dinsdag 27 augustus 2024

Jij zegt het (Connie Palmen)

In 2015 verscheen de roman Jij zegt het van Connie Palmen. Ik las het boek toen niet, maar ik verwachtte er veel van. Aan het eind van het jaar nam ik het op in het lijstje met de beste boeken van 2015 die ik niet gelezen had. Op nummer twee; alleen Dertig dagen van Annelies Verbeke schatte ik hoger in. Dat boek las ik vrij snel daarna.

Nu ik na meer dan acht jaar dat lijstje terugzie, constateer ik dat ik veel van de boeken daaruit niet gelezen heb. Alleen bij De onderwaterzwemmer van P.F. Thomése en Maan en zon van Stefan Brijs kwam het ervan. De ochtendgave van A.F.Th. van der Heijden heb ik intussen in huis. De boeken van Jamal Ouariachi, Yves Petri, Hagar Peeters en Stephan Enter liggen nog niet op de stapel. Het lijken me nog steeds interessante boeken. 

Maar Jij zegt het van Connie Palmen las ik een paar weken geleden wel. Ik was in 1991 nogal onder de indruk van De wetten en ook De vriendschap (1995) kocht ik meteen nadat het verscheen. I.M. (1998) sloeg ik aanvankelijk over. Ik was bang dat het te klef en dus oninteressant zou zijn. Een paar jaar later las ik het toch en toen viel het me mee. Het Boekenweekgeschenk De erfenis (1999) las ik meteen en ik herinner het mij als niet slecht, maar eerlijk gezegd heb ik er maar weinig van onthouden. Geheel de uwe (2002) las ik niet. Lucifer (2007) wel, maar het duurde een paar jaar voordat ik eraan begon.  Goed boek, trouwens. Ik kocht het boekenweekessay De zonde van de vrouw (2017), maar las het niet. 

Sylvia Plath en Ted Hughes

Dat essay moet ik toch maar eens op gaan zoeken. Misschien had Sylvia Plath (1932 - 1963) er ook wel in gepast. Eerlijk gezegd wist ik voor ik aan Jij zegt het begon, niet veel van Plath af. Wat algemene en oppervlakkige kennis: dat ze met Ted Hughes (1930 - 1998) getrouwd was en zelfmoord pleegde. En dat het een interessant schrijfster zou zijn, maar aan buitenlandse literatuur kom ik eigenlijk al jaren niet meer toe. Ik kan de Nederlandse al niet bijbenen. 

Ted Hughes heeft na de dood van Plath nogal kritiek gekregen. Hij beheerde haar nalatenschap, vernietigde het laatste deel van haar dagboek, waarin hun tijd samen beschreven werd, en zou haar werk voornamelijk gebruikt hebben om zijn eigen doelen te verwezenlijken. Hughes ontkende, maar pas in 1998 schreef hij over hun relatie, in zijn laatste bundel, Birthday letters (1998)

Verwijten

Palmen baseert zich, schrijft ze in de 'Verantwoording', voornamelijk op die gedichten. In Jij zegt het laat ze Ted Hughes aan het woord. Hij begint als volgt:

Voor de meeste mensen bestaan wij alleen in een boek, mijn bruid en ik. De afgelopen vijfendertig jaar heb ik met een machteloos afgrijzen moeten aanzien hoe onze echte levens bedolven raakten onder een modderstroom van apocriefe verhalen, valse getuigenissen, roddels, verzinsels, mythen, hoe onze ware, complexe persoonlijkheden werden vervangen door clichématige personages, vernauwd tot simpele imago's, op maat gesneden voor een sensatiebelust lezerspubliek. 
En dan was zij de broze heilige heilige, ik de brute verrader. 
Ik heb gezwegen. 
Tot nu toe. 

We krijgen het hele verhaal te horen van de kennismaking van Hughes met Sylvia Plath tot haar dood en een stukje van de nasleep ervan. Ik had verwacht dat ook de verwijten die Hughes over zich heen kreeg aan de orde zouden komen, maar die zijn grotendeels buiten de roman gebleven. Er wordt wel naar verwezen, maar alleen in algemene zin. Meestal wordt niet verteld wat het verwijt dan is. Een voorbeeld:

Ik zou minder last hebben gehad van een schuldgevoel als ik had geweten dat ik op een dag verstrikt zou raken in een weg van onthullingen, dat iedereen die we ooit hadden ontmoet, met wie we gedronken, gegeten en gelachen hadden, als ratten uit een stinkend riool zou kruipen om zich te laten gelden als de evangelisten van een waargenomen drama, en in hun epistels oordelen velden waarbij de poëtische steken van mijn vrouw aan hun adres verbleekten tot speldenprikken. 

De relatie gaat met hobbels. Op een gegeven moment leven de twee gescheiden. Dan komen de verwijten al los, ook door Plath aangewakkerd:

Vanaf het moment dat ik uit mijn huwelijk wegreed werd ik vogelvrij verklaard, een personage dat anderen naar believen konden beschuldigen en zwartmaken, en degene die deze ziedende achtervolging aanvoerde was mijn eigen vrouw. 

Nog meer zelfmoorden

Hughes begint een relatie met Assia Wevill, die op dezelfde manier zelfmoord zou plegen als Sylvia Plath, nadat ze haar dochter (en die van Hughes) doodde. Ted Hughes en Sylvia Plath kregen twee kinderen, waarvan de jongste, een zoon, later ook zelfmoord zou plegen. 

Je zou kunnen zeggen dat het Hughes door het noodlot niet met rust gelaten wordt, maar ook dat hij ellende verspreidt in zijn omgeving. Palmen is in haar roman loyaal met Hughes. Hoe controversieel dat is, kan ik moeilijk beoordelen. Als lezer neemt ze je in ieder geval gemakkelijk mee. Je bent bereid zijn versie van het verhaal te geloven. 

Daarbij heeft hij ook bedenkelijke kantjes. Zo is hij nogal zweverig. Hij hecht belang aan astrologie, het ouijabord, de tarotkaarten en hij denkt dat hij met hypnose de menstruatie van zijn vrouw kan opwekken. Bovendien is hij een enorme mansplainer, die zijn vrouw blijkbaar beter begrijpt dan zij zichzelf begrijpt. 

Zo zegt hij tegen haar dat ze die oude gedichten eens opzij moet leggen en aan iets nieuws moet beginnen. En als Sylvia Plath kritiek heeft op Anne Sexton, 'weet' hij dat ze zich afschermt voor een te grote identificatie. Hij blijkt steeds de betere verstaander te zijn. Of dat klopt met de werkelijkheid buiten het boek of dat Palmen hem die rol toedicht, is me niet duidelijk. Maar eigenlijk doet dat er ook niet toe. 

We lezen immers een roman en in fictie is zo'n beetje alles geoorloofd. Maar omdat je weet dat er een werkelijkheid is waarop het verhaal gebaseerd is, heb je de neiging ook daar naar te kijken. Maar ook als sommige zaken niet zouden blijken te kloppen, zegt dat niets over de kwaliteit van de roman. 

Jonge vos

Op de cover staat de afbeelding van een jonge vos, met wormpjes of maden in zijn oren, die er door een vogeltje uit gepikt worden. De vos komt in de roman verschillende keren voor. Eén keer zelfs letterlijk, als iemand een vossenjong bij zich draagt. 

Ik moest meteen denken aan het Hooglied: 'Vang voor ons de vossen, / vang de kleine vossen. / Ze vernielen de wijngaard, / onze wijngaard vol bloeiende ranken.' De vossen die wijngaard verderven zijn voor mij daarmee een beeld voor wat de liefdesrelatie aantast. 

Hughes schrijft (in Jij zegt het) heel vaak 'mijn bruid' als hij het over Sylvia Plath heeft, ook als ze al jaren getrouwd zijn. De term 'bruid' sluit weer aan bij het Hooglied. 

De vos is soms ook een beeld voor Sylvia Plath. De omgeving van Hughes heeft nogal kritiek op Plath, Vooral zijn zus Olwyn moet niets hebben van de vrouw van haar broer. In de roman zegt Hughes:

Regelmatig voelde ik me een man die een vos beschermt tegen zijn eigen blaffende honden en zich daarbij door de vos laat bijten. 

En als zij overleden is, vergelijkt hij zichzelf met een vossenjong:

De eerste nacht in haar bed besnuffelde ik als een verlaten vossenjong het kussen en de lakens, op zoek naar haar nestgeur, die ik pas vond toen ik een nachthemd onder mijn neus drukte. 

Maar de vossen huizen ook in zijn hoofd. Eerst zegt hij dat hij te lang de vos in zijn hoofd genegeerd heeft en zijn derde vrouw geeft hem ruimte:

Omdat ze de vossen begreep, begreep ze mij, legde me niet als een erfhond aan de ketting, liet me gaan als ik wegliep. 

In ieder geval is het een intrigerend beeld op de cover, ook al snap ik het waarschijnlijk niet helemaal. De wormen of maden vreten het vosje aan en de vogel eet ervan. 

'Ik' zeggen

De titel komt pas in het slot van de roman naar voren. Hughes heeft jaren gezwegen, maar in zijn Birthday letters spreekt hij zich uit. Dan pas heeft hij het over zichzelf. 

En ik, die zo lang de vijand was van het onthullendste woord uit de taal, goot mijn loodzware ziel in die iele gestalte, volgde haar naar buiten, en ik zei het, ik. 

Je zou ook kunnen zeggen dat een deel van het leven van Hughes niet op zichzelf, op 'ik' gericht was, maar op dat van zijn vrouw, 'jij'. 

Clichés

Palmen neemt je in Jij zegt het mee in de geschiedenis van een intense relatie, waarin ze in Hughes gekropen is. Daarbij schuwt ze af en toe de clichés niet. Maar misschien moeten we die niet op haar conto schrijven, maar is dat de manier waarop Hughes formuleert. Enkele voorbeelden:

Met haar maanvolle gezicht en koperkleurige satijnen huid zag ze eruit als een actrice uit een Hollywoodfilm. 

Ik keek haar aan toen ik het vertelde, zag haar ogen langzaam vollopen met tranen totdat ze overstroomden en twee glinsterende beekjes een spoor trokken over de bruine wangen. 

(...) zonder oog te hebben voor de herfst die de laatste dagen van september 1962 in een gouden gloed zette. 

Maar misschien ga je vanzelf wel zo praten als het gaat om een overweldigende relatie. 

Jij zegt het is een meeslepende roman. Ook als Ted Hughes en Sylvia Plath fictieve figuren zouden zijn, blijft het verhaal geloofwaardig. Dat de werkelijkheid steeds door de fictie heen ademt, maakt het boek eigenlijk alleen maar spannender. Ik kan me voorstellen dat na het lezen van dit boek mensen alles willen weten over dit bijzondere koppel. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten