zaterdag 4 maart 2017
Roodbaard Deel 8 (Jijé / Lorg / Charlier)
Integrale heruitgaven zijn hot en dat is niet zo gek. De oudere lezer kan verzinken in het sentiment als hij de strips van vroeger herleest. Strips markeren de jaren waarop je volwassen wordt en herlezen van strips is daarmee ook het herlezen van je leven.
Maar er is natuurlijk meer, anders zouden we ook gewoon een stapeltje oude albums van de zolder kunnen halen. En voor de jongeren geldt het argument sowieso niet. Zij krijgen de kans kennis te maken met een strip die tot de canon van de stripgeschiedenis behoort.
De heruitgaven zijn mooi vormgegeven: gebonden boeken, waarvan we ook als boek kunnen genieten en die we trots in de boekenkast kunnen zetten.
En dan bevat (bijna) elke heruitgave ook nog een 'dossier', een uitgebreide inleiding met veel informatie over de achtergrond, schetsen, omslagen. Na het lezen ervan waan je je een ingewijde in je favoriete strip.
De heruitgave van Roodbaard heeft intussen zijn sporen al verdiend. In 2014 kreeg uitgeverij Sherpa een penning van het Stripschap, mede vanwege die serie. De puristen vinden alleen de Roodbaard van Victor Hubinon de echte. Zij zijn na de eerste zes delen wellicht afgehaakt.
Dat is jammer. Ten eerste hebben de andere tekenaars ook heel wat te bieden en ten tweede is zo'n serie het mooist als je hem compleet hebt, waarmee je het totale overzicht hebt.
In deel 8 treffen we twee verhalen aan: Het hellevuur (deel 20) en Het eiland van de verdwenen schepen (deel 21). Het eerste is het slotdeel van een aantal opeenvolgende verhalen, het tweede het begin van een nieuwe serie verhalen. Het scenario is weer in de vertrouwde handen van Jean-Michel Charlier, de tekeningen zijn gemaakt door Jijé (Joseph Gillain, bekend van Jerry Spring en Tanguy en Laverdure) en zijn zoon Lorg (Laurent Gillain).
In het dossier is weer veel moois te vinden, zoals een overzicht van de omslagen van de albums, die op een gegeven moment de uitstraling van een filmposter moesten krijgen. Het is mooi om te zien hoe verschillende kunstenaars hetzelfde gegeven aanpakken.
Verder natuurlijk veel aandacht voor Jijé en voor de manier waarop vader en zoon Gillain samenwerkten. Lorg vertelt in een interview dat Jijé niet aan de serie begonnen is omdat hij er zoveel zin in had, maar omdat hij op die manier zijn zoon de kans wilde geven het vak te leren. Jijé had toen al problemen met zijn gezondheid.
Ook is er veel aandacht voor het tijdschrift Super As, de Franstalige versie van het Duitse Zack (dat in Nederland verscheen als Wham!).
De twee verhalen over Roodbaard lezen als vanouds: er moet een probleem opgelost worden en de inventiviteit van Roodbaard (of Erik) helpt daarbij. Er worden altijd ingenieuze manieren bedacht om tegenstanders te misleiden.
De tekeningen van Jijé zijn goed. In Het eiland van de verdwenen schepen is de inkleuring van de huid soms wel erg oranje/rood, maar dat zal wel gedaan zijn om aan te geven dat het gebruinde zeelieden betreft.
Jijé gebruikt bij het tekenen van de gezichten meer ironie dan zijn voorgangers, waardoor sommige scènes al snel iets grappigs krijgen. En verder is het hem en zijn zoon gelukt om er gewoon weer twee prettig lezende Roodbaardverhalen van te maken. Daarmee is ook deel 8 weer een mooi boek geworden, waarmee je je in een gemakkelijke stoel kunt nestelen om te genieten van een strip die na al die jaren nog niets aan kracht heeft ingeboet.
Titel: Roodbaard, De schrik van de zeven zeeën. Deel 8
Scenario: Jean-Michel Charlier
Tekeningen: Jijé en Lorg
Uitgever: Sherpa
Haarlem 2016, gebonden, 144 blz. € 24,95
Geen opmerkingen:
Een reactie posten