen de boze netten die hen omspannen. Arie Boomsma zegt
erover op tv: ‘Tja, ze gaan goed los.’ Dat kun je wel zeggen. Ze
kieperen zelfs hun auto's van de Zeelandbrug, onder het citeren van
Hiëronymus van Alphen (in de versie die in orthodoxe kerken gebruikelijk
is): ‘Weg wereld, weg schatten!’ Uiteindelijk trekt de stoet naar Zoar,
de plaats waar Lot heen moest vluchten om aan de vernietiging van Sodom
te ontkomen.
Zo fantaseert het dertienjarige meisje Sela het, als
voortzetting van een droom die ze 's nachts heeft. Sela is kind in een
orthodox gezin en we maken een zondag mee in dat gezin. De blik die de
kunstenares werpt op wat wellicht een zondag uit haar eigen jeugd is, is
liefdevol. Ze laat de dagelijkse dingetjes zien van het koken van de
eieren voor het ontbijt tot het zingen bij het orgel en het lezen van De Saambinder en de Tuinfluitertrilogie. En zal de zoon nog komen die uit de kerk gestapt is?
Sela© tekende Op weg naar Zoar op de van haar
bekende wijze: met onverdunde inkt, zodat er geen grijzen ontstaan.
Grote zwarte en witte vlakken en de lijn van de pen vormen samen de
tekeningen. Daarbij worden sommige details vrij nauwkeurig getekend (een
potje pindakaas bijvoorbeeld, of de rollen kerksnoep) en andere vallen
helemaal weg (de lijnen van een gezicht soms, of zelfs een heel hoofd).
Sela© maakt daarin slimme keuzes.
Ze heeft ook een goed oog voor grafische elementen in
de omgeving van haar hoofdpersoon en laat die mooi uitkomen: de
parallelle lijnen van de bijna lege banken in de kerk, de
hoogspanningslijnen en -masten.
Minder goed lukt het haar om emoties op de gezichten
van de personen te krijgen. Zelfs als de stem van de dominee aanzwelt en
hij met zijn vuist op de bijbel slaat, heeft hij een gezicht dat hij
ook zou kunnen hebben op het moment dat hij bedenkt dat hij de
vuilniszakken nog buiten moet zetten. Daardoor moet Sela© ook expliciet
vertellen dat dominees stem aanzwelt.
Als lezer zit je in het hoofd van het meisje Sela.
Maar soms verspringt ineens het perspectief: dan lezen we dat een
broertje zich afvraagt wat hij zal gaan doen, of de dominee hoe hij over
zal gaan naar het volgende punt. Dat was niet nodig geweest, lijkt me.
Het boek zou strakker gecomponeerd zijn geweest wanneer wij echt
veroordeeld waren tot de visie van de hoofdpersoon.
Voor mij, ook voortkomend uit een orthodox gezin, ooit
kerkend in een misschien nog orthodoxere kerk, was er veel herkenbaars
in de wereld die Sela© tekent. De rollen snoep die in de kerk werden
doorgegeven (Italiano, Mentos, Fruittella, Rolo) herkende ik
bijvoorbeeld allemaal. Alleen heette in mijn jeugd ‘Werther's original’
nog
‘Werther's echte’ en ik miste de Autodrop, met om elk dropje een papiertje met wetenswaardigheden.
Sela stelt zich onder de preek voor hoe ze van
kroonluchter naar kroonluchter zwaait en ik stelde me voor hoe ik langs
de betonnen raamsponningen naar boven klom en hoe ik langs de banken
naar beneden zou klauteren als de kerk ineens op zijn kant zou staan.
En verder natuurlijk de sfeer die er in zo'n gezin
hangt en tijdens de kerkdienst. Sela© zit dicht op het gezin en ze laat
ons meekijken.
Uiteindelijk bereikt het meisje Sela niet op tijd
Zoar. Uit bezorgdheid voor haar broer komt ze te laat en een stem achter
de gesloten stadspoort zegt tegen haar: ‘Gaat weg van mij! Ik heb u
nooit gekend. Gij, die de ongerechtigheid werkt.’ Sela staat er verder
alleen voor.
Juist dit slot van de beeldroman tilt Op weg naar Zoar
boven een leuk gedachte-experiment uit. Het verraadt de angst die het
kind voelt. Het kind dat zo serieus met het geloof bezig is, dat zich
bekommert om haar afvallige broer, het kind dat ontzettend haar best
doet, juist dat kind wordt buitengesloten. Het slot lijkt me een diepe
angst te verraden, de angst om verloren te gaan. De angst die
aangewakkerd is door dominees die de gemeente opriepen om zich te
haasten en te spoeden om des levens wil, nu het nog het heden der genade
was. Ziel verloren, al verloren, immers.
Sela laat Zoar achter zich en vindt zich terug bij de
bushalte. De bus is het vervoermiddel waarmee de broer van de
buitenkerkelijke wereld naar de wereld van het gezin reisde. Nu zal de
bus haar vervoeren van Zoar naar welk Sodom dan ook. In ieder geval in
mijn lezing.
Sela©, Op weg naar Zoar. Prometheus, Amsterdam 2010, 120 blz., €17,95. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten