woensdag 12 oktober 2022

Waanzinnige boomhutverhalen (Andy Griffiths / Terry Denton)

Het is Kinderboekenweek en de laatste jaren koop ik dan een paar kinderboeken en krijg ik het geschenk.  Dat wisselt per jaar nogal van kwaliteit. Haaientanden vond ik heel geslaagd, maar ik geloof dat ik zo'n beetje alles van Anna Woltz goed vind. Het boekje over de ruziënde eilanden, dat ik cadeau kreeg bij mijn aankoop in 2018 vond ik weer niks. 

Dit jaar kreeg ik Waanzinnige boomhutverhalen van Andy Griffiths en Terry Denton. Die twee maakten al een hele reeks boeken met verhalen over een 'waanzinnige' boomhut, die steeds meer verdiepingen krijgt. Het zijn echt boeken voor de massa en er zijn kinderen die alle delen gelezen hebben. 

Tussendoor: er is al veel geschreven over het feit dat een commissie die in haar naam heeft staan dat ze het Nederlandse boek propageert niet-Nederlandse auteurs het Kinderboekenweekgeschenk laat schrijven. Dat is inderdaad vreemd. Hopelijk is het iets eenmaligs. 

Ik had nooit een boomhutverhaal gelezen, dus ik was wel nieuwsgierig. Nu ik het boekje gelezen heb, weet ik dat de verhalen niet aan mij besteed zijn. Ze zijn grappig bedoeld, maar meestal vind ik de grapjes nogal flauw. 

Eigen wereldje

De boomhut is een soort eigen wereldje, met eigen wetten. De hoofdpersonen zijn Andy en Terry, die ook de makers van de verhalen zijn, en Jill, van wie het niet helemaal duidelijk is welke functie ze heeft. Ze heeft in ieder geval dieren en soms komt dat goed uit. Ook de rest van de wereld wordt niet geïntroduceerd. Figuren als Edward Schephand, die geen handen heeft, maar ijsscheppen, komen als vanzelfsprekend opdraven. Deze Edward zal wel een knipoog zijn naar Edward Scissorhands.  

Of Andy en Terry kinderen zijn, is me niet zo goed duidelijk. Ik denk wel dat kinderen zich met hen identificeren. Ze maken verschillende dingen mee in de boomhut en dat krijgen we te lezen in zes verschillende verhalen. 

Er zit behoorlijk wat absurdisme in die gebeurtenissen en dat vind ik dan wel weer aardig. Zo is er een Stoel-in-je-Neusdag, waarbij iedereen een stoel in zijn neus draagt. Dat zijn overigens redelijk kleine stoelen, maar het is een onverwacht idee. 

Voorspelbaar

Verder zijn er ook veel ontwikkelingen die vrij voorspelbaar zijn. Zo is er een soort superstofzuiger en die zuigt zo'n beetje alles op. Dat verhaal laat je met allerlei vragen zitten: door welke energie werkt het apparaat? Hoe kan het zoveel bevatten zonder te ontploffen? De tekeningen maken ons in dit geval niets wijzer. 

Die tekeningen vormen een belangrijk onderdeel van het boek. Schrijver en tekenaar worden dan ook beiden genoemd als auteur, wat ik wel sympathiek vind. Maar al te vaak is de tekenaar alleen maar degene die de plaatjes levert bij de tekst. Maar in dit boek zijn er zo veel tekeningen dat je ze als het ware meeleest met het verhaal. 

Ook typografisch zijn er ingrepen. Zo worden sommige termen of zinnen groter en dikker gedrukt en ze staan ook niet steeds horizontaal afgedrukt. De dynamiek zit daardoor niet alleen in het verhaal, maar ook in de manier waarop je door de tekst gaat. 

Hoog leestempo

Door de vele tekeningen ga je snel door de bladzijden heen en ik denk dat dat voor kinderen voor prettig is. Zo krijgen ze het idee dat ze een hoog leestempo hebben. En voor de boekverkopers is het ook prettig, want kinderen zijn snel door de boeken heen en dan kunnen ze een nieuw deel kopen. 

Er is veel pret in het boek en de lastige kanten van het leven worden zorgvuldig vermeden. Die lichtheid spreekt de lezertjes wellicht aan. Voor mij was het gevolg dat ik het allemaal niksig vond. Je kunt een boomhutverhaal lezen en je kunt er twintig of veertig lezen, maar je hebt niet het idee dat je echt iets tot je genomen hebt. Je eet een zak chips leeg en blijft zitten met een lege zak, zonder dat je je gevoed voelt. 

Amusement, meer is het niet. En omdat ik me maar matig geamuseerd voel, zal ik niet gauw naar een volgend deel grijpen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten