maandag 28 juli 2014

Pogingen om van het leven iets te maken (Hendrik Groen)


Het boek zou mij geheel ontgaan zijn, wanneer ik het niet cadeau had gekregen: Pogingen om van het leven iets te maken. Het geheime dagboek van Hendrik Groen, 83¼ jaar. De titel doet erg denken aan Het geheime dagboek van Adrian Mole, 13 ¾ jaar van Sue Townsend. De toon is vergelijkbaar: monter en zorgelijk tegelijk.

Het boek van Hendrik Groen is eerder gepubliceerd op een website waar ik ook al nooit van gehoord had (Torpedo). Een jaar lang (in 2013) hield Groen daar een dagboek bij van wat hij meemaakte in het verzorgingshuis.

Ongetwijfeld is Groen een pseudoniem en Groen zal ook wel niet in zo'n verzorgingshuis opgenomen zijn. Ik schat hem een stuk jonger. Een zinnetje als 'Buitenlandse fratsen, daar zijn wij niet zo van', zal iemand van boven de vijftig waarschijnlijk niet uit zijn toetsenbord krijgen en in een discussie zal hij ook niet het zinnetje 'Ja, en dus?' gebruiken, vermoed ik.

Opmerkelijk is dat de bejaarden nauwelijks een verleden hebben, ook Hendrik Groen niet. Hij heeft een vrouw die hij in 2013 maar één keer bezocht. Ze is zo ver heen, dat ze hem nauwelijks herkent. Maar wat heeft Groen vroeger gedaan? Hoe heeft hij de kost verdiend? Dat blijft in het midden. Hij is redelijk belezen en kan verwijzen naar auteurs als Karel van het Reve.

Soms reflecteert Groen op wat hij schrijft en daarbij spreekt hij nu en dan zichzelf berispend toe, bijvoorbeeld als hij vindt dat hij te veel klaagt. Soms richt hij zich tot de lezer:
Vergeef me dat ik deze zaak wat cru onder de aandacht breng maar ik kan de werkelijkheid niet mooier maken dan zij is: treurig, hard en lachwekkend tegelijk. 
Wil een dagboek boeiend blijven, dan zal er meer structuur in moeten zitten dan alleen die van de opeenvolgende data. De auteur Groen heeft daarom verschillende verhaallijnen aangebracht. De dikste is die van een clubje (Omanido, Oud maar niet dood) waarvan het personage Groen deel uitmaakt. De clubleden organiseren uitstapjes en samen verzetten ze zich tegen de regelzucht van de directie. 

Daaromheen en -doorheen weeft hij dunnere verhaallijntjes, bijvoorbeeld de aanslag op de aquariumvissen die de bejaarden een tijdje bezighoudt, de kwalen van clublid Evert en het langzaam dement worden van clublid Grietje.

Dat laatste komt slecht uit de verf. Er wordt wel steeds verteld dat Grietje dingen minder goed weet, maar in de gesprekken met haar is dat eigenlijk niet te merken. Aan het eind van het boek is Grietje nog prima in staat tot een samenhangende conversatie, waarvoor ze ook nog aardig wat kennis paraat heeft:
'Kom op, Henk, niet zo somber. Je moet maar denken: als zij het niet erg vindt, wat zal ik me er dan druk over maken.' En ze vervolgde: 'Alzheimer is trouwens heel hip. Je kunt geen tijdschrift openslaan of alzheimer komt om de hoek kijken. Adelheid Roosen maakte een toneelstuk over haar dementerende moeder, Jan Pronk praatte over zijn demente moeder op YouTube, Maria van der Hoeven vertelde over haar aftakelende man in de Volkskrant. Als je geen demente naaste hebt hoor je er gewoon niet echt bij. Je mag blij zijn dat je me hebt!'
Niet alles in het boek is dus geloofwaardig. Je komt bijvoorbeeld ook niet voor half geld met zijn tweeën de Keukenhof in als een van de twee een rolstoel pakt. Hier had de auteur wat beter research moeten verrichten.

Het boek is opgewekt van toon en dat leest prettig. Vooral de eerste helft, daarna is de vaart er wel een beetje uit, alsof de auteur ook niet meer zo'n zin heeft in het project en het als een verplichting ziet om elke dag maar weer een stukje te leveren voor Torpedo.

Hendrik is gek op een vrouw in het vriendenclubje, Eefje. Na een beroerte is er weinig van haar over en Hendrik wordt mantelzorger. De passages die hierover gaan, hadden schrijnend kunnen zijn, maar dat de krijgt de auteur niet goed voor elkaar. In luchtigheid en boosheid is hij goed. Bij verdriet is hij wel ingetogen, nergens wordt hij larmoyant en dat is zeker een verdienste. Maar het verdriet navoelbaar maken voor de lezer lukt hem maar matig.

Zou de auteur werken in een verzorgingshuis? Het zou zomaar kunnen. Het personage Hendrik spreekt over de andere bejaarden als 'bewoners'. Dat lijkt me meer een uitdrukking van het personeel dan van de senioren. Maar misschien is Groen alleen maar iemand die van tijd tot tijd in zo'n tehuis komt.

Pogingen iets van het leven te maken is best geschikt voor de vakantie. Het is een onderhoudend boek dat vaak echt grappig is. De auteur Groen is goed in becomentariërende tussenzinnetjes en in plastische beschrijvingen. Dat zorgt ervoor dat je wel door wilt blijven lezen.

Aan het eind wordt het wat minder, maar dat zij de auteur vergeven. Na een jaar oefenen is hij misschien toe aan een echte roman. Het personage Groen eindigt met het voornemen om een nieuwe agenda en een nieuw aantekenboekje te kopen. Kort daarvoor heeft hij geschreven 'Misschien moet ik maar een roman gaan schrijven'. Daar zal het niet van komen. Ik denk dat het personage Groen geen pen meer op papier zet. Maar de auteur Groen misschien wel. We wachten het af.

7 opmerkingen:

  1. Daar wordt druk over gespeculeerd. Grunberg zal het niet zijn, maar verder laat ik me niet met de speculaties in. Mij gaat het om het boek.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Ja akkoord, het gaat natuurlijk om het boek. Ook akkoord met uw beslissing zich niet in te laten met speculaties, maar dan toch uit nieuwsgierigheid: waarom noemt u Grunberg specifiek?

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Zijn naam werd ook genoemd en ik meen genoeg van Grunberg gelezen te hebben om te kunnen concluderen dat de stijl anders is dan die van Grunberg en dat het boek van Groen ook niet het niveau van Grunberg haalt.

    Van de andere namen die genoemd werden, weet ik domweg te weinig en ik wil niet in het wilde weg gokken.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Vergeeft u mij mijn vasthoudendheid, maar even los van de 'namen die genoemd worden' waarvan u te weinig weet, heeft u wel een vermoeden? (u hoeft dat vermoeden overigens niet prijs te geven).
    Overigens is niet iedereen het eens over het niveau van Grunberg. Maar dat is natuurlijk een heel andere discussie.
    Ik zal hierna niet langer aandringen maar gewoon uw blog blijven volgen :-)

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Hartelijk dank voor het volgen van mijn weblog, dat nu op een laag pitje staat, vanwege een op handen zijnde verhuizing.
    Nee, ik geen vermoeden. Als ik een gefundeerd vermoeden zou hebben, zou ik dat genoteerd hebben.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Ik heb het boek ook gelezen en dat met veel plezier. De vaak wat wrange humor sprak mij wel aan. Qua schrijfstijl en thematiek deed het mij wel denken aan het werk van de Friese schrijver Rink van der Velde. De kleine, gewone man (arbeider of kleine zelfstandige) die een afkeer heeft van beknepen/burgerlijkheid en zaken die met de kerk en geloof te maken hebben. Verder voortdurend in strijd met alles wat een beetje naar autoriteit riekt...

    BeantwoordenVerwijderen