donderdag 16 juli 2020

Het beste uit onszelf (Michael Bijnens)



Vooraf: Bunt Blogt heeft een aantal weken stilgelegen. Aan het eind van het drukke schooljaar lukte het me niet meer om rustig te schrijven. Ik had Het beste uit onszelf toen al uit. Er zit dus enige tijd tussen lezen en bespreken. Ik hoop dat dat niet al te zeer te merken is. 


Met de tweederangs comedian Lewis gaat het niet zo best. Hij woont samen met zijn manisch-depressieve kat Robin Williams, drinkt te veel, eet te veel. Hij kan aan de kost komen in het circuit waarin hij optreedt, maar dat is het dan ook wel. Dat is de situatie aan het begin van de roman Het beste uit onszelf van Michael Bijnens.

Tijdens een optreden in een toeristenkelder ziet hij achter in de ruimte een bekend gezicht: dat van zijn dochter Amy, die op haar achttiende, acht jaar geleden het huis heeft verlaten en niet meer teruggekomen is. Intussen is Lewis gescheiden van Samantha, Amy's moeder. Er is ook nog een zoon, Alexander, die indertijd zestien jaar oud was en die nu dus vierentwintig is. 

Na zijn optreden gaat Lewis meteen op zoek naar Amy. Snel daarna zal Amy bij hem aankloppen, maar ook weer verdwijnen, waarna Lewis haar moet zoeken in een metrostation. Uiteindelijk zal ze gaan werken bij het bedrijf van haar moeder en haar broer, Balance Inc., groot geworden met een meditatie-app. 

Het verschijnen en verdwijnen van Amy doet Lewis vragen stellen over zichzelf en over wat hij voor Amy kan betekenen. Hij wil in ieder geval zijn best voor haar doen, maar de vraag is of hij dat kan en of hij niet zelf haar probleem is. De avond dat Amy in de zaal zat, was misschien wel als een definitief afscheid bedoeld. 

Vaart

Het begin van Bijnens roman heeft aardig wat vaart: er worden vragen bij de lezer opgeroepen en er start een zoektocht. Jammer genoeg gaat verderop die vaart er behoorlijk uit. Bijnens heeft er namelijk voor gekozen om niet het verhaal het werk te laten doen, maar om voornamelijk in gesprekken duidelijk te maken wat de problemen zijn. 

Dat is jammer, want in die gesprekken wordt veel benoemd wat misschien beter impliciet had kunnen blijven. Ook bij het beschrijven van gebeurtenissen zijn er steeds duidende zinnetjes. Een voorbeeld:
Ik liep naar haar toe en zag dat ze haar handen voor haar gezicht hield. Omdat ze nu nergens meer heen kon kroop ze weg in zichzelf. 
Dat Lewis ziet dat Amy de handen voor haar gezicht houdt, hoeft al niet vermeld te worden. Als er staat dat ze de handen voor haar gezicht houdt, is het wel duidelijk dat hij dat ziet. En die uitleggende tweede zin is ook overbodig. De lezer mag blijkbaar vooral niet zelf denken. 

Nog een voorbeeld. Voordat Lewis wat gaat zeggen, krijgt de lezer deze uitleg;
In plaats van die moed op te brengen, was ik niet in staat - voor de zoveelste keer in mijn leven - om mij over mijn kinderlijke kwaadheid heen te zetten, en gooide ik nog meer olie op het vuur in een poging die woede te bemeesteren.
'Wat heb ik jou in godsnaam misdaan?' vroeg ik.
Al die uitleg, in plaats van het verhaal door te laten gaan - het doet onmachtig aan. Dat geldt ook voor het overbrengen van de emoties. Als iemand kwaad is, kun je dat merken doordat er vaak 'fucking' wordt gezegd. Beeldspraak staat er vaak vanwege de beeldspraak en niet om iets duidelijker te maken:
Mijn romp had zich over de bank uitgespreid als het lijnenspel van een peuter die een kubistisch kunstwerk had nagebouwd met wrakhout.

Onnatuurlijk

Dialogen zijn vooral bedoeld om op te helderen wat er aan de hand is en vaak is de taal te barok en daardoor onnatuurlijk. De ouders van Amy praten met elkaar:
We moeten het er met haar over hebben. Ik denk dat die hele geschiedenis onder het tapijt vandaan moet komen. Pas als het lukt om alle emotionele krochten die er in het gangenstelsel van Amy's trauma verscholen zitten aan te raken, dan... dan pas kan onze dochter zijn wie ze zou willen zijn. 
Welja! Erg geloofwaardig vind ik zo'n passage niet. 

Soms zijn de retorische trucjes te opzichtig. Een opsomming in drieën werkt vaak goed. Maar niet als je die binnen een regel of tien drie keer tegenkomt;
Noem mij de klootzak, noem mij de loser, noem mij de narcistische lul.
Doe het samen met je moeder, met je broer, met de rest van de wereld. 
Want ik zocht nog steeds naar haar gezicht. Naar haar lege en wanhopige ogen. Naar een reactie. Naar de haat die ik zo van haar verlangde. 

Heftig

De problematiek in de roman is heftig, maar die was misschien beter overgekomen als Bijnens die niet steeds zo zwaar had aangezet en zo nadrukkelijk benoemd had. Het gevolg is, bij mij althans, dat ik wel snapte de het voor de personages zo moeilijk was, maar dat het me nauwelijks wat deed. 

Aan het eind blijkt ook nog dat Lewis in een schriftje aan het schrijven is en dat wat hij schrijft dus dit boek is en dan is het nog minder geloofwaardig. Tot die vermelding blijkt niet dat we met zo'n verslag te maken hebben. 

Podcast

Tot nu toe heeft Het beste uit onszelf weinig aandacht gekregen, wat niet zo heel vreemd is. Om opnieuw aandacht voor de roman te vragen bracht Michael Bijnens een podcast uit, waarin het hele boek wordt voorgelezen. Ik lees dat de meeste voorlezers Vlaamse en Nederlandse acteurs zijn, maar niet uitsluitend. Tussen de vele voor mij onbekende namen zag ik die van Chris Kijne, bekend van de radio, en Els Dottermans, die ook in Zandman al prachtig voorlas. 

De vormgeving van de podcast is prettig en in de afleveringen die ik beluisterd heb, wordt er goed voorgelezen. Ook bij de podcast Uitgelezen verhalen leze acteurs verhalen goed voor. Tijdens de lockdown werd ook de Decamorone voorgelezen. Dat was bedroevend slecht. Maar aan de podcast van Het beste uit onszelf val je je geen buil. Goed gemaakt, maar de bezwaren tegen het boek blijven natuurlijk ook geldig bij de podcast. 

Michael Bijnens, Het beste uit onszelf. Uitgeverij Pluim, Amsterdam/Antwerpen 2020. 248 blz. € 21,99

Geen opmerkingen:

Een reactie posten